IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Wetenschap wees bescheiden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wetenschap wees bescheiden

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In „HET NIEUWSBLAD" van 3 dec. 1968 stond het volgende bericht: „Over 't algemeen wordt aangenomen, dat Gent is ontstaan in de negende eeuw. Na de invallen van de Noormannen, die van 879 tot 881 de streek bezetten, volledig verwoestten en plunderden, liet de graaf van Vlaanderen een versterking bouwen aan de Leie. Tussen deze versterking, waarop later het gravenkasteel zou worden gegrondvest, en de twee abdijen, die van Sint-Baafs en Sint-Pieters, die uit hun puinen oprezen, groeide nu de stad Gent."

Het bericht gaat dan verder met te vermelden, dat de Dienst voor Oudheidkundige opgravingen onder leiding van prof. De Laet op grond van opgravingen te Destelbergen nu echter heeft vastgesteld: „Gent is niet ontstaan in de negende eeuw, maar bestond reeds in de Romeinse tijd. Het was toen reeds zeer belangrijk. Het strekte zich voor een deel uit over het huidige Gent van de Damspoort, waarbij het de Sint-Baafsabdij omvatte, had zijn centrum op Sint Amandsberg en spreidde zich uit tot in Destelbergen."

Tot zover het bericht in „HET NIEUWSBLAD" van 3 dec. 1968.

Daarin staat dus feitelijk, dat volgens prof. De Laet de wetenschap zich ten aanzien van de ouderdom en de belangrijkheid van Gent totaal heeft vergist. „De vroegste geschiedenis van Gent moet helemaal worden herschreven" heeft de professor ook nog gezegd.

Gent en Jericho

Op zichzelf is dat niets bijzonders. Zoiets komt wel méér voor. De wetenschap is nu eenmaal mensenwerk en daarom verre van onfeilbaar.

Maar bij zo'n bericht blijf je toch wel eventjes stil staan, als je daarbij bedenkt met hoeveel ophef en gemak men tegenwoordig hoort spreken over wetenschappelijke, oudheidkundige vondsten, die, zoals men beweert, de geschiedkundige onjuistheid van bepaalde verhalen in de Bijbel bewijzen.

Op dezelfde wijze heeft de wetenschap de verhalen onaer het volk, als zou Gent al veel eerder bestaan hebben dan in de negende eeuw, op grond van opgravingen altijd ontkend. En nu heeft diezelfde wetenschap kortgeleden op grond van nieuwe opgravingen moeten toegeven, dat die oude verhalen over Gent juist waren en dat deze plaats reeds sinds de tijd der Romeinen bestaan heeft.

Daarom geeft het even te denken als men tegenwoordig, ook op grond van opgravingen, als de gewoonste zaak van de wereld hoort beweren, dat de verhalen in de Bijbel over de stad Jericho geschiedkundig onjuist zijn, omdat volgens de oudheidkundige gegevens de muren van Jericho al lang omver lagen en de hele stad een ruine was, vóórdat de Joden daar kwamen.

Mensen, die niet gelovig zijn of die om een of andere reden zoveel mogelijk van het gezag van de Bijbel af willen, begroeten zulke uitspraken van de oudheidkundigen met gejuich en haasten zich gretig om dergelijke uitspraken tot de hunne te maken en overal verder te vertellen. Gelovige mensen echter schrikken er dikwijls van. Want ze vrezen, dat daardoor het gezag van de Bijbel aangetast wordt.

Toch geloof ik, dat men aan de ene kant niet te vroeg moet juichen noch aan de andere kant erg moet schrikken. Want, als de wetenschap zich al ernstig kan vergissen en op bepaalde konklusies terug moet komen ten aanzien van feiten en situaties uit een nog zo nabij verleden als waarin de geschiedenis van de stad Gent zich afspeelt, dan zijn vergissingen natuurlijk in nog veel grotere mate mogelijk ten aanzien van een zo ver in het verleden liggende geschiedenis als die van de stad Jericho. En daarom heeft men er alle reden toe om momentele wetenschappelijke gegevens, die niet in overeenstemming zijn met de gegevens van de Bijbel, grondig te betwijfelen en om, ondanks die gegevens van de wetenschap, rustig te blijven geloven in wat door de Bijbel verteld wordt.

Men heeft deze mening al meer dan eens kleingeestig, benepen en vooral onwetenschappelijk genoemd. Maar waarom is het kleingeestig of benepen of onwetenschappelijk om niet zonder meer gegevens van de wetenschap te willen aannemen, die absoluut niet met zekerheid juist zijn en die zelfs nog onlangs onjuist zijn gebleken en herroepen moesten worden?

Daarom houd ik me toch maar liever aan wat de Bijbel vertelt, óók over de geschiedenis van Jericho, ondanks de bezwaren van de wetenschap, die zich echter kan vergissen, en gelovend in wat in Psalm 119:160 wordt gezegd: „Heel uw woord is waarheid". Héél uw woord! En niet alleen maar voor zover de menselijke wetenschap ermee kan akkoord gaan.

Was Jezus fundamentalist?

Het valt me ook telkens op, dat de Here Jezus en Zijn apostelen blijkbaar nooit hebben getwijfeld aan de historische werkelijkheid van de personen en de verhalen in het Oude Testament. Nergens lezen we van enige onenigheid daarover met de Joden, die deze historische werkelijkheid aanvaardden, en met wie Jezus en Zijn volgelingen toch voortdurend in allerlei zeer belangrijke dingen van mening: verschilden. Integendeel, zij verwijzen zelf voortdurend naar personen en verhalen uit het Oude Testament, zonder daarbij ook maar in het minst de indruk te wekken als zouden die naar hun opvatting alleen maar leerverhalen zijn en leerzame, maar gefingeerde figuren. (Matth. 23: 35, 24:37, 10:15, 12:40; Hand. 17:26; 1 Cor. 11:8; 2 Cor. 11:3; 1 Petr. 3:20 etc. etc. etc.)

Nogmaals, daarom houd ik me toch maar liever aan wat de Bijbel vertelt, ondanks de wetenschap en ondanks de kans om voor een „fundamentalist" te worden uitgemaakt. Dat laatste zou ik overigens helemaal niet erg vinden. Integendeel, in dat geval zou ik me in bijzonder goed gezelschap voelen.

Immers, de Here Jezus en Zijn apostelen waren dan blijkbaar ook fundamentalisten.

Trouwens, als men theologisch en exegetisch zo blijft doorgaan als men op het ogenblik in veel gevallen bezig is, dan zou het me niet verwonderen dat vandaag of morgen werkelijk gelovige mensen, die met hart en ziel alleen vertrouwen op de Here en op Zijn woord, de denigrerend bedoelde naam van „fundamentalist" nog eens als een eretitel gaan beschouwen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1969

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Wetenschap wees bescheiden

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1969

In de Rechte Straat | 32 Pagina's