IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

eerste kennismaking met Australië

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

eerste kennismaking met Australië

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zittende in het vliegtuig van Melbourne naar Sydney, op 5 maart, begin ik aan een verslag van de eerste dagen in Australië.

Ik arriveerde vanuit Bombay op zaterdag X maart in Perth 's morgens om half vier. Ds en mevrouw Warren en ouderling Swart van de Reformed Church stonden mij op te wachten en om half vijf tuimelde ik vermoeid in mijn bed.

's Middags op bezoek bij br. Bijlsma, die vijf jaar lang de belangen van I.R.S. behartigd heeft in West-Australië. Daarna vergadering met het comité I.R.S. West-Australië ten huize van br. Sanders, thans voorzitter. Br. Sanders is roomskatholiek geweest, maar jaren geleden reeds overgegaan naar de Reformed Church. Hij had in die tijd veel mijn boeken bestudeerd. Merkwaardig, zo ver weg kan het getuigenis dat wij neerschrijven, anderen tot zegen zijn. Daar kun je dan zo dankbaar voor zijn.

's Avonds samenkomst in de Reformed Church. Na afloop had ik verschillende persoonlijke gesprekken, o.a. ook met een Italiaanse mevrouw die door het contact met de Jehova Getuigen de Bijbel was gaan bestuderen. Ik nodigde haar voor een gesprek op dinsdagmorgen uit.

Zondag preken in de morgendienst. Daarna een informele bijeenkomst bij een kop koffie, met ongeveer dertig Nederlandse emigranten.

Men ziet, althans iemand als Ds Warren, duidelijk de beperktheden en tekortkomingen van de eigen kerk. Een enigszins intellektualistische en dogmatische inslag. Ds Warren zei mij: Het kan gebeuren dat er op een verjaardagsavond veel gesproken is over de kerk en over dogmatische kwesties, maar dat de heerlijkheid van de levende Christus eigenlijk niet door die gesprekken heen klonk. Volgens hem zou de Reformed Church wat meer moeten hebben van de geestelijke warmte van de „evangelicals" in de andere kerken.

Ik bemerkte echter ook dat er hier een goede klankbodem is voor het persoonlijk getuigenis. Deze broeders en zusters hebben wel dikwijls een sterk persoonlijk geloofsleven, dat altijd weer gevoed wordt dooi de dagelijkse bijbellezing, maar ze komen er maar moeilijk toe om eens heel eenvoudig het tegen elkaar te zeggen welk een vreugde het is, je verlost te weten uit de nood van de zonde en van de vervloeking Gods die je daardoor verdiend hebt. Een blij getuigenis over de opgestane Heiland die hun enige troost is in leven en sterven, komt maar moeilijk over hun lippen. Ze hebben, wat dat betreft, hun Hollandse nuchterheid meegenomen over de oceanen heen.

Maar aan de andere kant voelde ik duidelijk de instemming op mijn getuigenis. Diep in hun hart beaamden zij het: Wat een onuitsprekelijke rijkdom is het, wanneer je mag weten dat je het eigendom van de Here bent, gekocht door Zijn dierbare bloed.

Uit allerlei gesprekken krijg ik tot nu toe de indruk dat de kleine Reformed Church — die ontstaan is als Nederlandse emigrantenkerk en dat nog voor een groot gedeelte is — praktisch de enige orthodoxe kerk van Australië is. Zij is als kerk nog een stad op de berg in Australië. Nu kan zij voor velen die Schriftgetrouw willen zijn in andere kerken, een toevlucht worden. En haar invloed begint steeds groter te worden, vooral via een figuur als prof. Runia, vanwege zijn publikaties en lezingen.

Er zijn natuurlijk ook nog gelovigen in de andere kerken. Dat zijn de zgn. „evangelicals". Zij zoeken elkaar op en beoefenen de vroomheid in „conventi cals". Ze zijn gewend geraakt aan deze toestand dat ze van hun eigen kerk geen geestelijk voedsel kunnen verwachten. (In de grote anglikaanse kerk zijn er bv. maar 6 orthodoxe predikanten.) Ze hebben totaal het zicht verloren op het kerk-vergaderend werk van Christus.

Natuurlijk wil ik niet beweren dat de Reformed Churches hier volmaakte gemeenten zijn en dat de dominees heiligen zouden zijn. Wij blijven een gemeenschap van verloste zondaars. Simul peccator et justus — tegelijk zondaar en rechtvaardige — zo zei Luther het. Ook al hebben wij innerlijk afstand genomen van de zonde, toch struikelen wij in vele dingen en worden wij overweldigd door de oude mens. Maar Gode zij dank, de Here heeft onze levensrichting geheel veranderd. Hij doet ons altijd wederkeren tot Hem, want Hij heeft Zelf Zijn liefde in onze harten uitgestort door de Heilige Geest die Hij ons gegeven heeft (Rom. 5:5).

Zondagavond moest ik preken in de naburige gemeente van Harvey, een afstand van 195 km. Ik had wel mijn preek meegenomen, maar na afloop van de dienst zou er nog een getuigenis-samenkomst zijn. En.... ik bemerkte dat ik de Engelse tekst van mijn toespraak in Perth had laten liggen. Ds Derkley bad met mij van te voren en hij vroeg in zijn gebed om de uitstorting van de pinkstergeest, die destijds ook het wonder had bewerkt dat allen de boodschap van Petrus goed verstonden. En de Here heeft ons gebed verhoord! Br. de Hoop, met wie ik was meegereden en die ook de samenkomst in Perth de vorige avond had meegemaakt, zei dat er nu veel meer kontakt was.

Misschien zit daar ook wel een verrassend aspect in, wanneer je langs de weg van een stuntelige taal de eeuwige, onveranderlijke oproep tot bekering en tot vreugde in de gelovige overgave aan Jezus Christus beluistert. Ik dacht toen ook: Een kind van zes jaar hier spreekt het Engels veel en veel beter dan ik, die voortdurend nog aan alleilei regels moet denken. Vlot en zonder enige moeite komt het Engels uit zo'n kindermond. Zo is het ook met een kind van God. De wet van Gods Koninkrijk staat in zijn hart geschreven. Spontaan spreekt hij de taal des Heren. Het gebed is de adem voor zijn ziel. Het is altijd weer heerlijk voor hem om nabij de Here te zijn. Toch zal ook dat lateipas tot volmaaktheid komen, beter, tot volmaakte openbaring. Want nu zuchten wij nog onder de oude mens, die ons wil aftrekken van het verlangen van ons hart om slechts naar de Here te zien.

Na afloop kon ik niet nalaten om toch nog eens vlug bij mezelf na te gaan, welke ernstige fouten ik had gemaakt. Ik bemerkte er in elk geval één. Ik sprak over een vogel (bird), maar zei in plaats daarvan „birth" (geboorte). Uit de fladderende gebaren die ik maakte, hebben de hoorders blijkbaar wel begrepen wat ik bedoelde. Overigens bemerkte ik ook veel geduld en gevoel voor humor bij de broeders en zusters. Ds Derkley had ook van te voren gezegd: „We zijn hier als één grote christelijke familie bij elkaar". En dat was duidelijk te merken aan heel de broederlijke sfeer.

Voldaan en dankbaar gingen wij terug naar Perth, waar we om twee uur in de nacht aankwamen.

De volgende avond spreekbeurt in de gereformeerde kerk (vrijgemaakt) van Armadale. Onder de vragenstellers was een rooms-katholiek, met wie ik na afloop nog een gesprek had. De andere vragen kwamen voor het grootste gedeelte hierop neer: „Waarom wordt u niet lid van de vrijgemaakte kerk?" Toen men telkens met deze zeer persoonlijke kwestie naar voren kwam, meende ik tenslotte de vrijmoedigheid te mogen hebben tot het stellen van een wedervraag: „Maar bij welke groep van de vrijgemaakte kerk in Nederland zou ik mij dan moeten aansluiten? Bij de groep rondom prof. Kamphuis of bij de anderen? U weet toch ook wel dat er op dit moment voortdurend splitsingen plaats hebben in allerlei vrijgemaakte kerken vanwege verschil van inzicht?"

Ik hoop maar dat die zoekende rooms-katholiek door al dat geharrewar rondom de ene ware kerk toch niet ontmoedigd werd en blijft zoeken naar de ene ware Christus, die ons alleen maar redden kan. Er bestaat alleen maar een zaligmakende Christus, maar geen zaligmakende kerk. De kerk is slechts bruid en dienares die altijd moet wijzen naar haar hemelse Bruidegom, Christus. Zij mag niet alle aandacht voor zichzelf opeisen.

Dinsdagmorgen kreeg ik bezoek van de Italiaanse rooms-katholieke mevrouw die zaterdagavond in de samenkomst was geweest. Ze had eerst enkele vragen over Lourdes en de biecht. Ik trachtte daar zo goed mogelijk op te antwoorden, maar ging toen snel over naar de beschrijving van de heerlijkheid van Christus. Ik heb steeds bemerkt dat men dan stil wordt. Tegenover het rijke getuigenis van het Evangelie vallen alle vragen weg. Dat was ook nu het geval. Zij erkende dat ze in de biechtstoel niet de zekerheid van de vergeving der zonden had gekregen. En toen ik haar vertelde van die andere Weg, van Christus, die ons alleen door Zijn belofte de zekerheid kan geven van de vergeving der zonden, dronk zij a.h.w. die woorden in. Ze antwoordde spontaan: „Maar als ik zo met Christus ga leven, kan ik niet langer rooms-katholiek blijven".

Een mevrouw, lid van de Reformed Church, was met haar meegekomen. Ik had veel bewondering voor de wijsheid des Geestes, waarmee deze zuster die zoekende Italiaanse begeleidde. Ik zag opnieuw hoe belangrijk het persoonlijk getuigenis is, de inschakeling van de leden van de gemeente. Wanneer de gemeenteleden zelf niet de kracht van het geloof uitstralen en zich niet of nauwelijks interesseren voor de mensen die in geestelijke nood verkeren, dan helpen allerlei schriftelijke uiteenzettingen door middel van traktaten en stichtelijke boekjes maar weinig. Gij zult mijn getuigen zijn — en: Het geloof is uit het gehoor. Dinsdagmiddag doorgereisd naar Adelaide, 2415 km door de lucht — over de weg zijn het meer dan 3000 km. In Nederland heb je geen idee van die enorme afstanden. Om eens een vergelijking te maken: De afstand van Amsterdam naar Athene is over de weg 2760 km, naar Lissabon 2318, naar Moskou 2535, naar Rome 1740 km.

En toch moest ik ook die avond weer meteen een spreekbeurt vervullen. De zaal was geheel gevuld, d.w.z. ruim 200 personen waren aanwezig.

De leider van de samenkomst vroeg of de gewezen rooms-katholieken hun hand wilden opsteken. Wel een twintig handen gingen omhoog.

Ook hier had ik na afloop verschillende persgonlijke gesprekken, ook met een rooms-katholieke dame. Ik vroeg: „Wanneer eék u diezelfde vrede in Christus als uw enige en alsgfhoegzame Zaligmaker gevonden hebt, wilt u mij dat dan schrijven, opdat ook ik in uw vreugde kan delen?" Zij beloofde dat.

Tot slot nog even iets èver de Reformed Church. Deze teltrjin heel Australië maar 8000 leden (doopleden inbegrepen) die 28(!) predikanten onderhouden en 4 professoren van de theologische hogeschool in Geelong. U begrijpt welk een enorme offerbereidheid deze broeders en zusters bezitten. Daarnaast hebben ze in sommigejglaatsen, zoals in Perth, een christelijke school, die geheel voor hun rekening komt, ook het salaris van het onderwijzend personeel.

Maar juist Blte offerbereidheid bindt hen samen. Prof. Kuitert heeft in Trouw over de Canadese emigrantenkerken geschreven, dat de mensen daat niet rijk kunnen worden vanwege de enorme financiële inspanningen die zij zijp moeten getroosten — dat zal ook wel hief in Australië opgaan — maar déze mensen weten zich rijk in het Evangelie van Christus Ds Warren vertelde mij ook dat in zijn gemeente van 500 leden de kerkelijke bijdragen vanzelf zozeer omhoog waren gegaan, dat de commissie van beheer tot de verblijdende ontdekkingkwam, dat ze zonder noemenswaardige moeite een tweede predikant konden beroepen, die er intussen ook reeds gekomen is, nl. ds Pelikaan. En men is nu ook al bezig met het bouwen van een huis voor hem.

Dit is in elk geval een feit: Wanneer een predikant het .volle Evangelie brengt aan zijn gemeente, dan zal hij weerklank vinden. Ook al is het Woord Gods een tweesnijdend zwaard, toch heeft de gemeente behoefte aan dat ontdekkende licht, waardoor de duisternis van ons zondige hart wordt opengebroken. Maar juist daarom kan het bevrijdende, zalige Licht van Christus onze zielen binnenstromen. De gemeente zal dankbaar zijn voor het waarachtige geestelijke voedsel en dat ook spontaan tonen.

Maar wanneer een predikant voortdurend het heilige en dierbare Woord Gods te lijf gaat met zijn afbrekende Schriftkritiek en aan de hongerenden stenen in plaats van brood biedt, dan jaagt hij de mensen de kerk uit, en dan zal ook het peil van de offerbereidheid snel zakken.

Wat een verantwoordelijkheid heeft de Here toch gelegd op de schouders van Zijn dienaren des Woords. Moge Hij ons zegenen met trouw en gehoorzaamheid!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 mei 1969

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

eerste kennismaking met Australië

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 mei 1969

In de Rechte Straat | 32 Pagina's