Slecht uw eigen bedenksels

Daartoe roept Paulus ons op in 2 Kor. 10:4-6. We moeten volgens hem onze gedachten gevangen nemen en ze dan gevankelijk voeren naar Christus. Ze moeten zich aan Zijn voeten neerwerpen en slechts luisteren naar Zijn bevelen.

Maar dat is heel moeilijk. Wij, vooral wij, theologen, hebben zulke ingewikkelde gedachteconstructies opgebouwd, dat veel christenen daardoor de levende Christus niet meer (kunnen en voor een gedeelte ook niet willen) zien. Ze zien door de vele bomen het éne bos niet meer, namelijk de Schrift waarin alle teksten wijzen op de éne Middelaar tussen God en de mensen, Jezus Christus. Het is goed om dat te illustreren, en u kent het gezegde: Wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht. Daarom:

Heel het gebouw van de r.-k. mariologie is als een machtige kathedraal opgetrokken op het fundament van de ratio. Vol bewondering kun je kijken naar dit kunstwerk - vanuit bijbels standpunt bezien moet ik helaas zeggen: dit wangedrocht - met zijn sierlijke bogen en steunberen, de redeneringen die bij elkaar aansluiten en in elkaar grijpen. De architecten van dit intellectuele monument hadden ook beslist hun vrome en goede bedoelingen. Je doet hen onrecht aan wanneer je hen zou betitelen als bewuste volksmisleiders.

Ze redeneerden - vanuit bijbels standpunt moet ik zeggen: ze wauwelden - aldus. Jezus is een man. Welnu, in een gezin klampen de kinderen eerder de moeder aan, wanneer ze iets willen krijgen. Vader is in hun ogen de strenge man waarvoor ze eerder bang zijn. En als ze iets verkeerds hebben gedaan, roepen ze de bemiddeling van moeder in om de straf te ontlopen of althans een niet al te hard pak voor de broek te krijgen. Daarom heeft God ons Maria gegeven als een middelares tussen ons en Jezus. Maria staat dichter bij ons en zij wil ons aan haar hand naar Jezus brengen. Dat klinkt allemaal heel aannemelijk. Het lijkt logisch en vooral psychologisch volkomen te kloppen, maar… het is niet bijbels. In de Bijbel krijgt de stem van vlees en bloed geen kans. Daar gelden andere, hemelse wetten.

Daarin wordt geleerd dat God niet alleen vaderlijke, maar ook moederlijke gevoelens voor ons heeft. Hij is trouwer aan Zijn kinderen dan welke moeder ook. "Kan ook een vrouw haar zuigeling vergeten, dat zij zich niet ontfermt over de zoon van haar buik4- Ofschoon dezen vergaten, zo zal Ik toch u niet vergeten" (Jesaja 49:15).

God is in Christus meer dan een moeder voor ons. In Psalm 131 spoort David Israël aan om zijn hoop op de Heere te vestigen en dan zegt hij dat hij zich bij God zo veilig voelt als een kind aan de borst van zijn moeder. "Mijn ziel is gelijk een gespeend kind bij zijn moeder."

Deze redenering over Maria is ook om een andere reden in strijd met wat de Bijbel leert. Daarachter gaat namelijk de gedachte schuil dat Jezus toch niet echt mens is geworden en dat Hij vooral God is, zodat we alleen maar met vrees en ontzag naar Hem kunnen opzien en daardoor moeder Maria nodig hebben om de bemiddelende rol te spelen tussen ons en deze Vreeswekkende.

Jezus zei: "Laat de kinderkens tot Mij komen en verhindert ze niet" (Markus 10:14). Gebeurt dat ook niet in sommige protestantse kringen? Men probeert daar de eenvoudigen ervan te weerhouden om meteen vol vertrouwen naar Christus te gaan, want volgens hun redeneringen moet er van alles gebeuren, voordat je dat eindelijk mag. Het steunen op eigen bedenksels zit ons in het bloed. We moeten daar niet aan toegeven. Sola Scriptura!

En waarom zouden we? Christus verschijnt ons in de Schrift als een en al Liefde. De onzichtbare God heeft Zich in Hem geopenbaard in al Zijn barmhartigheid. We mogen Hem tot ons eten als het Brood des levens en Hem om niet tot ons drinken als het water des levens. De heerlijkheid Gods daalt in ons neer via het geloof in Christus. De ganse Drie-eenheid komt dan in ons woning maken. "Zo iemand Mij liefheeft, die zal Mijn woord bewaren; en Mijn Vader zal h em liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en zullen woning bij h em maken" Qoh. 14:23). "Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, Die in u is?" (1 Kor. 6:19).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen