DE PRACHT VAN DE KHAJURAHO-TEMPELS

„Tempel en torens zijn bedekt met het fijnste beeldhouwwerk, drie rijen boven elkaar: goden, godinnen, soendaries, hemelse maagden en de mithoena paren. De vormen zijn van uitzonderlijke fijnheid met anatomische precisie. Het is haast onwaarschijnlijk, dat zoiets van steen gemaakt is. Veel figuren hebben de blik van het aardse afgewend, een verheven uitdrukking in de amandelvormige ogen, een welgevormde neus en mond zonder glimlach, alles tezamen onvoorstelbaar gracieus. Er zijn ook speelse figuren. Jonge vrouwen, die hun oogleden zwart maken, hun haar opmaken, hun voeten met henna kleuren, een muziekinstument bespelen, hun boezem vasthouden."

„De massieve torens doen door de meesterlijke architectuur elegant en licht aan. Prachtig uitgehouwen, open balkons onderbreken de beeldenrijen aan alle zijden van de tempel."

„De andere tempel-groepen staan verderop… en ieder van deze twintig unieke bouwwerken vervullen een mens, die ontvankelijk is voor lijn, vorm en harmonie, met een gevoel van ontzag voor deze volmaakte tempelstructuur. De ongekende stilte van het landschap is adembenemend."

Uit: „India" door J. Bossert p. 122-123

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen