GEEST, ZIEL EN LICHAAM

Wat wordt dan bedoeld? Jezus leert dat duidelijk in Mt. 15 :19 nl. dat er een centrum is in de mens dat Hij het hart noemt; en dat centrum dirigeert alles: ons denken, ons willen, ons voelen, ons fantaseren, ons mediteren, ons begeren en ons doen. Uit dat hart komen al onze overleggingen voort.

Ook Nietzsche heeft dat gezien. „Onze kennis is maar een ondergeschikt en 7eer onvoldoend hulpmiddel, een werktuig, maar een slecht, in de handen van de wil die het leven regeert" (Aldus Vloeman's weergave van de leer van Nietzsche, in „Leven en leer der grote denkers" p. 594).

Terecht keert Nietzsche zich dan ook tegen alle christelijke of niet-christelijke filosofen en theologen, die de rede verheerlijken als de koningin van alles. Het zijn deftige burgermensen, die de diepten van zichzelf op geen enkele wijze kennen en geen weet hebben van hun geheime drijfveren.

De geest gebruikt alles tot Gods eer

Wanneer dat centrum in ons niet tot God bekeerd is, is het in ons als een boze geest die ons altijd naar het kwade drijft. Paulus noemt die boze geest in ons meestal ons „vlees". Vanzelfsprekend staat dit „vlees" dan ook open voor allerlei bënvloeding door de boze geesten van de hel, de satan en zijn trawanten.

Wanneer dat centrum in ons, dat hart, zich in ootmoedig geloof aan Christus heeft overgegeven, dan komt Christus bij zulk een mens wonen. Hij maakt deze gelovige één met Zichzelf. Het hart staat dan helemaal open voor de beïnvloeding door de Heilige Geest van Jezus Christus, die daarvoor het Woord Gods gebruikt.

Maar dat centrum, dat herboren „ik", dat door Paulus meestal wordt aangeduid met „geest" met een kleine „g", gaat dan al het overige in ons dirigeren. Die geest in ons gebruikt dan ook ons verstand in zijn dienst.

Het verstand in dienst van de geest

En zo kunnen we dan ook begrijpen dat er in de Bijbel allerlei verstandelijke argumenten zijn opgenomen om ons ertoe te bewegen Gods wet te volbrengen. De boeken Prediker en Spreuken bevatten allerlei wijze levenslessen, die we, vaak in de vorm van spreekwoorden, bij alle volken aantreffen.

Ook Jezus heeft dergelijke natuurlijke wijsheden gebruikt bij Zijn prediking. Zo b.v. in de gelijkenis van Lk. 14 : 7-11. De konklusie die Hij daaraan verbindt, is te vinden in ons spreekwoord: „Hoogmoed komt vóór de val". Jezus zegt het zó: „Want een ieder die zichzelf verhoogt, zal vernederd worden; en wie zichzelf vernedert, zal verhoogd worden".

In het verdere van dit artikel wil ik dan ook enkele van dergelijke algemeenmenselijke wijsheden aanreiken, die ons kunnen helpen bij ons pogen om in ootmoed door het leven te gaan.

U bent één van de miljarden op een knikker

De astronaut Irwin zei dat toen hij op de maan geland was, de aarde voor hem niet groter leek dan een knikker, dus ongeveer zoals wij de maan zien.

Denkt u dan eens in wat ú dan wel betekent, die zich temidden van de miljarden mensen op die knikker bevindt. Voelt u dan niet hoe dwaas het is, wanneer u zich zo druk maakt over uw eigen ikje? Waarom probeert u uzelf dan op te blazen? Waarom wilt u dan nog uitblinken boven die andere ikjes op die knikker? Hoe onzinnig is dan uw opschepperij, uw openlijke of heimelijke zelfbewieroking?! En kijk eens terug in de geschiedenis. Miljarden en miljarden mensen hebben geleefd. En hun leven is vaak opgegaan in zelfaanbidding en pronkerij. Maar de dood is gekomen en heeft ze allemaal weggemaaid, ook de groten der aarde waarvoor de massa's beefden, ook Alexander de Grote, ook Nero, ook Karei de Grote, ook de pausen, ook Napoleon, ook Hitler, ook Stalin.

Waarom zoudt u dan dit korte leventje besteden aan de vertroeteling van uw eigen volkomen onbeduidende persoontje?

Probeer telkens in de kracht van de geest en vanuit de eenheid met Christus uzelf eens op afstand te bekijken. U bent slechts één van de miljarden en miljarden mensen, die geleefd hebben en misschien nog zullen leven. Bekijk uzelf op dezelfde manier zoals u al de anderen bekijkt. Zie die miljarden mensen op een rij staan en konstateer dan met alle nuchterheid: é.én daarvan ben ik.

Maar wanneer wordt u wél belangrijk? Wanneer u zichzelf toevertrouwt aan Christus en u bezielen laat door Zijn Geest. Want dan wordt Gods liefde in uw hart uitgestort (Rom. 5:5). Dan staat u in levende verbinding met de Eeuwige, de Onvergankelijke, de Alwetende, de Almachtige, de genadige God en Vader van Jezus Christus. Hij schakelt u dan in in Zijn raadsplannen vol liefde.

U blijft wat u in werkelijkheid bent

Bent u bang voor het oordeel van andere mensen, bang voor wat „ze" over u zeggen? Mag ik u een gedachte aanreiken die u helpen kan om een beetje los te komen van die angst voor de publieke opinie? Ik heb dat zelf ook weer geleerd van dr. Schim van der Loeff.

Het oordeel van andere mensen maakt u noch meer noch minder. U blijft wat u in werkelijkheid bent. Al het gepraat van anderen over u kan u niet veranderen. De mensen kunnen van u zeggen of denken dat u een nietsnut bent, iemand die nergens voor deugt, een mislukkeling op alle gebied, iemand die er gemene bedoelingen op nahoudt en over geen enkele capaciteit beschikt enz.

Maar als dat niet waar is, dan helpt al dat kletsen en al die veroordeling niets, zelfs al zou uw hele dorp of heel Nederland daaraan meedoen.

En wilt u een duidelijk voorbeeld? Zie naar Jezus. Ze hebben Hem van alles aangewreven. Ze verweten hem dat Hij zelfs omgang had met de duivel en in dienst stond van Beëlzebul, de „vliegengod", het hoofd van de boze geesten. Ze hebben Hem gehoond, uitgejouwd, ze hebben Hem uit het leven gestoten: „Weg met Hem, Hij is een schandvlek van het mensdom. Hij moet helemaal uitgeroeid worden, Hij kan alleen maar gestraft worden met de meest vernederende en pijnlijke dood".

Maar is Jezus in werkelijkheid veranderd, doordat Hij zo algemeen werd afgewezen en door iedereen, ook door zijn meest intieme discipelen, verraden, verloochend en in de steek werd gelaten?

U weet het antwoord: nee, beslist nee! En dat antwoord moogt u ook voor uzelf geven, wanneer iedereen de neus voor u optrekt. U blijft wat u bent.

Ga naar Jezus

Maar ook het omgekeerde is waar. Wanneer anderen u zitten te vleien en u de mooiste hoedanigheden toeschrijven, wanneer ze u een artiest, een kunstenaar, een genie, een held of een heilige noemen, u wordt dat allemaal niet, doordat anderen dan van u zeggen of denken. Ook in dat geval blijft u wie u bent.

Het denken en spreken van andere mensen is niet scheppend. Alleen het denken en spreken van God is scheppend. „God zeide: er zij licht enz…", en het was er toen ook meteen.

Wij, mensen, hangen af van de werkelijkheid. Als mijn denken en spreken niet in overeenstemming is met de werkelijkheid, dan bega ik bewust of onbewust een leugen.

Laat dus uw gemoedsrust niet verstoord worden door wat anderen over u zeggen of denken. Wél is het goed om u dan af te vragen: Hebben ze misschien gelijk of althans voor een gedeelte? Wanneer u merkt dat ze vinden dat u een braniemaker bent of een ruziezoeker of een vechter voor eigen gelijk enz., leg dat dan niet zonder meer naast u neer. Ga er dan mee naar Jezus. Leg het Hém voor. En dan is er alle kans dat Hij u zeggen zal: ,Ja, je bent inderdaad te veel met jezelf ingenomen. Er ontbreekt nog heel wat aan je nederigheid. Je geeft nog veel te veel toe aan je geldingsdrang". Maar Hij zegt het met heel veel liefde. Daarom kun je het van Hem verdragen zonder je echt gekwetst te voelen. Samen met Hem zul je kunnen groeien in de ootmoedige dienende liefde, waarvan Hij het voorbeeld heeft gegeven en waartoe Hij de kracht verleent.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen