IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

GELOOF EN LIEFDE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GELOOF EN LIEFDE

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aldus prof. dr. v.d. Ploeg in de Katholieke Stemmen van sept '83.

ONS KOMMENTAAR

Heeft dit neerzien op de volgelingen van Luther, omdat zij zich veel minder zouden bekommeren om de goede werken dan de rooms-katholieken, niet veel weg van de „bede" van de farizeeër: „O God, ik dank U dat ik niet ben zoals de andere mensen" (Lk. 18: 11)?

Wat moet je daartegenover doen? Paulus stond voor diezelfde vraag. Valse apostelen waren de gemeente van Korinthe binnengeslopen. Die hadden over zichzelf geroemd alsof zij veel uitnemender waren en veel meer goede werken verricht hadden dan Paulus (2 Kor. 11:5). Zo hadden ze geprobeerd het vertrouwen van de Korinthiërs in Paulus te ondermijnen.

Moet Paulus nu tegen die valse apostelen gaan opbieden? Hij heeft een grondige hekel aan elke vorm van zelfroem. Maar hij meent thans, uitsluitend om wille van de Korinthiërs, daartoe te moeten overgaan.

Uitdrukkelijk zegt hij dat dit „roemen" dwaasheid is. „Gij moet ook mij het voorrecht van de nar gunnen en mij toestaan een weinig te roemen" (2 Kor. 11:16 r.-k. Vert). „Maar als anderen het (roemen) durven- nu komt de dwaasheid aan het woord- waag ik het ook" (v. 21). „Als er toch geroemd moet worden, zal ik roemen op mijn zwakheid" (v. 30). „Moet er geroemd worden? Het dient wel nergens toe, maar dan kom ik nu tot visioenen en openbaringen van de Heer" (12 : 1). „Ik heb mij aangesteld als een dwaas. Gij hebt mij ertoe gedwongen" (v. 11).

Moeten wij roemen? Het eerste wat mij opviel, toen ik protestantse kerkdiensten bezocht, was dat daar destijds - tegenwoordig zijn er zoveel sociale voorzieningen dat dit minder nodig is - elke zondag een collecte werd gehouden voor de diakonie, voor de hulpverlening aan de behoeftigen van de gemeente.

Moet er geroemd worden? De stichting Woord en Daad die tot doel heeft reformatorische hulpaktie, ontving in 1982 voor de behoeftigen in de wereld meer dan 10 miljoen gulden. Deze stichting heeft 12.000 kinderen in allerlei landen van de Derde Wereld financieel geadopteerd.

De Gereformeerde Kerken (Syn.) - andere kerken publiceren die cijfers van de diakonie niet - hebben samen in 1981 meer dan 17 miljoen opgebracht nl. ƒ 17.528.923. Bovendien heeft het Centraal Diakonaal Bureau van de Ger. Kerken buiten de plaatselijke kerken nog ontvangen ƒ9.164.697. Tesamen dus bijna 25 miljoen.

Ik weet dat de inkomsten voor de „armenzorg" in de R.-K. Kerk van Nederland verhoudingsgewijze daar ver beneden liggen. Waarom dan deze zelfverheffing van V.d.P. boven „de volgelingen van Luther"?

Moet er geroemd worden? - nogmaals het is dwaasheid. Wie heeft de financiële hulp verleend aan de ongeveer 150 priesters, kloosterlingen en nonnen die bij IRS aanklopten, omdat ze in uiterst benarde omstandigheden verkeerden? Wie heeft hen gekleed - sommigen kwamen met gaten in de schoenen -, hen huisvesting verleend; gevoed, gelaafd, gezorgd dat ze een nieuwe toekomst konden opbouwen? Wie heeft velen van hen opgenomen in het eigen gezin, met alle risico's van dien? Wie heeft hen de menselijke warmte gegeven van de liefde waaraan zij zozeer behoefte hadden? Wie gaf hen het besef van eigenwaarde terug, zodat ze begrepen dat ze niet als een nummertje van een machtig kerksysteem werden beschouwd, als een onbeduidende, dode pion op het grote wereld-schaakbord van de paus?

We zijn tot roemen overgegaan zoals Paulus. Met hem herhalen wij: Het is dwaas maar prof. v.d. Ploeg dwong ons ertoe.

Verhouding geloof-liefde bij Luther

Ook hierin heeft V.d.P. Luther geheel verkeerd weergegeven. Slechts enkele citaten uit Luther's „De vrijheid van een christen":

„Ziet, dit is een waarlijk christelijk leven, hier is waarlijk „het geloof in de liefde werkende" dat wil zeggen: met vreugde en in liefde geeft het zich aan het werk der volkomen vrije dienstbaarheid, waarmee het de naaste onbaatzuchtig en geheel vrijwillig dient" (nr. 26).

„ Samenvattende concluderen wij nu dat een christen niet voor zichzelf leeft, maar dat hij leeft in Christus en voor de naaste, of anders geen christen is; in Christus door het geloof, in zijn naaste door de liefde. Door het geloof wordt hij naar omhoog gevoerd, boven zichzelf uit, tot God, en door de liefde daalt hij weer af tot de naaste" (nr. 30).

Galaten 5 : 6

Hoe moeten we die tekst verstaan: „Want in Christus Jezus heeft noch besnijdenis enige kracht noch voorhuid, maar het geloof door de liefde werkende"?

In het Grieks staat: „pistis di' agapès energoumenè". Pistis = geloof; dia = door; agapè = liefde; energeoo = werken, werkzaam zijn - komt van „en" = in, en „ergon" = werk. Ons woord „energie" komt van het Griekse „energeia" = werking, werkzaamheid, werkzame kracht.

Onjuist is daarom de nieuwe r.-k. vertaling: „geloof zich uitend in liefde". Beter was de Canisiusvertaling: „geloof dat werkt door de liefde".

Wat bedoelt Paulus? Ik meen dat duidelijk te moeten maken met een vergelijking. Wanneer je alleen maar een auto hebt, maar geen benzine, heb je niets aan die auto. Wanneer je alleen benzine hebt, maar geen auto heb je daar ook niets aan. Met een auto zonder benzine en met benzine zonder een auto, kun je nog geen meter rijden.

In deze vergelijking is de auto het geloof en de benzine de liefde. Het geloof is de basis. Een auto kan wel benzine ontvangen, maar de benzine geen auto. Zo kan het geloof wel de liefde ontvangen, maar de liefde niet het geloof. Liefde zonder geloof is onmogelijk.

We zouden daarom Gal. 5 : 6 ook zó kunnen vertalen: „geloof dat haar energie, haar werkzame kracht, ontvangt van de liefde". Pas als het geloof gevuld is met liefde, gaat het werken, brengt het de vrucht van goede werken voort.

Dat is hetzelfde wat ook Jacobus beweert: „Want gelijk het lichaam zonder geest dood is, alzo is ook het geloof zonder de werken dood" (2 : 16). Een lichaam zonder ziel is kfachteloos, maar evenmin kan een ziel hier op a?rde iets uitrichten zonder lichaam.

De geest bezielt het lichaam van de mens. Zie Gen. 2 : 7 en Ez. 37 :8-10. Pas wanneer de geest, de ziel, bezit neemt van het menselijke lichaam, lééft de mens. Zo lééft ook het geloof pas, wanneer het bezield wordt door de liefde.

Geloof zonder liefde mogelijk?

De vraag is nu: Kan er een geloof zijn dat door de Heilige Geest gewekt en toch niet geladen is met de liefde?

Ja, zegt de R.-K. Kerk. Nee, zei Luther. En dat herhalen wij met hem. Redenen:

1. De Bijbel leert ons steeds dat Christus niet gekomen is om half werk te verrichten. Christus is niet iemand die een auto aflevert zonder benzine, een geloof zonder liefde. Slechts één tekst: „Want gij weet de genade van onze Heere Jezus Christus, dat Hij om uwentwil is arm geworden, daar Hij rijk was, opdat gij door Zijn armoede zoudt rijk worden" (2 Kor. 8 : 9). Maar hoe kunnen wij rijk genoemd worden, wanneer we een geloof zouden hebben ontvangen zonder liefde, een geloof dat dus niets zou kunnen uitrichten, een auto zonder benzine?

2. Jezus heeft beloofd: „Wie in Mij gelooft, heeft het eeuwige leven" (Joh. 6 :47). Hoe kan Hij dan iemand die van Hem door de Heilige Geest het geloof heeft ontvangen, toch nog in de dood laten? Dan zou Hij Zijn belofte niet nakomen.

3. Wij weten uit Jak. 2 : 19 en uit 1 Kor. 13 : 2 dat er een geloof kan bestaan zonder liefde, maar dat is dan niet een geloof dat door de Heilige Geest is gewekt. Rome echter beweert dat het door de Heilige Geest gewekte geloof kan samengaan met totale afwezigheid van liefde en zelfs met haat tegen God.

We lezen echter in de Bijbel dat de uitstorting van de Heilige Geest in een mensenhart steeds vergezeld gaat van geloof én liefde. Voorbeelden:

„De liefde Gods is in onze harten uitgestort door de Heilige Geest die ons gegeven is" (Rom. 5 : 5). Paulus bidt tot „de Vader van on2e Heere Jezus Christus… opdat Hij u geve, naar de rijkdom Zijner heerlijkheid, met kracht versterkt te worden door Zijn Geest in de inwendige mens, opdat Christus door het geloof in uw harten wone en gij in de liefde geworteld en gegrond zijt" (Ef. 3 : 14 - 21).

Wortel, stengel en bloem

We kunnen de verhouding tussen geloof, hoop en liefde ook duidelijk maken door de vergelijking met een plant. Het geloof is de wortel, de hoop is de stengel en de liefde is de bloem.

Het geloof haalt uit Christus de voedingssappen: „geworteld en opgebouwd in Hem en bevestigd in het geloof" (Kol. 2 : 7). Jezus Zelf gebruikt het beeld van de rank, die met Hem als de Wijnstok verbonden is en uit Hem de voedingssappen haalt om daardoor rijke vrucht te dragen, de vrucht van de liefde.

De hoop is de verbinding tussen het geloof en de liefde. De hoop komt op uit het geloof en draagt de liefde. Zonder hoop vervallen we tot een grauw egoïsme. We hebben dan geen kracht om ons boven onszelf uit te tillen. We kunnen dan geen enkele inspiratie opbrengen tot waarachtige liefde.

Maar wortel en stengel, geloof en hoop, ze zijn gericht op de bloem, de liefde. De bloem is zelf al een doel. God wil de mens die zich in geloof aan Zijn Zoon heeft overgegeven, doen bloeien voor Zijn aangezicht, doen groeien in geestelijke schoonheid, doordat Zijn Geest Gods kind omvormt naar het beeld van die geliefde Zoon. Maar die liefde kan en mag geen gevoel alleen zijn. Ze moet een aktieve levenshouding zijn, die ons brengt tot vele, vele goede werken. Ze moet overgaan tot vruchtvorming.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 november 1983

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

GELOOF EN LIEFDE

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 november 1983

In de Rechte Straat | 32 Pagina's