LEVEN IN HET LICHT

Psalm 36 : 10b

Niets is moeilijker dan in het donker leven. Je ziet geen hand voor ogen. Je weet niet waar je je voetstap zetten moet… Iets dat met name geldt wanneer het donker in ons hart is… Duisternis van verdriet en zorg… donkerheid van vragen en raadsels… nachtleven van schuld en zonde maken het ons moeilijk om voort te gaan in het leven. Het is duister in ons hart en daarom is het ook duister om ons heen. We bezien alles met inktzwarte ogen. Alles rondom ons wordt gekleurd door het duister dat er in ons hart leeft… Bedroefd gaan we voort over de aarde…

Onze levensdagen rijgen zich aaneen zonder dat er een straal van licht doorbreekt. We leven in de nacht… En dat is moeilijk. Moeilijk voor onszelf en moeilijk voor anderen. Want we maken het onszelf en anderen moeilijk.

Kan dat anders worden? En hoe kan dat anders worden? Kan er weer licht en vrolijkheid in ons hart komen? Kan het weer zo worden dat we alles met andere ogen zien en het leven weer glans en kleur gaat krijgen?

De tekst voor deze meditatie zegt: "In Uw licht zien wij het licht". Dus, wanneer God ons bestraalt met Zijn licht dan zien we ook zelf het licht weer.

We hebben het licht van God nodig. We hebben God Zelf nodig als het Licht dat ons bestraalt. Buiten God en Zijn licht leven we in de duisternis. Toen we met Adam en Eva in het paradijs God verlaten hebben, is de duisternis in ons leven gekomen. Allerlei duisternis van zonde en nood doet ons voortdurend voortdolen in het donker. En soms kan dat zo op ons afkomen dat we geen stap verder kunnen en durven. We vragen naar licht. We gaan ernaar verlangen. We zoeken het. Waar is het te vinden?

De tekst zegt dat het bij God te vinden is. Zijn licht hebben we nodig. God Zelf als Licht hebben we nodig. We hebben nodig dat Gods vriendelijk aangezicht ons bestraalt en beschijnt. Want Gods vriendelijk aangezicht heeft vrolijkheid en licht vooralle oprechte harten, ten troost verspreid in smarten…

Waar dat vriendelijk aangezicht van God te vinden is? Dat is te vinden in de Heere Jezus Christus. Immers, Jezus is het Licht der wereld. Hij heeft al onze duisternis naar Zich toe getrokken, op Zijn sterke schouders genomen. Met name in de drie uren durende dikke duisternis toen Hij aan het kruishout hing. En daar heeft Hij al onze duisternis verdreven.

En het is de Heilige Geest Die door het Woord van de Bijbel dat Licht in ons leven doet stralen. Vandaar dat Gods Woord ook zelf wel wordt genoemd een lamp voor onze voet en een licht op ons pad… Wanneer het Woord van de Bijbel door de kracht van de Heilige Geest ons leven gaat bestralen, dan wordt alles anders. Dan gaan we in het geloof Hem zien Die het Licht der wereld is. En dan wordt alles licht in ons leven. De duisternis van zorg en zonde gaan verdwijnen… de raadsels van ons leven worden opgelost… verdriet en smart worden doorflonkerd met hemels licht.

Alles wordt anders. In ons hart wordt het anders.

Rondom ons heen wordt het anders, want we bezien alles met andere ogen. Inderdaad, in Gods licht zien we het licht. En daarom is het licht in ons leven. En daarom kunnen we weer voort. We zien het weer zitten. We hebben licht over ons levenspad, want we wandelen in het licht met Jezus. Een onbeschrijfelijke vreugde beroert onze ziel. En het zingt in ons hart wat we lezen in psalm 27 vers 1 nl.: "De Heere is mijn licht en mijn heil, voor wie zou ik vrezen?"

Geen berg is dan nog te hoog voor ons en geen dal te diep. We kunnen het leven door. We kunnen het leven aan. We kunnen het leven uit. We leven in het licht en zijn op weg naar het eeuwige licht. Zelfs de duisternis van de dood kan het licht niet teniet doen. Want dwars door de duistere dood neemt Hij ons op in Zijn lichtende leven.

O zeker, zolang we op aarde leven kan het licht steeds weer omfloerst worden door duisternis. En dat is aan de ene kant moeilijk. Doch het wil ons aan de andere kant leren dat het licht er ook is als we het niet zien. Want achter de wolken schijnt de zon. Daarom komt het licht steeds weer terug. De tekst zegt terecht: "In Uw licht zien wij het licht".

Dat doet ons echter tegelijk gedurig bidden: "Heere, laat me niet los… Heere, geef me niet over aan de duisternis… Heere, laat alstublieft Uw aangezicht over mij lichten en wees mij genadig… Heere, trekt U mee… met Uw licht… Heere, uit de duisternis roep ik tot U… schreeuw ik naar U… dorst ik naar U, gelijk een hert naar de waterstromen. .."

En dan is het er weer, dat wondere licht… We leven in het licht… want in Gods licht zien we het licht… en reizen voort naar het eeuwige licht.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen