Want zie, de dag komt

De oordelen Gods, genoemd in de H. Schrift, getuigen stuk voor stuk van het feit, dat de Here Zebaoth niet met zich laat spotten.

Hoe vertoornd was Hij ten tijde van Noach, Gen. 6, 7 en 8, en wat Hij gezegd had, deed Hij. Dat betekende, dat er buiten de ark geen leven meer mogelijk was.

Hoe verwoestte Hij Sodom en Gomorra met vuur, omdat er geen geloof was, geen verlangen om te leven naar Zijn Woord, Gen. 19!

Wat sloeg God toe, omdat de Egyptenaren het volk Gods niet met rust wilde laten, het niet wilde laten gaan naar het beloofde land, omschreven in Zijn Woord. Zie 7 t.m. 12 en ook hoofdst. 14.

in elk opzicht ernstig rekening mee houden (zie ook Hand. 5).

Hoe heeft Israël in ballingschap moeten leven, omdat het Zijn Woord verworpen had; Gods toorn was menselijkerwijs gesproken niet meer te blussen. Hoe brak Gods toorn met een onpeilbare kracht los op Zijn eigen Zoon en liet Hij Zijn eigen Kind in een totale eenzaamheid en een volslagen duisternis sterven aan het ruwhouten kruis.

God slaat toe

God is rechtvaardig, ook in Zijn toorn; immers Zijn eniggeboren Zoon had onze zonde, onze schuld op Zich genomen; dat kostte Hem Zijn leven(!) en daarnaast: vervloekt is een ieder die hangt aan het hout (Gal. 3:14). De Here God maakt geen uitzonderingen, Hij slaat toe waar zonde en overtreding van Zijn Woord toegelaten wordt.

De Grote Dag van de toorn Gods

„Want zie, de dag komt..... ". Zo goed als elke andere aankondiging ten volle door God werd uitgevoerd, zo ook zal op de allergrootste dag Zijn toorn en dat tot in alle eeuwigheid losbreken op degenen, die niet met hun zonden en schuld gekomen zijn aan de voet van het kruis, die zich niet gebogen hebben voor Zijn Woord; zij zullen leven op een plaats, waar wening zal zijn en knersing der tanden.

Hiervoor wil ik u, geachte lezer(es) van dit blad, ernstig waarschuwen en daarom roep ik het u toe: „Houdt rekening met de levende rechtvaardige God!" Maar er staat in Mal. 4 ook nog wat anders!

Kalveren springen nit de stal

Er staat, dat zij die de Here vrezen, zullen uitgaan en springen als kalveren uit de stal.

Wat is een kalf dolblij, als het de vaak muffe stal uit mag, het groene weiland tegemoet, aldoor de lentelucht insnuivende. Heeft u al eens zoiets machtigs gezien? Zo niet, dan is liet de moeite waard om daar eens een snipperdag voor uit te trekken.

Welnu, zo moet het zijn met ieder kind van God, die uit de muffe stal van zonde en dood is gekomen, is verlost om nu te genieten van het kostbare voedsel, dat is Gods Woord en van de lentelucht, dat is de H. Geest, zodat iedereen het aan hem kan zien, dat Jezus leeft.

Ja, ook dat moet gezien worden, zoiets kan en mag niet verborgen blijven. Matth. 5:14-16.

Dip Grote Dag van vreugde!

Laat ons daarom als jubelende christenen het aan de miljoenen in nood bekend maken, dat er een uitweg mogelijk is, een ontlopen van de toorn Gods door te vluchten naar de voet van het kruis, waar Jezus gereed staat voor een ieder, die gelooft.

Wat machtig dat op die grote dag Gods kinderen van vreugde niet meer weten zullen, wat ze moeten doen om Jezus, hun Jezus, groot te maken in hun leven. Hoe zal voor u die grote dag eens, misschien zelfs wel zeer binnenkort aanbreken?

HET GEHEIM VAN GOD'S ('S PAUSEN) RAADSBESLUITEN

In De Tijd van 9 jan. 1964 sdhrijft dr. N. van Doornik uitermate gedwee en volgzaam: „Waarom een edel en intelligent man als Paulus VI meende te moeten handelen zoals hij gehandeld heeft, is zijn geheim, en het concilie heeft het genomen". Ach hoe zoet en lief!

Van de ene kant is het belachelijk: Een paus die tegen meer dan 2000 volwassen mensen, die in hun bisdommen honderdduizenden r. katholieken moeten leiden, zegt: „Ik heb mijn geheimpje en jullie, mijn lieve collegaatjes, mogen dat lekker niet weten. Jullie zijn van de hele wereld gekomen en hebben hier maandenlang beraadslaagd. En nu ga ik toch tegen jullie moeizaam verworven besluiten in en doe lekker mijn eigen zinnetje. Waarom? Dat zeg ik jullie niet. Dat is: ikke en mijn geheimpje".

Maar van de andere kant is het diep-ernstig. Want zo wordt er naast en zelfs boven het geheim van Gods raadsbesluiten het geheim gesteld van de raadsbesluiten van de Paus; raadsbesluiten waarvoor wij ons allen braafjes en slaafjes hebben te buigen zonder naar het „waarom" te vragen; raadsbesluiten die wij niet mogen toetsen aan de raadsbesluiten Gods die ons in de Schrift zijn geopenbaard. Wat is er dan nog voor verschil tussen de Paus en de Wetteloze, die „zich in de tempel Gods zet om aan zich te laten zien dat hij een God is?" (2 Thess. 2:4). Dan is in elk geval het pausdom het „geheimenis der wetteloosheid dat reeds in werking is" (ib. v. 7).

BEWONERS VAN DE NED. ANTILLEN

die zich op ons blad willen abonneren, gelieven zich per briefkaart op te geven aan de heer C. A. Vis, postbox 86, Oranjestad, Aruba, N.A.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen