Verbijsterende vervalsing van het Evangelie

Ofschoon op de titelpagina vermeld werd dat het boek "Onze Lieve Vrouw aan de Priesters, haar zeer geliefde Zonen" (380 blz.) niet in de handel is, kwam ik toch via de Belgische ex-priester Toon Vanhuysse in het bezit van een exemplaar. En ik werd er zeer door geschokt. Waarom?

I. HET 'WITTE LEGER' VAN 'MARIA'

Geheim

In de eerste plaats omdat hier sprake is van een geheime, ondergrondse beweging zoals Opus Dei. 'Maria' zei: "Het is mijn uitdrukkelijke wil dat mijn Beweging zich in de stilte en de verborgenheid verbreidt" (p. 169).

Maar er is dit grote verschil dat Opus Dei, ook wel de Witte Maffia genoemd, intern strak georganiseerd is, terwijl dit "Witte Leger" zelfs in het centrale adres voor de gehele wereld geen betaalde kracht in dienst heeft.

Desondanks was dit boek dat voor het eerst verscheen in 1973, reeds in 1979 in 23 talen uitgegeven en werd het in 40 landen verspreid (p. 10).

Ik citeer uit de Nederlandse uitgave van 1979, die een vertaling is van de tiende Italiaanse druk.

Deze Beweging had al in 1979 de instemming van bisschoppen en kardinalen, die met name genoemd worden, als ook van deze paus (p. 12).

Okkult

In de tweede plaats vanwege de vorm. Het bevat, behalve een inleiding van de Italiaanse priester Renzo Del Fante van 31 bladzijden, uitsluitend boodschappen die Maria tot de priester Stefano Gobbi richtte.

Maar wat deze 'Maria' zegt is zozeer in strijd met de Bijbel dat we zonder meer moeten aannemen dat het de vorst der duisternis is, die zich hier in de gedaante van de 'engel des lichts' openbaart om het mensdom te verleiden. Deze 'Maria' is zeer beslist een okkulte figuur, een verschijning uit de afgrond.

Het is dan ook typerend dat dit boek met graagte gelezen wordt in boeddhistisch' kloosters (28).

In de derde plaats vanwege de inhoud van die boodschappen van 'Maria'. Di bevatten de volgende kenmerken:

Maria centraal

1. 'Maria' staat daarbij volkomen in het centrum. Zij heeft de leiding van het mensdon in handen. God wikt, maar Maria beschikt; daar komt het telkens op neer. "Gi behoort Mij toe. Ge zijt mijn eigendom. Ge moet elk ogenblik zijn dat wat Ik wil. Gi moet elk ogenblik dat doen wat Ik u zal vragen. Wees niet bang. Ik zal u steeds nabi zijn" (35). "Niets anders mag u interesseren of voor u belangrijk zijn, dan te leven mè Mij en vóór Mij. Leer u door Mij in bezit te laten nemen, opdat wat ge ook doet. Ik he ben, die het door u doe" (36). "Er is maar één enkel teken dat God aan de wereld en aai de Kerk van heden geeft: Ikzelf' (125).

Eigen roem

2. 'Maria' zoekt volkomen haar eigen eer. Ze kondigt voortdurend haar triomf aan "Hoezeer heb Ik vanmorgen uw eerbetuiging gewaardeerd!" (37). "Gij, Priesters, zij mijn keurkorps, gereed om voor de Kerk en de Paus te strijden. Met uw hulp zal II mijn grote zegen behalen" (68). "De tijden van mijn triomf zijn gekomen" (77). "Ik het u. Priesters, uitverkoren en voorbereid voor de triomf van mijn Onbevlekt Hart in de wereld" (78). "Deze Beweging is niet een van de zovele bewegingen, maar is mijn Beweging" (91 - hoofdletters en cursiveringen zijn steeds zoals in het boek weergegeven, dus ook de hoofdletters waarmee 'Maria' voortdurend als een God spreekt over 'Ik' en 'Mij').

Erotisch

3. De manier waarop 'Maria' tot priester Gobbi spreekt, heeft een erotische, soms zelfs een enigszins masochistische, ondertoon. "Ge zult nog te lijden hebben, maar: houd moed! Ik zal steeds met u zijn en ge zult, als niemand anders de zoetheid van mijn Moederhart smaken" (37). "Ik schenk u de vreugde van het Kruis" (99). "Hoezeer bemin lk u. Met welk een tederheid kijk Ik naar u" (48). "Hoeveel genaden heb Ik u geschonken en hoe liet Ik u binnengaan in de intimiteit van mijn Onbevlekt Hart.

Hoeveel moederlijke tederheid hebt ge niet ondervonden, mijn zoon". "Mijtoegewijd-zijn is het middel om steeds dieper door te dringen in de intimiteit van mijn Onbevlekte Hart en Ik zal hen een zoetheid laten smaken zoals alleen een moeder haar eigen kinderen kan laten proeven" (55). "Zijn ziel zal zacht geroerd worden door mijn moederlijke liefkozing" (101).

Alleen Maria

4. Tegenover de Sola's van de Reformatie met als centrum "Alleen door Christus" stelde Rome vroeger het 'èn - èn': "Schrift èn traditie; Christus èn Maria" enz.

In dit boek wordt voortdurend gesproken over "door Maria alleen". "De Mariale Priesterbeweging moet alleen mijn Werk zijn. Door uw zwakheid heen zal Ik mijn macht tonen" (39).

Ze spreekt wel over Jezus, maar als over "mijn Jezus" (45), de baby op haar schoot en de kleine jongen aan haar hand. "Ikzelf zal de Aanvoerster zijn van dit leger. Nu ben Ik het in de stilte en de verborgenheid aan het vormen, zoals lk mijn Zoon Jezus gedurende negen maanden in mijn schoot gevormd heb en gedurende vele jaren in de stilte en de verborgenheid dag na dag opgevoed heb" (39).

"Het enige waar het op aankomt, is dat ge u door Mij laat vormen. Daarom is het nodig dat ieder zich aan mijn Onbevlekte Hart opdraagt en toewijdt, zich helemaal aan Mij toevertrouwt, zoals Jezus zich helemaal aan Mij heeft toevertrouwd. Dan zal Ik voor alles zorgen" (40).

"Zij moeten eraan wennen Mij alleen te zoeken, naar Mij alleen te luisterenen zich aan Mij alleen toe te vertrouwen" (92).

"Ook Jezus heeft al zijn lijden willen opofferen aan zijn hemelse Vader door en met Mij" (102). "Ik alleen ben in staat u aan de handen van Satan te ontrukken en u te redden" (122). "Ik alleen zal de overwinnares zijn" (181).

Alles-eisend

5. Deze 'Maria' beschouwt de priesters als haar lijfeigenen op wie zij volledig beslag mag leggen.

"Laat ook toe dat Ik het ben, die door u handel. Om dit te bereiken is het echter noodzakelijk dat ge aan uzelf afsterft" (41). "Wie zich aan Mij heeft toegewijd, behoort Mij volledig toe. Hij kan. op geen enkel ogenblik van de dag, nog vrij over zichzelf beschikken" (43). "Zodra zij zich hebben toegewijd aan mijn Onbevlekt Hart, kunnen zij zichzelf niet meer toebehoren. Hun leven, hun ziel, hun verstand, hun hart. het goede, ook het kwade dat zij gedaan hebben en de gebreken die zij hebben, alles is van Mij. alles behoort Mij toe" (50).

"Zij moeten altijd leven met hun ogen alleen op Mij gericht, verblijven bij Mij, liefhebben in Mij, bidden door Mij"(89). "Ze mogen niets bezitten wat Ikzelf niet ben" (93). "Ik breng u tot de uiterste vernietiging van uw eigen ik" (313).

Almachtig en alomtegenwoordig

6. Deze 'Maria' presenteert zich als de Almachtige. Ze eist dan ook een algeheel en onvoorwaardelijk vertrouwen in haar. "Ik wil dat mijn Priesters, altijd en uitsluitend, leven in het grootste vertrouwen op Mij. Zij moeten van Mij alles verwachten, ook wat betreft hun leven en hun middelen van bestaan". "Mijn priesters mogen zich geen zorgen maken over voedsel en kleding. Als kinderen moeten zij hun Moeder in alles laten voorzien" (89).

Zij schrijft zich de goddelijke al-beschikking toe. "Wat u ook overkomt, het is door Mij voorbeschikt voor uw bestwil. Ook de ogenblikken van duisternis, smart en onbegrip zijn door Mij vooraf bepaald" (92).

En als de Alomtegenwoordige: "Ik ben niet slechts geestelijk maar werkelijk tegenwoordig, ook als ge Mij niet ziet" (100).

Daarom eist zij ook een volstrekte afhankelijkheid: "Ik zal u eraan wennen op elk ogenblik van Mij afhankelijk te zijn, maar op zulk een eenvoudige en spontane manier, zoals een kind dit doet in de armen van zijn moeder" (108). "De Priesters van mijn Beweging moeten allemaal kleine kinderen worden, door Mij gevoed, gekust, geliefkoosd en gewiegd" (124).

Heidens

7. Op de vooravond van het kerstfeest van 1974 zegt 'Maria' tot Gobbi: "Herleef met Mij deze ogenblikken van hevig verlangen en pijnlijke bezorgdheid, toen mijn

Bruidegom de ene weigering na de andere kreeg op zijn vraag naar onderdak voor die nacht. Meermalen had Hij als het ware aan het deurtje van mijn Hart geklopt. Het ogenblik van zijn geboorte was aangebroken en Ik. Maagd, moest Hem moederlijk geven aan de mensheid" (128).

Deze gedachte van een kind dat tegelijk de bruidegom wordt van zijn moeder, vinden we in alle heidense godsdiensten terug bv. van Horus.zoonen vrouw van de godin Isis (Astarte. Astharoth).

Samuël "sprak tot het ganse huis Israëls: Indien gij u met uw ganse hart tot de Heere bekeert, zo doet de vreemde goden uit het midden van u weg, ook de Astharoths; en richt uw hart tot de Heere en dient Hem alleen, zo zal hij u uit de hand der Filistijnen rukken" (Sam. 7:3).

Keren deze tijden nu niet terug? Moeten ook wij niet met de profetische kracht van het Woord Gods alle rooms-katholieken toeroepen dat zij zich moeten bekeren en de twintigste-eeuwse Astharoth uit hun midden moeten wegdoen en dat de Heere hen dan uit de hand van de pausen zal rukken en hen zal overplaatsen in het Koninkrijk van Zijn genadige liefde, "opdat gij zoudt verkondigen de deugden van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht" (1 Petr. 2:9)? Of zullen we zijn als de slappe Eli die de hoererij van zijn eigen zonen steeds maar door de vingers zag (1 Sam. 2:22)? Of gaan wij alles oecumenisch goedpraten?

Angstwekkend

8. Er zit iets benauwends in de beschrijving van die machtige Mariale Beweging: "mijn onoverwinnelijk keurkorps (70), "mijn grote Witte Leger", "mijn Priesters die mijn trouwe keurkorps vormen" (72) en die straks met hun gewelddadig onderdrukte erotische energie door deze okkulte 'Maria' op de wereld worden losgelaten. "De tijd van mijn grootse terugkeer en van mijn volledige overwinning is nabij. Mèt Mij wil lk in deze beslissende strijd mijn Priesters. Zij zullen door Mij worden aangevoerd. Zij zullen mijn bevelen gewillig opvolgen… om mijn vijand in het hart te treffen en met mijn heil zijn kop te verpletteren" (70).

De stad van de atoombom

Op 3 juni 1978 is Gobbi in Nagasaki. Dan dreigt 'Maria': "Wie in dit toevluchtsoord, mijn Onbevlekte Hart, niet binnengaat, zal worden meegesleurd door de grote storm" (317).

Het boek eindigt met een toespraak van 'Maria' tijdens een samenkomst van 400 priesters van deze Mariale Priester-Beweging uit 35 landen, op 4 juli 1979. Dan zegt 'Maria': "Ik heb u hier willen zien om aan ieder van u mijn eigen geest mee te delen, zodat ik echt in u kan leven en werken. Het uur van de triomf van mijn Onbevlekt Hart is gekomen. Ik heb u hier willen samenbrengen in mijn keurkorps, in slagorde geschaard, want dit is het Uur om met Mij over te gaan tot de strijd. Gaat onder de bevelen van de Plaatsbekleder van Jezus, de Paus, uiteen naar alle delen van de wereld" (365). Dat leger zal "schrikwekkend en zegepralend zijn" (166).

Trouw aan de paus

Al zegt 'Maria' dat zij met haar Witte Leger in het verborgen wil opereren, toch blijkt

De paus, terwijl hij in 1983 in Lourdes neerknielde voor het beeld van Maria, de Onbevlekte Ontvangenis.

Als ik hem zo zie, heb ik de neiging om hem op de schouders te kloppen en hem te zeggen:

Karol Wojtvla, kent u dan niet de vreselijke vervloekingen waarmee de Schrift hen bedreigt, die de beelden eer aandoen, tot in "het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten" (Ex. 20:5)?

Aaron wilde in het gouden kalf de God van Israël eren. "Aaron liet bekend maken: Morgen is er feest ter ere van de Heere" (Ex. 32:5). En u weet hoe vertoornd de Heere was, omdat de Joden, tegen Zijn uitdrukkelijk bevel in, Hem hadden willen eren door voor dat gouden kalf als een beeld van Zijn kracht en heerlijkheid neer te knielen. "En zo kwamen er die dag ongeveer drieduizend man om" (v. 28).

Maar u knielt neer voor een beeld van een schepsel,om dat te eren. U doet dat openlijk en spoort de mensen aan dat ook te doen.

Wat een schuld laadt u op deze manier op u! Straks zult ook u slechts sidderend kunnen uitroepen "tot de bergen en tot de steenrotsen: Valt op ons en verbergt ons van het aangezicht van Hem die op de troon zit en van de toorn van het Lam" (Openb. 6:16). dit niet waar te zijn. Immers:

a. Vele malen herhaalt zij dat de priesters weer zoals vroeger uiterlijk herkenbaar moeten zijn aan de zwarte toog. Begrijpelijk, want hij een leger horen ook uniformen. Maar waarom moeten deze soldaten van het Witte Leger, met aan het hoofd de in het wit geklede paus, een zwart soldatenpak dragen? Moeten zij fungeren als een soort Doodseskader ("tot bloedvergietens toe" p. 370) zoals alle diktatuurstaten die (gehad) hebben? Zwart is immers gewoonlijk het teken van de dood en de rouw.

b. Door het hele boek klinkt voortdurend de oproep tot trouw aan 'Maria' èn aan de paus. "Zo zult gij, zonen, niet luisteren naar de stem van deze of gene theoloog, maar alleen naar mijn Stem. En mijn Stem zal u zachtjes alleen herhalen wat de Paus en de met hem verbonden Kerk zullen verkondigen. Trouw aan mijn stem en aan die van de Paus, zult gij het keurkorps zijn. door Mij voorbereid, dat zijn persoon zal verdedigen, dat zijn leer waarnaar men niet meer luistert, zal verbreiden" (135).

c. 'Maria' keert zich ook bijzonder fel tegen de ex-priesters die de leer van de paus afwijzen. "Wanneer het ogenblik zal komen van het verschrikkelijke treffen met de Priesters die de dwaling uitdragen en die zullen opstaan tegen de Paus en tegen mijn Kerk ('Maria' spreekt voortdurend over 'mijn Kerk', niet over de Kerk van Christus. HJH), en die een ongehoord aantal van mijn arme kinderen zullen meesleuren in het verderf, dan zult gij (= de priesters van de Mariale Beweging. HJH) mijn trouwe Priesters zijn" (134).

Hoewel deze dreigende taal angstaanjagend is, gaan wij, ex-priesters die tot de Reformatie zijn overgegaan, rustig door in de kracht van Christus, strijdend voor Zijn Gemeente.

Tot bloedvergietens toe

In de "Akte van toewijding die de priesters van de Mariale Beweging moeten afleggen en die kerkelijk is goedgekeurd, spreken zij deze gruwelijke belofte uit: "Wij beloven U ook de meest volledige trouw… zelfs als het nodig mocht zijn. tot bloedvergietens toe" (370).

En dat "Witte Leger" zal uitrukken om hen neer te slaan, die zich keren tegen de Mariaverering en tegen de machtsaanspraken van de paus, dus ook tegen alle christenen van de Reformatie, tegen u en mij.

II. SAMEN MET DE 'WITTE MAFFIA'

Dat Witte Mariale Leger zal zich verenigen met Opus Dei, de "Witte Maffia", waarvan de leden verplicht zijn tot eenzelfde huiveringwekkende kadavergehoorzaamheid: "Gehoorzaam zoals een instrument gehoorzaamt in de handen van een kunstenaar. Een instrument vraagt zich niet af waarom hetdit of iets anders doet" (De Weg = het handboek van Opus Dei, nr. 617. Dit pauselijk goedgekeurd handboek bevat 999 regels, het omgekeerde van 666).

Met eenzelfde redenering hebben de nazibeulen hun geweten uitgeschakeld: "Befehl ist Befehl!"

En in de Constituties (= orderegels) van Opus Dei staat over de leiders van dit geheime genootschap: "De leiders van het instituut zijn verplicht alle middelen te gebruiken om de gehoorzaamheid aan de constituties af te dwingen", aldus de r.-k. priester L. van Gelder in De Bazuin van 7 okt. "Alle middelen…", daaronder vallen ook de gruwelijkste, de meest rúcksichtlose.

Volgens Van Gelder is Opus Dei "actief in 90 landen, telt 74.000 leden van wie 1300 priesters (dit jaar heeft de paus er in Rome 28 gewijd), is betrokken bij de leiding van 500 universiteiten en hogescholen, bij 700 dagbladen en tijdschriften. 50 radio- en televisiestations, 40 nieuwsagentschappen, 15 bedrijven voor produktie en distributie van films".

Octopus Dei

In "Het zwaard over de herder" (De Banier-Utrecht) schreef ik op pag. 65-67 meer over Opus Dei. Ik citeerde daarin vooral uit "La prodigiosa aventura del Opus Dei; genesis y desarrollo de la Santa Maffia = Het kolossale verhaal van Opus Dei; ontstaan en ontwikkeling van de Heilige Maffia" van Jesus Ynfante.

In 1981 hebben de onthullingen van het ex-Opus-Dei-lid. prof. dr. John Roche, van de universiteit van Oxford (Engeland) nogal de aandacht getrokken van de wereldpers. Hij schreef in The Times o.a. ook over RUMASA. een Spaanse onderneming van Opus Dei met 30.000 man personeel in dienst en een kapitaal van negen miljard gulden. RUMASA wordt in Spanje Octopus Dei genoemd.

De r.-k. theoloog dr. Urs von Balthazar heeft in twee artikelen in "Neue Zúricher Nachrichten" (nov. 1963) de nauwe band aangetoond die er bestaat tussen de eveneens ondergrondse Liga van Pius V en Opus Dei. Hij schreef: "De kern van Opus Dei bestaat uit geheime cellen, met daaromheen een wijdere groep, die haar invloed uitoefent op de gehele samenleving. Ze hebben een vaste greep op het bankwezen en de pers".

Verenigd Europa

De paus wordt uiterlijk steeds sterker. Zijn triomf begint in Europa dat in 1992 verenigd moet zijn en dat voor het merendeel uit roomse landen bestaat. Volgens Kath. Nieuwsblad vormen de rooms-katholieken thans een meerderheid in de EEG van 53,58%. De paus sprak reeds het Europese parlement en de Raad van Europa in Straatsburg toe. Hij zei: "My wish as the supreme Pastor of the universal Church is… Mijn wens als opperste herder van de universele Kerk is…". Hij werd er met gejuich begroet!

Volgens prof. dr. H. Haring, r.-k. priester, buiten de aanhangers van deze paus diens theorieën uit "voor de instandhouding van de kerkelijke macht en voor eurocentrisch imperialisme" (De Bazuin, 14 okt.).

De vlag van het verenigde Europa bestaat uit een blauwe doek (blauw is de kleur van Maria) met twaalf sterren. En juist in dit boek verzekert 'Maria'voortdurend dat zij de vrouw is met de kroon van twaalf sterren van Openb. 12. "Ik alleen ben aangekondigd als het grote teken aan de hemel: de Vrouw, bekleed met de zon, de maan als een tapijt onder haar voeten en om haar hoofd een lichtende kroon van twaalf sterren. Mijn overwinning op de rode draak…is voorspeld. Deze zegepraal zal worden behaald door de triomf van mijn Onbevlekt Hart in de wereld. En deze zege zal Ik behalen door de priesters van mijn Beweging" (125).

De paus wereldleider?

En in IRS nov. pag. 14 kunt u lezen over de poging om via Assisi te komen tot een wereldvereniging van de godsdiensten met de paus als opperhoofd.

Steeds nieuwe initiatieven worden ontplooid om aan de paus de macht over de wereld toe te spelen. Het nieuwste is Lumen 2000.

Daarover schrijft drs. M. Koopman in De Bazuin van 23 sept.: "Dit project beoogt de oprichting van een wereldomspannend net voor evangelisatie via de massamedia. De Nederlandse multimiljonair Piet Derksen heeft een bedrag van 750 miljoen dollar (!) toegezegd aan de paus om de onderneming Lumen 2000 van de grond te krijgen". "Het allernieuwste initiatief van Piet Derksen is een postuniversitaire school voor Europese katholieke journalistiek - "European Media Studies" - die deze maand (september) in Brussel is geopend. Dat moet de weg bereiden voor de geestelijke (lees: roomse. HJH) kolonisatie van Europa".

Hij wordt bij zijn pogingen om de gehele wereld aan de voeten van de paus te leggen, gesteund door nog twee Amerikaanse multimiljonairs: B.G. Gavnar en J.L. Dherse, aldus het Italiaanse blad Jesú.

Volgens een artikel van J. de Groot in Leidsch Dagblad is het doel van dit drietal: "Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de wereld vóór het jaar 2000 bekeerd is tot het katholieke geloof?"

Tweeëneenhalf miljard kijkers!

Een eerste poging daartoe was de life-uitzending tijdens de opening van het Mariajaar op de vooravond van Pinksteren 1987. "Tijdens dit grootse satelliet-TV-project werden in principe tweeëneenhalf miljard mensen bereikt. De 4.140.000 gulden kostende uitzending uit het Vatikaan werd vooreen belangrijk deel gesponsord door Piet Derksen". Aldus M. Koopman.

Ook de 'Maria' die nu al enkele jaren aan kinderen in Medjugorje (Yougoslavië) verschijnt, roept op tot eenzelfde totale overgave aan haar om daardoor haar triomf over de wereld voor te bereiden; zie o.a. het boek "Aprite i vostri cuori a M ARIA"(= Opent uw harten voor Maria) van de r.-k. priester Tomislav Vlasic. dat eveneens gratis vanuit Milaan wordt verspreid.

Een aardje naar zijn vaartje

De opzet van dit Witte Mariale Leger en van Opus Dei is een bijzonder slimme truc van de satan. Ze hebben dan ook het aardje naar hun vaartje. De "Vader van de leugen" (Joh. 8:44) werkt ook graag in het geheim en in de duisternis.

En zijn slachtoffers zijn vele. In het Reformatorisch Dagblad van 10 oktober stond dit bericht:

"Zestien oecumenische groepen, waarin protestanten en rooms-katholieken nauw met elkaar samenwerken, hebben zaterdag een landelijk oecumenisch platform opgericht. Ze zullen een gemeenschappelijk blad met de titel 'Oecumenens' uitgeven".

Blijkbaar wil de wereld, ook de protestantse, bedrogen worden. Ondanks de keiharde feiten wordt de oecumene menens.

III. DE HOUDING VAN ROME TEGENOVER ISRAËL

Men leze het artikel: "Rome: niet Israël, maar het Vatikaan" van "Christenen voor Israël" van maart 1988. Ik citeer daaruit:

"Israël heeft geen toekomst. De paus heeft de Israëliërs niets te zeggen en zij kunnen hem bovendien niets vertellen wat hij al niet weet. "Aldus de jezuïet prof. J. Schneider in een vraaggesprek met het Brabants Dagblad. Het blad citeert ook uit het boek van de jezuïet P. Micelli, getiteld "De antichrist", waarvan inmiddels vele herdrukken zijn verschenen, terwijl het bisdom New York zijn officiële goedkeuring heeft gegeven aan de inhoud van dit boek: "De joodse staat is het wapen van de duivel tegen de wederkomst van Christus. De joodse staat is de collectieve personificatie van het egoïsme en het fundament van de satanische macht van de antichrist."

Het Vatikaan onderhoudt zeer vriendschappelijke betrekkingen met de Israël-vijandige staten in het Midden-Oosten en de paus heeft zelfs de leider van de PLO, Arafat, in audiëntie ontvangen. En dat, terwijl iedereen weet dat de PLO met geweldadige middelen de staat Israël probeert te vernietigen. Ook het Vatikaan weigert de staat Israël te erkennen.

Die houding van het Vatikaan vloeit voort uit hun aanmatigende bewering dat Rome 'de eeuwige en heilige stad' is. Volgens de r.-k. theologie is de ROOMS-Katholieke Kerk het "Jeruzalem dat boven is, dat is vrij, hetwelk is ons aller moeder" (Gal. 4:26).

We lezen in Daniël 14 over de eindstrijd van de volken (= de heidenwereld) tegen Jeruzalem. De Antichrist zal die legers aanvoeren. Zal hij dan kunnen beschikken over het trouwe keurkorps van de 'Maria' van het in deze brochure beschreven boek? Maar Israël wordt door de Heere aldus getroost: "Want dan trekt de Heere uit en bindt Hij de strijd aan tegen die volken". "Maar dit zal de ramp zijn, waarmee de Heere al de volken zal slaan, die tegen Jeruzalem zijn opgetrokken: Hij zal hun vlees doen wegteren, terwijl ze nog op hun voeten staan; hun ogen zullen in de kassen wegteren en hun tong zal wegteren in hun mond" (RK.V).

BEMOEDIGING: Zwak èn sterk

Toen ik dit alles op mij liet inwerken en vooral toen ik deze 'openbaringen' van 'Maria' aan priester Gobbi las, dacht ik telkens aan het leger van "de geestelijke boosheden in de lucht" en aan de oproep van Paulus: "Doet aan de gehele wapenrusting Gods, opdat gij kunt staan tegen de listige omleidingen van de duivel" (Ef. 6:10-20).

En ook aan de hoer "met welke de koningen der aarde gehoereerd hebben" (Openb. 17).

V en ik (en ik neem aan: elke gelovige christen van de Reformatie), wij voelen ons dan ook volkomen machteloos daartegenover. Wat moeten wij, zondige mensjes van vlees en bloed, daartegenover beginnen?

Maar diezelfde Paulus bemoedigt ons: " Want als ik zwak ben, dan ben ik machtig" (2 Kor. 12:10). En de Heere zegt: "Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht" (v. 9).

W AT IS HET EVANGELIE?

Een enorm blijde boodschap! Het Evangelie laat mij zien wie Christus is en in Zijn licht wie ik ben.

In de Schrift zie ik de immense heerlijkheid van Christus. Zijn machten majesteit. Hij is de Weerglans van Gods eigen luister. God uit God. Licht uit Licht. Hij is het eeuwige Woord dat de Vader spreekt en waardoor alle dingen geschapen zijn en nog steeds door God onderhouden en geleid worden.

Hij is de openbaring van de onvoorstelbare barmhartige liefde van God. Hij heeft Zich volkomen voor de Zijnen gegeven, tot in het storten van Zijn eigen bloed tot vergeving van de zonde, tot verzoening met God.

En als ik in dat Licht mezelf zie. dan blijft er niets meer van mij over dan èén hoopje ellende, schuld en smerigheid, keiharde zelfzucht.

Tegelijk zie ik echter in Christus die uitnodigende liefde. Ik zie Zijn neerbuigende goedheid. Ik hoor de zachtheid, het begrip, het mededogen in Zijn stem, de stem van de goede Herder.

En als ik dat werkelijk zie, word ik onweerstaanbaar naar Hem toe getrokken. Ik kan dan niet anders dan naar Hem toesnellen. Want in Hem zie ik vóór mij het lokkende, lieflijke Licht, terwijl ik in en achter mij de grijnzende duisternis weet.

Ik zie dan ook dat Hij volkomen betrouwbaar is. Ik kan dan ook niet anders dan mijn volstrekte vertrouwen in Hem uitspreken, mij helemaal aan Hem overgeven. Dat is het zaligmakende geloof, een geloof dat je nu al zalig maakt. In Christus "verheugt gij u met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde" (I Petr. 1:8).

Dan heb je niets en niemand meer nodig buiten Christus. Want met je hart beaam je dan: "Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar Hem voor ons allen overgegeven heeft, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?" (Rom. 8:32).

Geloven is dus niet: op zekere dag het besluit nemen Christus aan te nemen. Zo'n menselijk besluit heeft geen kracht in zichzelf. Het kan door de eerste de beste aanvechting omver worden geblazen.

Maar het geloof dat door het zien van Christus wordt gewekt, is onverwoestbaar. Want Christus die Zichzelf aan mij heeft geopenbaard door Zijn Woord en door Zijn Heilige Geest, houdt mij dan voorgoed vast. Hij laat niet toe dat ik ooit uit Zijn hand zal vallen. Ik weet dat met innerlijke zekerheid, omdat ik Hem van binnenuit ken en omdat Hij mij dat bovendien uitdrukkelijk belooft: Joh. 10:28.

Die onzegbare rust en vrede in Hem wens ik u, lezer(es), toe uit de grond van mijn hart. U zult antwoorden: "Maar dat geloof moet je gegeven worden". U hebt gelijk; zie Joh. 6:65. Maar, halleluia! er is ook deze stellige belofte: "Bidt en u zal gegeven worden; klopt en u zal opengedaan worden" (Lk. 11:9) … al moet u soms lang bij de Heere blijven aankloppen; zie Lk. 18:1-8.

DE ROOMSE ARMADA

Dit jaar herdenken we het feit dat 400 jaar geleden de Roomse Armada ten onder ging. Met opzet schrijf ik over de "Roomse" en niet over de "Spaanse" of de "roomskatholieke" Armada. Waarom? Omdat het plan daartoe door de paus werd doorgedrukt en omdat dit puur een zaak van politiek was, van het wereldse Rome, dat niets meer uit te staan had met het woord "katholiek" zoals dat gebezigd wordt in de geloofsbelijdenis van de apostelen: "Ik geloof één, heilige, algemene (katholieke), christelijke kerk".

Om dat aan te tonen behoef ik slechts te citeren uit een artikel van Joh. Wenkman in het paus-getrouwe Katholiek Nieuwsblad van 18 okt. 1988: "De Spaanse Armada en de Engelse Katholieken".

Achtergrond van de Armada

"In het voorjaar van 1570 vaardigde Pius V de schokkende bulle 'Regnans in excelsis' uit, die een opsomming bevatte van de 'wandaden' van de regering van koningin Elisabeth I, alsmede haar excommunicatie (= dat zij in de kerkelijke ban was gedaan HJH) én de verklaring dat haar onderdanen haar geen gehoorzaamheid meer waren verschuldigd". "In de kern betekende dit een afzetting van de monarch, een vermeend oud recht dat Pius V kennelijk nog niet wilde prijsgeven". "Het werd de katholieken in Engeland - door de regering toen begrijpelijkerwijs beschouwd als tenminste potentiële verraders - hoe langer hoe moeilijker, zo niet onmogelijk, gemaakt hun godsdienst openlijk te belijden.

Op 29 juli 1587 sloten Philips II en paus Sixtus een verdrag over een oorlog om in Engeland de vrijheid voor de onderdrukte, zwaar vervolgde katholieken te herwinnen. Deze gewichtige stap had Philips niet van harte gezet. Hij had een afschuw van oorlog".

De leugen van een kardinaal

"Kardinaal Willima Allen had zich op het vasteland onvermoeid ingespannen voorde omverwerping van koningin Elisabeth's regering.

In 1584 betoogde hij dat de Engelse katholieken loyaal waren tegen de koningin en dat de regering niets van hen had te vrezen, maar er stak in deze praat heel wat dubbelzinnigheid, om niet te zeggen oneerlijkheid, want hij bedoelde duidelijk de katholieken aan te sporen tot opstand als er een invasie zou plaatsgrijpen. Hij zorgde immers nu al voor de nodige propaganda: pamfletten die in Engeland moesten worden verspreid als de geschikte tijd daar was. En hij noemde daarin koningin Elisabeth een 'incestueuze bastaard' en vuurde de Engelse katholieken wel degelijk aan om in opstand te komen".

Wenkman voegt er tenslotte aan toe: "Men moet bij dit alles wel heel goed bedenken, dat we hier spreken over toestanden en opvattingen van vierhonderd jaren terug". Inderdaad, maar hoe kan men dan NU volhouden dat die pausen van TOEN de door Christus gewilde plaatsbekleders van Hem op aarde waren? Zou Hij die Zich de goede Herder noemt, zulke wolven die schapen roven en uiteenjagen (Joh. 10:12), op Zijn schapen afsturen en ze bekleden met Zijn onfeilbare en absolute gezag?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen