Want ik weet...

ANTWOORD

Weet u wie datzelfde steeds weer in zichzelf ontdekte? Niemand minder dan de grote apostel Paulus. Hij schreef: "Want ik weet dat in mij, dat is: in mijn vlees, geen goed woont"(Rom. 7:18). En toch juicht hij in Rom. 8:38 en 39: "Want ik ben verzekerd dat … (niets) ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Heere".

En die dubbele, schijnbaar tegenstrijdige ervaring hebben alle gelovigen gedurende hun gehele leven.

Daarom kan ook ik u volledig navoelen, wanneer u schrijft: "Dan voel ik mij alweer als een leugenaar". In ons 'vlees', onze 'oude mens', is er alleen maar bedrog, gekonkel, onwaarachtigheid.

Maar Christus is juist voor zulke bedriegers, voor zulke zondaars, gekomen. Als ik dat 'vlees' met zijn leugen en bedrog in mij aan het werk zie, vlucht ik zo spoedig mogelijk naar de Heere Jezus. En in het geloof mag ik dan weten dat Hij mij met Zijn Bloed rein wast van alle zonden.

Door dat geloof word ik innerlijk met Hem verbonden en dan weet ik mij een nieuwe mens door en in Hem. Dan weet ik door en in Hem dat ik een kind van God ben geworden.

Juist omdat ik die oude en die nieuwe mens zo vlak naast elkaar bij mij zie, kan ik zo onuitsprekelijk dankbaar zijn. Dan wil ik met Petrus, die ooit onder ede stond te liegen dat hij Jezus nooit had gekend en zich ook later weer aan veinzerij schuldig maakte (Gal. 2:11-24), het loflied aanheffen op "de deugden van Hem, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht; gij die eertijds geen volk waart, maar nu Gods volk zijt; die (eertijds) niet ontfermd waart, maar nu ontfermd zijt geworden" (1 Petr. 2:9, 10).

U blijft te veel bij de oude mens in u staan. En ik weet dat u uit die duisternis GETROKKEN moet worden zoals Petrus schrijft, maar van de andere kant trekt de Heere juist door het bevel dat tevens een oprecht gemeende (in de Heere is er geen leugen), vriendelijke, genadige uitnodiging is: "Kom herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven" (Mat. 11:28). "En wie tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen" (Joh. 6:37).

Ga dan tot Hem en verheerlijk met de apostel Paulus Zijn genade, doordat u bevend en vol schuldbesef uzelf in de armen werpt van de eeuwig goede Herder Jezus Christus.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen