PRIESTER 1975
Hier sta ik dan, Heer, op de puinhoop van mijn kerk, gebouwd op zand, door bijziende architekten in Rome.
Mijn toog heb ik afgelegd, Heer, ze drukte te zwaar op mijn ziel.
Vóór mij de afkeurende, verwijtende blikken van de jeugd.
Achter mij de vertwijfelde ogen der ouderen, bedreigd in hun leven door de wetten van mijn kerk.
Zie mijn handen, Heer, in mijn handpalmen gloeit het geld der vertwijfelde zielen. Wat zal ik doen met deze 30 zilverlingen, Heer?
Ik hoorde Uw protest in de muffe kamer met de vele kinderen, in de moedeloze ogen der verdrukten, in de gelatenheid der armen, terwijl de draagstoel met de kerkoverste voorbijkwam, omringd door vrome gewaden in paars en rood.
Ik zag u wenen over deze wereld, over de hongerenden, de armoede, over de fabelachtige kunstschatten in de kerkelijke paleizen en cathedralen.
Ik wist dit alles, Heer, maar ik was een gevangene in de onverbiddelijke gehoorzaamheid, die ze van mij eisten.
Wijs mij de ware weg, Heer.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 februari 1975
In de Rechte Straat | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 februari 1975
In de Rechte Straat | 32 Pagina's