IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

in gesprek met pater Rademaker

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

in gesprek met pater Rademaker

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Bazuin van 26 november 1967 las ik een interessant artikel van de pater Redemptorist Ben Rademaker: „Afscheid van een Retraitehuis". Pater Rademaker is sinds ruim elf jaar verbonden aan het retraitehuis te Noordwijkerhout (Z.-H.). In het voorjaar van 1958, dus ruim negen jaar geleden, nam hij het initiatief tot het geven van een heel nieuw type retraites, de zogenaamde Bijbelretraites. De Noordwijkerhoutse Bijbelretraites verwierven al gauw grote bekendheid door heel Nederland en ook in Belgi鬠Van reformatorische zijde mocht pater Rademaker belangstelling ondervinden door een uitnodiging die hij ontving voor het geven van oecumenische retraites voor protestanten en katholieken samen. Door personeelstekort en andere omstandigheden zal het retraitehuis van Noordwijkerhout per 20 januari worden opgeheven. Pater Rademaker zal zijn bijbels-oecumenische retraitewerk echter elders voortzetten. Uit zijn Bazuinartikel, „Afscheid van een Retraitehuis", citeer ik liet volgende:

„Niet 򭹥 werkzaamheid staat bij de Bijbelretraites voorop, maar de om niet, uit genadige trouw aan zijn Belofte geboden heilsbemoeienis van God. Anders uitgedrukt, de Bijbelretraites zoals wij die voorstaan, willen een bekering tot de Bijbel bewerken, tot de Bijbel als heilsboodschap van waaruit en waardoor wij leven, niet door wat wij doen, maar door wat ons van Godswege geboden wordt".

Iedere lezer van ons blad zal zich zeer verblijden over dit bijbelse geluid. Wij zouden pater Rademaker over deze woorden heen graag de broederhand willen reiken. Toch leek het ons vruchtbaar om daar samen nog wat dieper over door te praten. Ik heb daarom aan pater Rademaker enkele vragen gesteld met het verzoek daar in ons blad antwoord op te geven. Hij liet ons weten, dat hij van harte akkoord ging, waarvoor wij hem bij voorbaat niet minder hartelijk danken.

Antwoord van pater Rademaker C.ss.R.

Adres: Kerkstraat 80, Noordwijkerhout

Alvorens te antwoorden wil ik ds 1 legger hartelijk danken voor de gelegenheid die hij mij bood, om in „De Rechte Straat" te getuigen voor de rijkdommen van de Schrift. Ds Hegger is een oud-studiegenoot van mij. Ik heb twee jaar filosofie en vier jaar theologie met hem gestudeerd. Als wij met elkaar gingen wandelen door het unieke Limburgse landschap rond Wittem en Epen, dan kwamen wij altijd uren tekort voor onze gesprekken over filosofie, theologie en ook over cultuur in de meest ruime zin. Het waren echte levensgesprekken, want ze gingen heel wat verder dan de theorie alleen. Onze wegen zijn daarna langdurig uit elkaar gegaan, onze gedachten niet, dat blijkt. En hoe wij over theologische en andere verschillen ook mogen denken, over vriendschap die niet mag roesten, denken wij hetzelfde. Ik treed daarom graag met hem in gesprek en doe dat maar meteen, want ik heb natuurlijk „weer" vꨬ te vertellen!

Om te voorkomen, dat mijn antwoord op de aan mij gestelde vragen zal uitgroeien tot een hele verhandeling, zou ik graag een paar bemerkingen vooraf willen maken.

De eerste is deze, dat formuleringen en nog meer beelden die wij gebruiken om elkaar te ontmoeten, de ene Waarheid waarnaar wij met elkaar op zoek zijn, altijd op een gebrekkige manier belichten en haar gebrekkig tot uitdrukking brengen. Men moet elkaar daarom lang kennen, om eikaars taal wederzijds volledig te verstaan. Het woord waardoor wij gemeenschap zoeken met elkaar is zo veelzijdig, dat het naast grootste gave aan ons ook onze grootste opgave is. Dit geldt in hoogste mate van het woord bij uitstek, het "Woord Gods, dat aan mensen werd toevertrouwd om door mensen aan andere mensen te worden doorgegeven als een geschenk uit den hoge, dat ons hier beneden doet leven en wel in hoop op „eeuwig" leven, en dat niet „ieder voor zich" maar „allen met elkaar", als het ene Volk Gods, de ene Kerk waarop de beloofde zegen rust. Onze opgave is het, om 謠het menselijke woord 謠Gods Woord zo te benutten, dat het door „afbraak en opbouw" (Jeremia 1:10) ons als het ene Volk Gods (als de ene Kerk Gods) doet samenleven.

Als tweede bemerking vooraf zou ik daarom dit willen zeggen, dat als ik antwoord ga geven op de mij gestelde vragen, ik het directe gevaar van een babylonische spraakverwarring wil trachten te voorkomen door mij niet te begeven op het terrein van een theologische discussie. Men krijgt dan immers wederzijds direct te doen met gevestigde, soms overoude (en overjarige?) formuleringen en termen, die tot een eindeloos over-en-weergepraat zouden kunnen leiden. Dit wil ik bij een samenspraak als deze liefst vermijden. Ik geloof namelijk niet in definitief gevestigde theologische formules, noch van katholieke, noch van reformatorische zijde. Iedere tijd heeft zijn eigen verwoording van het vaste geloofsgegeven.

Daarmee stel ik tegelijk, dat ik wé geloof - en met hart en ziel - in gevestigde en te vestigen „absolute waarheden". Maar nogmaals, de menselijke verwoording van deze absolute waarheden en waarden zal altijd gebrekkig blijven en voor iedere tijd opnieuw doordacht en opnieuw verwoord moeten worden. Wat dat betreft was ik danookniet zo gelukkig met de kroniek van banvloek-uitspraken uit het Concilie van Trente, die ik in de brochure „Hoe kom ik tot rust?" in deel IV aantrof. Deze banvloeken zijn vier eeuwen oud. Niemand gelooft daar meer in en bovendien kan iedereen weten, dat het Concilie van het Vaticaan I I de banvloek naar ik aanneem bewust en definitief begraven heeft. U ziet, hoe moeilijk het is, om zogenaamd gevestigde formuleringen te hanteren als communicatie-middel en wel in een tijd, die vele eeuwen later er heel anders over denkt. Als leerling van paus Johannes, met wie ik in 1960 op doorreis naar het Heilige Land een persoonlijk en zeer intensief gesprek had, zou ik daarom willen zeggen: „Liever géén theologie....."

De mij gestelde vragen wil ik liever beantwoorden door een persoonlijk „getuigenis" te geven van wat uit de schatkamer van het Woord Gods, de Bijbel, tot mij kwam als een gave voor mijzelf, maar �als een gave die ik aan zoveel mogelijk anderen heb door te geven. Wij leven immers slechts van het Ene Woord Gods dat tot ons komt, opdat wij het samen zouden beluisteren om er in eenheid met elkaar ,,ja" op te zeggen, en om m負elkaar deel te krijgen aan het Koninkrijk Gods dat ons eeuwig leven schenkt, samen. En boven alles leven wij van het Ene Brood en de Ene Beker, die ons: tot het Ene Lichaam van Christus doen samengroeien, tot het Ene Volk Gods, de Ene Kerk, hoe die dan ook in eenheid en verscheidenheid onder Gods leiding tot stand kocnt. Ik beperk mij dus tot een persoonlijk getuigenis. Dit zal bij voorbaat gebrekkig zijn. Ik kan u niet mꨲ geven dan ik heb. Daarbij wens ik dit getuigenis uit te spreken vanuit de gemeenschap met mijn eigen Kerk, maar niet zonder een sterk gevoel van verbondenheid met alle andere kerken, die organisatorisch wel los staan van de Kerk van Rome, maar die met „Rome" door hun ene geloof in de Ene Heer naar mijn overtuiging mꨲ tot de Ene Kerk behoren dan vele Kerkleden in begrijpelijke verdeeldheid momenteel zelf beseffen, zowel bij ons als bij u.

I. R. S.:

Bij het lezen van deze inleidende opmerkingen van pater Rademaker komen er vanzelf bij ons verschillende vragen naar voren, zoals: Was Trente dan niet onfeilbaar in zijn canones? Maar in overleg met pater Rademaker hebben we besloten om later op die vragen in te gaan en nu eerst alle aandacht te besteden aan de rechtvaardigmaking door het geloof.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

in gesprek met pater Rademaker

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's