IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

DE MECHELSE CATECHISMUS VAN 1842

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE MECHELSE CATECHISMUS VAN 1842

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vierde les handelt over „de heilige Schriftuur". Eerst wordt gezegd: „Wij moeten de heilige Schriftuur geloven, omdat zij geschreven is door het ingeven en de zonderlinge (= bijzondere) bijstand van de Heilige Geest".

Dan komt de vraag: „Is het iemand verboden de Bijbel te lezen?" En dan volgt dit verbazingwekkende antwoord:, Ja, het is aan de gemene lieden (= de mensen in het algemeen, de eenvoudigen) verboden zonder verlof die te lezen in de moedertaal". „Wat verstaat men onder moedertalen? De levende talen die men doorgaans spreekt, zoals de Vlaamse, Franse, Duitse enz.". „In welke talen is het toegelaten de heilige Schriftuur te lezen? In de dode talen, als zijn het Latijn, Grieks, Hebreeuws enz.".

Johannes schrijft in zijn Evangelie dat hij dit alles heeft opgetekend, „opdat gij gelooft datjezus is de Christus, de Zoon van God; en opdat gij, gelovende, het leven hebt in Zijn Naam" (20 : 21). Zou het Gods bedoeling zijn dat het leven in Zijn Naam slechts zou geschonken worden door een dode taal zoals b.v. het Latijn5

De paus verbetert de Heilige Geest

Dan komt deze vraag: „Waarom verbiedt de katholieke Kerk de heilige Schriftuur zonder verlof te lezen in de moedertalen?", met dit antwoord: „Omdat het lezen van de heilige Schriftuur voor menige mensen gevaarlijk is".

En verder: „Is de Schriftuur heel klaar en kan eenieder ze wel verstaan? Neen, maar zij is zeer duister in vele plaatsen en daarom is het zorgelijk voor ongeleerde mensen die te lezen".

Hoe kan iemand eerst zeggen dat de Schrift tot stand is gekomen onder de ingeving en bijzondere bijstand van de Heilige Geest en daarna beweren dat dit boek zeer duister is in vele plaatsen? Is dat niet een belediging van de Heilige Geest? De Heilige Geest laat Johannes schrijven dat de Bijbel bestemd is voor alle mensen, opdat ze daardoor tot geloof in Christus zouden komen en door dat geloof het eeuwige leven zouden ontvangen. Hoe kan men dan beweren dat de Heilige Geest daar zó slecht in is geslaagd, dat een eenvoudig mens Zijn wezenlijke bedoeling niet kan begrijpen, tenzij een ander mens, de paus, dat Woord van God nog eens op heldere wijze naspreekt en dus de Schrift, het boek van de Geest, verbetert, zodat het voor iedereen dan pas verstaanbaar is?

Helaas is dit laatste nog steeds de leer van de R.-K. Kerk. De rooms-katholieken worden nog altijd onder straf van doodzonde en hel verplicht om zich niet zonder meer aan het Woord van God, het Boek van de Heilige Geest, over te geven, maar om slechts de herschrijving daarvan door de paus met zijn zogenaamde onfeilbaarheid te aanvaarden.

Is dit geen bijgeloof?

Op blz. 108 e.v. wordt gesproken over de zonden tegen het eerste gebod. Eerst wordt de vraag gesteld: „Is het superstitie (= bijgeloof) te gebruiken het agnus Dei, gewijde kaarsen, palmtakken, as, vruchten?" Antwoord: „geenszins!"

Van het agnus Dei wordt gezegd: „Het is een medaille van witte was, waarin het beeld van een lam is geprint en die door de paus met bijzondere gebeden gewijd is". Dan volgt een vraag over de kracht van deze dingen. En het antwoord: „Ze bewegen God om aan degenen die ze bij zich dragen of in hun huizen bewaren, Zijn zegen te geven en hen te bevrijden van de listen des duivels, van donder, hagel, pest, ziekten enz.".

Nog een vraag: „Wat kracht heeft het gewijde water?" En het antwoord: „Het gewijde water dient om de duivel te verwijderen, de genade Gods te bekomen, de ziel te bereiden tot het gebed en tot andere werken van godsdienstigheid en ons te bewaren van alle kwaad naar ziel en lichaam".

Het wijwater wordt nog steeds voor dezelfde doeleinden gebruikt. Onze vraag: Als werkelijk zoveel bijzondere kracht aan het wijwater moet worden toegeschreven, waarom spreekt de Heilige Geest daar dan nooit over in de Bijbel?

De houding tegenover de ketters

Degenen die alleen op de Schrift steunen, worden ketters genoemd, omdat zij tegen het eerste gebod zondigen.

Vraag: „Hoe misdoen de ketters tegen het eerste gebod?" Antwoord: „Doordat zij, niet gelovende hetgeen God voorhoudt door de heilige Kerk, God leugenachtig maken en zo Hem loochenen".

Helaas komt het ook in het protestantisme voor, dat iemand verketterd wordt, omdat hij op grond van de Schrift meent niet te kunnen instemmen met een bepaald leerstuk van de kerk, waartoe hij behoort.

„Hoe moeten wij ons tot de ketters gedragen? Wij moeten hunne verkering altijd neerstiglijk schouwen (= Wij moeten ons beijveren de omgang met hen te schuwen, te vermijden)". „Waarom moeten wij de verkering der ketters en der goddelozen neerstiglijk schouwen? Omdat zij onze heilige religie haten en in alle gelegenheden bespotten en bestrijden".

Verder: „Men zondigt dodelijk als men deel neemt aan de predikatiën of andere vergaderingen der ketters en goddelozen".

Als je dat alles leest, verzucht je: Wat moeten de gelovige protestanten in België het toén moeilijk hebben gehad!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1984

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

DE MECHELSE CATECHISMUS VAN 1842

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1984

In de Rechte Straat | 32 Pagina's