Interview met een ex-redemptorist

Bogotá, 24 december 1985.

Geliefde Broeder in Christus,

Ik voel een bijzondere genegenheid voor u, want ook ik heb behoord tot de kloosterorde van de paters redemptoristen. Geprezen zij de Heere Wie het behaagd heeft u en mij uit die duisternis vandaan te rukken om ons over te plaatsen in het Koninkrijk van Zijn wonderbaar licht.

Hierbij ingesloten een interview met mij dat verschenen is in "La Verdad Hoy". Als u meent dat het tot stichting kan dienen van de lezers van uw blad, kunt u het publiceren. Met het oog daarop sluit ik een foto in.

Voor het volgend jaar is de komst van de 'Antichrist van Rome' in Colombia aangekondigd. Ik zou u dringend willen vragen in het gebed te brengen of u dan niet naar ons land moet komen om er een kruistocht van bewustwording te organiseren, voordat de heer Woytila ons bezoekt.

Ik waardeer ten zeerste wat u naar aanleiding van het bezoek van de paus in Nederland hebt gepubliceerd. Zou iets dergelijks ook niet bij ons kunnen gebeuren?

Mocht u deze uitnodiging aanvaarden, dan wil ik u meteen zeggen: U bent hartelijk welkom bij mij. Mijn huis is uw huis. Met hartelijke broedergroeten,

Ter inleiding op het interview: Dr. Correa brengt daarin een bepaalde Israëlvisie naar voren. 1RS heeft zich steeds afzijdig gehouden van deze theologische vragen, omdat daarover bij onze lezers verschillend over wordt gedacht. Dat standpunt nemen we ook nu nog in.

Overname van dit interview betekent dus niet dat de redaktie erachter staat. Daar het hier echter over een exredemptorist gaat, meenden wij dat het voor ons blad belangrijk is om naar diens mening, hoewel kritisch, te luisteren. HJH.

Enkele gegevens

Wij bezochten dr. Oscar Correa, technisch opticien, drs. in de filosofie, in zijn optiekzaak waarvan hij de eigenaar is.

Dr. Correa is geboortig uit Santa Rosa de Cabal, 58 jaar, gehuwd met Marujita Escobar. Ze hebben drie kinderen.

Acht jaar geleden gaf dr. Correa zijnleven over aan Christus. Hij verklaarde ons: "Ik voel me als een kind van acht jaar in de handen van de Heere. Ik betreur het dat ik de Heere zo laat heb leren kennen. Ik zeg het de kerkvader Augustinus na: Ach Heere, wat jammer dat ik u niet eerder heb gekend: dat ik u zo laat ben gaan liefhebben!"

Dr. Correa wil de verloren tijd zoveel mogelijk inhalen zoals Paulus ons dat aanbeveelt in Kol. 4:5.

In Cuenca studeerde dr. Correa gedurende vier jaar in het groot-seminarie van de paters redemptoristen: twee jaar filosofie en twee jaar theologie. Een jaar vóór zijn priesterwijding besloot hij het klooster te verlaten.

Wij stelden hem enkele vragen waarop hij ons duidelijk antwoordde.

VRAAG: Wat is volgens u de grootste nood onder de christenen van vandaag?

ANTWOORD: Ik meen dat die grootste nood bestaat in het gebrek aan profetisch perspektief. Daardoor is het volk Gods ingeslapen. Daardoor zien ze niet hoe de voetstappen van de Heere zich reeds hebben gezet op de wolken om de Zijnen tot Zich te nemen. Ze zijn er zich niet van bewust dat "deze dingen voorde deur staan" (Mk. 13:29). Ze leven niet of nauwelijks uit de parousia, de aangekondigde wederkomst van Christus.

Met de ogen van het geloof kunnen wij reeds de zeven engelen van de Openbaring zien, die klaar staan om met hun zeven bazuinen het komende oordeel aan te kondigen, "wanneer Hij zal gekomen zijn om verheerlijkt te worden in Zijn heiligen en wonderbaar te worden in allen die geloven … in die dag" (2 Thess. 1:10).

Alleen reeds in de 216 hoofdstukken van het Nieuwe Testament zijn er 318 zinspelingen op de wederkomst van de Heere. En ook in het Oude Testament lezen we voortdurend die vooruitblik op de dag des Heeren.

VRAAG: Waarom bent u van mening dat dit gebrek aan profetisch perspektief de grootste nood is van de huidige christenen?

ANTWOORD: Omdat, wanneer wij de Schrift op dit punt grondig onderzoeken, er kans is dat wij onder de leiding van de Heilige Geest (Joh. 16:8-12) een draai van 180 graden maken in onze verhouding tot God en tot onze medemensen, en dat niet slechts in ons persoonlijke leven als gelovigen, maar ook wat onze visie op de gemeente betreft.

Daarom zegt de profeet Hosea: "Mijn volk is uitgeroeid, omdat het zonder kennis is" (4:6). Het is om te huilen wanneer je bemerkt hoe weinig Schriftkennis er is onder hen die zich gelovigen noemen.

Als er iets is dat op subtiele wijze veel christenen en gemeenten verwoest, dan is dat het feit dat velen te middernacht zijn ingeslapen en geen olie meer in de lampen hebben zoals dat de dwaze maagden overkwam (Mat. 25:1-14).

De overtuiging van de spoedig naderende wederkeer van de Heere zou ons zeker uitdrijven om zonder uitstel de miljoenen te waarschuwen, die Christus nog niet persoonlijk als hun enige en volkomen Zaligmaker hebben erkend, als dé Redder uit de zonde en de dood.

Dan zouden onze kerkdiensten ook een ander karakter krijgen. We zouden dan geen geld meer bij elkaar brengen om dure kerkgebouwen te financieren. Dan zouden we al onze mogelijkheden aanwenden om zoveel mogelijk aan geroepenen des Heeren de gelegenheid te geven zich in het Woord Gods te bekwamen, opdat zij in de kracht van de Heilige Geest erop uit zouden trekken naar de huizen, naar de wegen en pleinen om hen die tot nog toe de uitnodiging hebben afgeslagen, "te dwingen om in te gaan in het feestmaal van de Heere"; zie Lukas 14:16-25.

VRAAG: Waarom beweert u met zoveel stelligheid dat de wederkomst van Christus niet slechts nabij, maar zeer nabij is?

ANTWOORD: Wanneer wij volgens de opdracht van de Heere (Joh. 5:29) de Schriften onderzoeken, zoals de gelovigen van Berea dat deden (Hand. 17: l-15), dan ontvangen wij de gave van het onderscheiden van de tijden om de profetische signalen die de Heere in Zijn Woord heeft vastgelegd, op te vangen, want "gewis, de Heere zal geen ding doen. tenzij Hij Zijn verborgenheid aan Zijn knechten, de profeten, geopenbaard heeft" (Amos 3:7).

In Mat. 16:1-4 lezen we dat de Farizeeën en Sadduceeën, om Jezus op de proef te stellen, méér tekenen vroegen dan de wonderen die de Heere had verricht.

Ik ben van mening dat zich iets dergelijks voordoet bij veel christenen die niet geloven in de zeer nabije toekomst, en die nog andere tekenen vragen. (Deze vergelijking nemen wij beslist niet voor onze rekening. Volgens ons is het gebrek aan verbrokenheid des harten en van persoonlijk geloofde grootste nood van de christenen. HJH). Maar "het hart van een wijze zal tijd en wijze weten" (Pred. 8:5).

VRAAG: Wat is volgens u het meest duidelijke teken van de zeer nabije wederkomst van de Heere?

ANTWOORD: Ongetwijfeld is dat Israël, Gods 'uurwerk', waarop we de geschiedenis van het mensdom kunnen lezen. Israël is de vijgeboom. die opnieuw groen aan het worden is (Mat. 24:32-34).

Op 14 mei 1948 herrees Israël als zelfstandige staat voor het eerst, nadat Nebukadnezar de Joden in ballingschap had gevoerd in 587 vóór Christus. Gedurende 2.535 jaar was Jeruzalem vertreden geworden door de heidenen (Lukas 21:24). Daardoor staan we aan het begin van een serie gebeurtenissen die in de Bijbel voorspeld zijn en die van beslissende betekenis zullen zijn voor het gehele mensdom, met name ook voor het Nabije Oosten.

Op 7 juni 1967 ging Jeruzalem, de stad die 17 keer werd verwoest, geheel over in de handen van Israël.

Merkwaardig is - en dat kun je in elke atlas nagaan - dat dezelfde meridiaan over Jeruzalem én over Moskou loopt. En in de gebeurtenissen die voor de deur staan, zal deze 'tegenpool'. Moskou, een grote rol gaan spelen.

We zien voor onze ogen zich iets ontrollen dat ons met verbazing slaat. De duivelse drieëenheid vertoont steeds duidelijker haar contouren: de Antichrist, de valse Profeet en de Draak.

De Antichrist is het vreselijke beest dat uit de volkerenzee omhoog rijst (Openb. 13:1-11). De valse Profeet staat op uit de aarde, Israël (Openb. 13:11-18). Hij zal zich valselijk voordoen als een lam, maar spreken als een draak. De Draak is de Satan (Openb. 12:7-10) die met zijn engelen op de aarde geworpen werd en gesymboliseerd is in de ster die op de aarde valt en aan wie de sleutel van de afgrond wordt gegeven (Openb. 9:1-12).

De tijden van de heidenen zijn begonnen in 606 v. Chr. met Nebukadnezarenzijn beeld en zullen ophouden bij de komst van de Antichrist, wiens getal is 666, en met zijn beeld waarin de valse Profeet zijn adem zal uitstorten, zodat dat beeld gaat spreken en laat doden iedereen die het beeld niet aanbidt (Openb. 13:15). Het eindscenario wordt gevormd door de tien naties, geregeeerd door tien koningen (staatshoofden), die "macht ontvangen op één uur met het beest. Deze hebben enerlei mening en zullen hun kracht en macht aan het beest overgeven. Dezen zullen tegen het Lam krijg voeren en het Lam zal hen overwinnen" (Openb. 17:12-14).

Dit tiental lijkt reeds verwezenlijkt in de tien staten van de EEG: Duitsland, Denemarken, Engeland, Ierland, Nederland, België, Frankrijk, Luxemburg, Italië en Griekenland. (Maar vanaf 1 januari 1986 zijn ook Spanje en Portugal toegetreden tot de EEG. HJH).

Deze Europese Economische Gemeenschap is opgericht in 1957 in Rome. Let wel: het Rome van de keizers en de pausen, het Rome waar de grote afval van het Evangelie reeds heeft plaats gevonden, een afval die via de oecumenische beweging zal uitlopen op een eenheid, niet rondom de Christus der Schriften, maar rondom de paus (Openb. 17).

De vleesgeworden duivel van de eindtijd wordt in de Bijbel met 14 namen aangeduid: I. Zaad van de slang; 2. Kleine hoorn; 3. de koning van Babyion; 4. De koning die zijn eigen wil zal doen; 5. de vorst die komen zal; 6. de mens van de zonde; 7. het beest; 8. de zoon van het verderf; 9. de wetteloze; 10. de verwoester; 11. de hoogmoedige koning; 12. de afgod; 13. het geheimenis van de wetteloosheid; 14. de Antichrist.

VRAAG: Wat is volgens u de eerstvolgende gebeurtenis op de profetische kalender?

ANTWOORD: Ik wil voorop stellen dat ik slechts spreek vanuit grote eerbied voor het Woord van God en dat ik mezelf niet als een profeet of exegeet beschouw. Ik meen echter dat die eerstvolgende gebeurtenis zal zijn de opmars van Rusland met nog vijf met Rusland samenwerkende landen naar Israël zoals voorspeld in Ez. 38.

De Bijbel voorspelt dat Gog, de vorst van Mesec (Moskou) zal oprukken naar Israël aan het hoofd van een confederatie van vijf landen: Perzië (Iran), Cus (Ethiopië), Fut (Libië), Gomer (Duitsland) en Togarma (Turkije). Maar de Bijbel voorspelt ook dat Rusland door de macht van God zal worden overwonnen, want Hij zal tussen beide komen met pest, bloed, geweldige regens, hagelstenen, vuur en zwavel (Ez. 38).

VRAAG: Tenslotte: hoe zou u uw boodschap kort willen samenvatten?

ANTWOORD: Ik was een oprecht rooms-katholiek, maar ik kende het Woord van God niet. Toen ik mijn geloof ging toetsen aan de Bijbel, moest ik in alle nederigheid tot de erkenning komen dat ik een zondaar ben. die van Gods weg is afgeweken. Maar op datzelfde moment van crisis en vertwijfeling verscheen de Heere aan mij vanuit dat Woord als de aanbiddelijke Heere, als mijn Zaligmaker, als de Weg, de Waarheid en het Leven.

De Grieken spreken over het labyrint. De Griekse doolhof was een tunnel die zo duister, zo vol kwellingen en kronkelingen zat, dat wie daar eenmaal in was binnengegaan, nooit meer het daglicht zou zien.

Dat was mijn toestand, voordat ik Christus leerde kennen. Ik doolde rond in het labyrint van mijn godsdienstige ideeën, van de wetenschap, van mijn intellektuele speurtochten, van de parapsychologie en nog veel meer.

Maar te midden van die duisternis openbaarde Christus Zich aan mij. Naar de mens gesproken was mijn ontmoeting met Hem een toeval; vanuit God gezien was het uitverkiezing. En Christus veranderde mijn leven.

En het is deze persoonlijke ontmoeting met Christus die ik aan ieder die dit interview leest, toewens en toebid. Moge deze ontmoeting uitlopen op de ootmoedige en vertrouwvolle overgave aan Hem als de enige en volkomen Zaligmaker, aan Hem die is en die was en die komt (Openb. 1:8).

ZWINGLI, HERV ORMER VAN KERK EN SAMENLEVING, door H Veldman (uitg. Oosterbaan Goes, 236 blz. f 24,90 gebonden, f21,90 paperback). Zeer boeiend en voorzien van een uitgebreide litteratuurlijst. Het is goed om kennis te nemen van leven en werk van deze ex-priester, vooral ook over zijn Avondmaalsopvatting, die vaak verkeerd wordt weergegeven. Volgens Zwingli is Christus 'anamnetisch' in het Avondmaal aanwezig. Anamnese betekent voor hem méér dan alleen 'herinneren', het is het verleden in het heden laten gelden, als levende werkelijkheid aanwezig stellen" (p. 158).

WAT MOETEN WE DAARTEGEN DOEN? (vervolg van p. 32).

Laat ieder dat zelf biddend bedenken. Wij van IRS menen dat goede, gedokumenteerde voorlichting broodnodig is. Misschien dat bij sommigen dan de ogen open gaan. Daarom willen we dit nummer zoveel mogelijk ter beschikking stellen.

Indien u kennissen hebt waarvan u vermoedt dat ze belangstelling hebben voor een abonnement, schrijf ons en we sturen hen gratis een proefnummer. Wilt u dit nummer op ruime schaal verspreiden, dan leveren we het graag tegen kostprijs.

Giften voor de gratis verspreiding van dit nummer kunt u overmaken op giro 901.000 van 1RS te Velp met vermelding: "Verspreiding IRS maart '86".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen