IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Aan Paus Paulus VI

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aan Paus Paulus VI

Vatikaanse Staat Rome

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

VELP, 6 JANUARI 1968

In uw radiorede van 15 december jl., waarin u de wereld opriep om voortaan de eerste januari van elk jaar te vieren als een „dag van de vrede", hebt u gezegd: „De vrede kan niet gebaseerd zijn op een valse retorica van woorden (—), die dienen om partikuliere belangen te verbergen".

Ik ben het daarin volledig met u eens. Maar mag ik u dan wijzen op uw eigen gedrag dat in tegenspraak is met uw oproep tot vrede? Terecht wijst u op het enorme leed dat door de oorlog veroorzaakt wordt, leed op allerlei gebied, dood, ziekte, zielsverdriet in allerlei vormen van wanhoop, angst en vertwijfeling. En terecht roept u de machthebbers in deze wereld op om al het mogelijke te doen om dat leed weg te nemen of althans te verzachten.

Maar tezelfdertijd bent u door de harde wetten waaraan u blijft vasthouden, oorzaak van onnoemelijk veel leed op allerlei terrein. Waarom blijft u vasthouden aan de bepaling van het verdrag van de Italiaanse regering, waardoor het voor een ex-priester onmogelijk is om een publieke betrekking te bekleden? U weet toch zeker ook, dat er minstens 10.000 ex-priesters in Italië zijn. U zult vroeger als aartsbisschop van Milaan hun leed toch van nabij hebben meegemaakt. Moet ik u vertellen van de voorbeelden van priesters die bijna omkomen van de honger? Moet ik u vertellen van die ene priester in Napels, waarvan ik nog maar pas hoorde: hij heeft alieen maar een bed onder een trap. Dat is zijn verblijf. Overdag zwerft hij dcor Napels op zoek naar werk. Hij heeft nu in de decembermaand tijdens de feestdagen wat kunnen verdienen als kruier. Maar nu is dat ook al weer afgelopen. En weer zwerft hij door Napels, waar het ook in de winter koud kan zijn. Zijn hok onder de trap is immers geen kamer om overdag te vertoeven. Moet ik u vertellen van die vrouw van een priester die haar eer ging verkopen, omdat ze wanhopig werd van de honger? U weet toch ook dat vele ex-priesters in Italië aldus tot zelfmoord worden gedreven. U weet toch zeker van priesters die zich in de Tiber verdrinken, vlak onder de muren van uw vatikaanse paleis; die zich onder de trein werpen, zoals destijds in Genua; en van die ene jonge priester die zich in Parma ophing aan liet klokketouw van zijn kerk. Het was alsof hij de noodklok wilde luiden over het ontzettende verdriet van priesters en ex-priesters in Italië.

In uw toespraak zei u ook nog: „Men heeft niet het recht om over vrede te spreken daar waar de hechte grondslagen van de vrede niet gerespekteerd worden, zoals - de vrijheid, van elk mens en van elk volk afzonderlijk in al haar uitingen: burgerlijke, kulturele, morele en godsdienstige".

Maar waarom respekteert u zelf niet de gewetensvrijheid van uw priesters? Waarom probeert u hen met behulp van uw konkordaten in uiterste maatschappelijke ellende te brengen om hen zo te dwingen hun priesterambt opnieuw te gaan uitoefenen, terwijl ze er een innerlijke weerzin in hebben? Vindt u het juist dat de ex-priesters in Italioor 'hun bisschop bedreigd kunnen worden met de militaire dienst, als zij openlijk hun stem zouden verheffen tegen het onrecht dat hun wordt aangedaan? En u weet wat de militaire dienst voor hen zal betekenen, daar het dan immers niet verborger blijft dat ze priester zijn geweest en een voorwerp van verachting worden onder hun „kameraden".

Waarom krijgen Spaanse ex-priesters die protestant geworden zijn van u nooit ontslag van de kerkelijke wet van het celibaat, wat tot gevolg heeft dat ze nooit een geldig burgerlijk huwelijk kunnen sluiten in Spanje, en waarom krijgen priesters die hun ambt hebben neergelegd, maar nog r.k. willen blijven dat we zij het dan na veel moeite?

Zo maakt u toch gebruik van de Spaanse staat om protestant-geworden ex-priesters in uiterste moeilijkheden te brengen door hen de sluiting van een burgerlijk huwelijk onmogelijk te maken.

In uw toespraak op het lekencongres dat van 11 tot 18 oktober 1967 in Rome gehouden werd, hebt u uzelf vergeleken met de wijnstok en hebt u gezegd, dat ieder die tegen u ingaat „vergeleken kan worden met de tak die verdort, omdat hij niet meer verbonden is met de stam waarvan hij de levenssappen ontvangt" (Vert. Kath. Archief 29 december 1967). Is dat misschien de reden, waarom u zo hardvochtig het leed van de ex-priesters in- stand kunt houden?

Deze woorden zullen u wel niet aangenaam zijn, omdat het wellicht de stem van uw geweten is die daardoor spreken gaat. Maar mag ik u dan wijzen op Catharina van Siena, die in de geschiedenis bekend is geworden door haar vrijmoedige, vermanende brieven die zij aan de toenmalige pausen richtte?

Mag ik u dan in herinnering brengen de woorden die zij heeft gehoord' in een visioen, toen de Here tot haar zou hebben gezegd: „Weet, mijn dochter, dat Ik ben die ben en dat gij degene zijt die niets is". Als u deze woorden op u laat inwerken, dan zult u er misschien voor terugschrikken om u nog eens te vergelijken met de wijnstok met wie alle mensen verbonden moeten zijn om de levenssappen te ontvangen, omdat zij anders zullen verdorren.

H. J. Hegger

Velp-Gld., Nederland, Boulevard 11


Nieuwjaarsgiften voor de paus

In De Gazet van Antwerpen; die een abonnee mij toestuurde, las ik de eerste lijst van de nieuwjaarsgiften 1968 voor de paus, totaal 157.940 B.frs ( = ruim ƒ 11.000,—). Ik dacht: daar zouden al aardig wat Italiaanse ex-priesters mee geholpen kunnen worden. Er is een storting bij van 300 frs, waarbij deze bede: „Heilige Vader, zegen mijn gezin". N-B. met „Heilige Vader" is niet God bedoeld, maar de paus.

Telegram aan de paus

Aan het einde van de zitting van het Nederlandse pastorale concilie zond kardinaal Alfrink namens de Nederlandse rooms-katholieken een telegram naar de paus als betuiging van aanhankelijkheid.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Aan Paus Paulus VI

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's