De paus – Heilige Vader?

De pausen hebben zich heel wat titels toegeëigend. Titels die blijk geven van een ongehoorde machtsdrang: bisschop van Rome; opvolger van Petrus; de eerste bisschop; patriarch van het Westen; Pontifex Maximus (= hoogste bruggenbouwer; oorspronkelijk een eretitel van de Romeinse keizers); primaat in de collegiale bestuursmacht van de bisschoppen; plaatsbekleder van Christus op aarde; hoofd van de Kerk; metropoliet van de Romeinse kerkprovincie; soeverein staatshoofd van Vaticaanstad. Naast deze indrukwekkende titulatuur laat de paus zich ook nog Heilige Vader noemen. Een titel, een naam die de Heere Jezus uitsluitend heeft gereserveerd voor Zijn eigen Vader! Lees Johannes 17:11. Hoe kan een zondig mens, al is het dan de paus, zich laten begroeten met Heilige Vaderé Heeft hij het recht, uit hoofde van zijn ambt, zich deze titel toe te eigenené Is hij zo heilig, goed en rechtvaardig dat hij zich ongestoord die heilige naam kan laten welgevallené Leert de Bijbel ons niet dat wij allen onder de zonde zijné (Rom. 3:23-24).

De Heere Jezus heeft elke gedachte aan grootheid en rangorde onder Zijn discipelen willen afsnijden toen Hij tot hen sprak: "Doch gij zult niet rabbi genaamd worden; want Eén is uw Meester, namelijk Christus; en gij zijt allen broeders. En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde; want Eén is uw Vader, namelijk Die in de hemelen is. Noch zult gij meesters genoemd worden; want Eén is uw Meester, namelijk Christus" (Matth. 23:8-10). In plaats van de rabbititel gebruiken wij benamingen als paus, bisschop en dominee. Het gevolg van een dergelijke betiteling is dat ze het zicht op de enige Meester en enige Vader belemmert. Dit laten de verzen die volgen op die felle waarschuwing van de Heere Jezus maar al te duidelijk zien: "Maar de meeste van u zal uw dienaar zijn. En wie zichzelf verhogen zal, die zal vernederd worden; en wie zichzelf zal vernederen, die zal verhoogd worden" (Matth. 23:11 en 12).

Is het niet een ijdel gebruiken van de Naam van Godé Is het niet een zonde tegen het derde gebodé "Gij zult de Naam van de Heere uw God niet ijdel gebruiken." Letterlijk staat er: "Gij zult de Naam van de Heere uw God niet opheffen voor het nietige, het lege." Wij mogen Gods Naam niet opheffen om Hem in te schakelen voor eigen doeleinden. Hierdoor wordt Zijn heilige Naam onteerd en misbruikt om de hoogste eer en macht op te eisen voor een mens. Ontzettend!

Ik vraag me wel eens af wat er in de paus moet omgaan wanneer iemand in zijn aanwezigheid bidt tot God en de Heere God aanspreekt met Heilige Vaderé Zou de paus zich dan niet onwennig voelen, wetend dat hij zichzelf die naam toe-eigenté Ooit is dit een probleem geweest toen paus Paulus VI de stad Genève bezocht. Tijdens de gebedssamenkomst mocht God niet worden aangesproken met Heilige Vader, omdat dit de titel van de paus is. Over dit pijnlijke voorval schreef ds. H.J. Hegger in het maandblad van IRS, juli/augustus 1969. Ik citeer: "Wat mij hierin zo hinderde was dat God in dit geval in feite moest wijken voor de paus. Wat is namelijk het gevalé De paus maakt aanspraak op de titel 'Heilige Vader'. Maar het is deze naam, waarmee Jezus God aanspreekt in het hogepriesterlijke gebed van Johannes 17. Toen men dan besloten had, dat een protestant het bewuste gebed van paus Johannes XXIII zou uitspreken, kwam men voor de protocollaire moeilijkheid te staan: Gebruik van dezelfde naam 'Heilige Vader' voor de paus en voor God zou uiterlijk lijken op een vereenzelviging van de paus met God. En ook al denkt niemand in de R.-K. Kerk of in de Wereldraad van Kerken eraan om ook maar in de verste verte goddelijke macht aan de paus toe te schrijven, toch zou dan in deze formulering de schijn worden gewekt. Wat te doené Aan de paus vragen of hij afstand zou willen doen van deze titelé Ik begrijp, dat dit moeilijk zou gaan. De enige oplossing zou zijn geweest dat men een ander gebed had genomen. Men heeft dat niet gedaan. Men heeft die aanspraak 'Heilige Vader' geschrapt in dat gebed, omdat de paus die titel voor zich opeist. (…) Vanwege het protocol mag God op dat moment niet genoemd worden met de innigste naam, die Jezus Zelf Hem gaf…"

De Heere God vraagt eerbied voor Zijn Naam. Gods Naam, dat is God Zelf! En Hij eist dat wij die Naam, zo heilig, zo groot en zo goed, niet zomaar lichtvaardig gebruiken. "…maar door ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf (…) Want dat gevoelen zij in u, hetwelk ook in Christus Jezus was" (Fil. 2:3 en 5).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen