IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

In Zijn dienst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In Zijn dienst

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het was een eenvoudige stok, waarvan er destijds misschien wel dertien in een dozijn gingen. Veel Israëlieten gebruikten er één, en zeker de herders. Mozes had ook zo’n stok, zorgvuldig uitgezocht en in gebruik als staf. Maar toch, het bleef een heel gewone stok. We lezen echter in Exodus 17 dat deze eenvoudige stok de “staf Gods” wordt genoemd.

Mozes nam zijn stok mee toen hij naar Farao ging. Wellicht had Mozes deze staf in zijn hand toen hij na de tiende plaag met het volk uit Egypte vertrok. Deze stok stak Mozes uit over de Rode Zee, waarna er een pad ontstond. Toen Mozes deze staf ophief naar de hemel, overwon Israël in de strijd tegen Amelek. Met deze staf sloeg Mozes tegen de rots, waarna er water uitkwam. Het was een heel gewone stok, maar hij werd door de Heere gebruikt om er grote dingen mee te doen.

Instrument

Zo is het ook met de ambtsdragers in de kerk. Zo is het in het ambt van alle gelovigen. Van zichzelf hebben Gods kinderen niets. Integendeel, ze zijn onbruikbaar voor de dienst van de Heere. Ze zijn ongeschikt geworden voor het doel waarvoor ze geschapen zijn. Maar als Hij ze bruikbaar maakt voor Zijn dienst, wórden ze gebruikt. Dan gaat de Heere Zijn kinderen inwinnen voor Zijn dienst. Dan maakt de hemelse Landman een stok geschikt tot gebruik in Zijn dienst. Ze worden als een staf van God, als een instrument in Zijn hand. Dit betekent niet dat de Heere gebruikmaakt van volmaakte instrumenten. Het is opvallend dat we in de hele Bijbel zo’n eerlijke beschrijving tegenkomen van wie de gelovigen waren. De aartsvaders, de richters, de profeten, ze waren mensen van vlees en bloed. Pijnlijk scherp worden hun fouten beschreven. En toch maakt de Heere gebruik van hun dienst. Abraham was een polygamist. Jakob was een leugenaar. Mozes verloor meerdere keren zijn geduld. Rachab was een prostituee. Eli was een slappeling. Simson had een zwak voor vrouwen. David was een overspeler. De discipelen hadden het goed met zichzelf getroffen. Levi was een fraudeur. Petrus wilde haantje-de-voorste zijn. Paulus en Barnabas konden niet door één deur. En toch… de Heere heeft hen gebruikt om Zijn Koninkrijk te bouwen, om de schare te verzamelen die niemand tellen kan. Hij heeft geen mensen nodig in Zijn dienst, maar het behaagt Hem ze tóch te gebruiken.

Altaar

De Heere is het waard dat we Hem dienen met een volkomen hart. Dat we ook bidden om te mogen dienen op de plaats die Hij voor ons het beste acht. Bekeringsgeschiedenissen en biografieën hebben hun valkuilen, anderzijds kunnen ze ons helder illustreren hoe de Heere mensen inwint voor Zijn dienst. Over Hudson Taylor, de bekende zendeling die jarenlang in China werkte, is in zijn biografie beschreven hoe hij als 18-jarige jongen zijn leven aan de Heere wijdde. Hij schreef daarover zelf het volgende: “Een paar maanden na mijn bekering trok ik mij op een vrije middag terug in mijn eigen kamer, om de tijd in gemeenschap met God door te brengen. (…) Ik smeekte Hem of Hij mij iets te doen wilde geven waarmee ik Hem mijn liefde en dankbaarheid kon tonen. Iets dat Hem behagen zou en dat ik mocht doen voor Hem, die zoveel voor mij gedaan had. Ik herinner mij nog duidelijk hoe er, toen ik mijzelf, mijn leven, mijn vriendschappen, ja alles van mijzelf in onvoorwaardelijke overgave op het altaar had gelegd, een diepe, serene rust over mij kwam, met de innerlijke zekerheid dat mijn aanbod aanvaard was. Ik ervoer de tegen woordigheid van God op een onzegbare, heerlijke wijze en hoewel ik nog maar amper achttien was, herinner ik mij, hoe ik mij languit op de grond uitstrekte en zomaar stil bleef liggen voor Zijn aangezicht, in onuitsprekelijke eerbied en vreugde. Voor welk werk ik aangenomen was, wist ik niet, maar er kwam een diep besef over mij dat ik niet aan mijzelf toebehoorde. Dat besef is mij sindsdien altijd bijgebleven en het is gebleken een besef met zeer praktische consequenties te zijn.”

Niet elk van Gods kinderen zal zo’n duidelijke ervaring kunnen verwoorden en beschrijven. Maar de Heere is het waard dat alle gelovigen het zeggen en in praktijk brengen: “Ik heb de zeggenschap over mijzelf verloren, met lichaam en ziel mag ik Hem toebehoren”! In de Rechte Straat 13

☐ Jezus’ ambt als Profeet

☐ Jezus’ ambt als Priester

☐ Jezus’ ambt als Koning

☑ De ambten in de kerk en het ambt aller gelovigen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2014

In de Rechte Straat | 16 Pagina's

In Zijn dienst

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2014

In de Rechte Straat | 16 Pagina's