HET ZIJN STERKE BENEN DIE DE ARMOEDE KUNNEN DRAGEN

Onder de vele wijze spreuken vind ik deze wel een van de mooiste: „Armoede of rijkdom geef mij niet" (Spr. 30:8).

Wij kennen het gezegde: „Het zijn sterke benen, die de weelde kunnen dragen", maar ik zou dat evenzeer willen toepassen op de armoede. Een mens die temidden van uiterste ontbering toch zuiver en recht van ziel blijft, is zeer sterk. Dat heb ik kunnen konstateren in India. Ik had een gesprek met het hoofd van de „All over India Radio" in Trivandrum. Hij zei mij: „Veertig procent van de Indiase bevolking, d.i. 200 miljoen, leeft onder de armoedegrens."

Denk u dat eens even in, wanneer je in zo'n land leeft met 200 miljoen drenkelingen, die in doodsnood proberen het hoofd boven water te houden. Die dreiging voel je overal. Die dreiging bemerk je in de vele uitgestoken bedelaarshanden, die op je afkomen, zodra je door de straten van de steden loopt.

Stel je voor dat je zelf tot die bedreigden behoort. Hoe zou je reageren. Wat zou je levenshouding zijn? Zou je dan in diepe rust, terwijl je maag knaagt van de honger, terwijl de kinderen schreien, omdat ze geen voldoende voedsel hebben, toch tot de Heere zeggen: „Op U blijf ik bouwen. Gij alleen zijt nu en voor altijd mijn toeverlaat?" Is er niet het gevaar, dat we dan geld en bezit als het één en al gaan beschouwen? Met geld, zo lijkt het dan, kun je alles doen. Dan kun je in elk geval al meteen je honger stillen en de tranen van je kinderen drogen.

Wie staat zo sterk als Job, wanneer in deze barre troosteloosheid je eigen vrouw tot je zegt: „Houdt gij nog vast aan uw oprechtheid? Zegen God en sterf", die haar antwoordde: „Gij spreekt als een der zottinnen spreekt: ja, zouden wij het goede van God ontvangen en het kwade niet ontvangen?" Zal dan ook van ons kunnen geschreven worden: „In dit alles zondigde Job met zijn lippen niet" (Job 2:9-10)?

Het eigenlijke middel om geld te verwerven, is een betrekking. Daarom is er in India een zwarte handel in betrekkingen. „Kruiwagens" die via vriendjespolitiek anderen werk kunnen verschaffen, eisen schatten van geld voor deze bemiddeling. Wie zou niet aangetast worden door die geldkoorts, wanneer hij leefde temidden van 200 miljoen medemensen, die voortdurend het spook van de hongersnood op zich zien afkomen? Wie? Eén middel voor u om een antwoord te weten op die vraag, is: Hoe reageert u op al die berichten over de ontstellende nood in de onderontwikkelde gebieden? Wordt u daardoor misschien geprikkeld? Beleeft u het als een herhaalde aanslag op uw portemonnee? Indien ja, wees dan mild, wanneer u velen in dergelijke landen meent te moeten veroordelen. En verootmoedig u voor de Heere en roep tot Hem: „Heere, maak ook mij vrij van de Mammon, de demon van het geld. Heere, open waarachtig mijn hart en mijn handen voor de ellendigen. Heere, maak mij barmhartig, zoals Gij barmhartig zijt voor mij."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen