IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

HET VAGEVUUR

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET VAGEVUUR

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

U zegt: „Wij moeten zelf onze tijdelijke straffen uitboeten. Dat doen we meestal niet in dit leven. Dus moet dat gebeuren na de dood.

ONS ANTWOORD:

Maar dat staat toch nergens in de Bijbel. U moet niet 2 Makk. 12:5 aanhalen. Want daar gaat het over de vergeving der zonden na de dood, terwijl de r.-k. kerk juist leert, dat in het vagevuur geen zonden, maar enkel zondestraffen kunnen worden uitgeboet.

ONZE VRAAG:

U neemt toch ook aan, dat het lijden van Christus een oneindige uitboetende waarde heeft en dat Christus ook de tijdelijke straffen van onze zonden heeft uitgeboet. Maar waarom laat God ons die straffen dan nog eens zelf uitboeten? I s dat wel rechtvaardig om eenzelfde zonde twee keer te straffen?

En de aflaat dan?

U zegt: Maar het vagevuur is een noodzakelijke loutering, die nodig is om tot het aanschouwen van God toegelaten te worden.

ONS ANTWOORD:

Die loutering is niet noodzakelijk. Dat blijkt toch immers uit de leer van de aflaat. Door een volle aflaat kan een „ziel" ineens uit het vagevuur verlost worden.

De theorieën omtrent het vagevuur en de aflaten, die dienen tot verkorting van het lijden in het vagevuur, zijn de aanleiding geworden tot de reformatie. De 95 stellingen van Luther keerden zich vooral daartegen.

In onze tijd zijn er in de r.-k. kerk ook verschillende nieuwe theorieën over het vagevuur ontstaan. Zo schreef bv. H. A. A. Tijsmans in De Bazuin van 13 nov. 1965:

Het vagevuur een flitsend gebeuren?

„Daarom kan ik een vagevuur alleen maar zien als een flitsend gebeuren in een stervensmoment, waarin de mens in Gods licht tot een volkomen metanoia (= de bijbelse term voor „bekering", „verandering van gezindheid, van geesteshouding". H.J.H.) komt in een immens lijden als dan zijn berouw zal zijn. Om eens een, zij het ook lugubere, vergelijking te maken: het vagevuur is geen brandstapel maar een atoombom, waardoor alle zonde met één slag wordt weggezuiverd. Of acht men God hiertoe niet in staat?"

….of een niet-tijdelijk iets?

Drs. A. Renckers reageerde daarop met drie artikelen. We nemen een gedeelte over van zijn laatste artikel in De Bazuin van 22 jan. 1966:

„Het vagevuur kan slechts opgevat worden als een bepaalde wijze van menselijk of lichamelijk bestaan. Dat moet dan als niet-tijdelijk of niet-durend leven beschouwd worden". Hij noemt dan het vagevuur een overgang tussen de tijdelijke en de tijdeloze bestaansvorm van de mens en vervolgt dan:

„We mogen het vagevuur als overgang dan ook niet denken als een flitsend noch als een durend gebeuren, zelfs helemaal niet als een gebeuren, aangezien dit allemaal kenmerken zijn die wezenlijk thuisbehoren bij ons tijdelijk bestaan".

De Nieuwe Katechismus

„Vroeger heeft men, in de behoefte het mysterie zo aanschouwelijk mogelijk te maken, zich dit alles duidelijk voorgesteld in schilderijen en toneelstukken. Men stelde zich een plaats voor, een vuur, een bepaalde tijd, het wegroepen door een engel, zo duidelijk als een doktersspreekkamer. In deze voorstellingen heeft men het ongeziene beleefd, en vurig voor de overledenen gebeden. Wij echter zullen, wat de voorstelling betreft, moeten terugkeren naar de oudchristelijke soberheid, en de loutering zien als horend bij de dood. Er geen aparte „uiterste" van maken. Haar niet tezeer „verzelfstandigen". Temeer daar de Schrift er nauwelijks van spreekt" (p. 599).

Ook de N.K. ziet het vagevuur als iets dat „zich afspeelt buiten de tijd". „De refomatie kent niet dit uitdrukkelijk bidden voor de doden. Bij hen neemt de vurige hoop, dat de gestorvene bij God is, de plaats in van ons gebed. In feite is dit verschil misschien niet zo groot als wij denken. Men bidt niet met name voor de doden, maar de beaarding wordt omgeven met gebed" (p. 559).

Inderdaad, wanneer men het vagevuur ziet als het moment van omvorming die plaats heeft bij de dood, dan is er op dit punt geen verschil van opvatting meer tussen Reformatie en Rome. Dan verliest ook bij Rome elk gebed voor een dode zijn zin en dan kan men bij het graf beter bidden voor de levenden, opdat zij getroost mogen worden in hun verdriet en van de andere kant het ernstige Woord des Heren mogen ter harte nemen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

HET VAGEVUUR

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's