IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Mijn weg naar het Woord

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Mijn weg naar het Woord

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik vroeg aan onze Italiaanse vriend (de pastoor van het interview op p. 22), hoe hij de kracht van het Woord Gods had ontdekt. Hij antwoordde:

De Heere heeft als middel daartoe de radio gebruikt. Ik had zo'n toestel gekregen en in het begin experimenteerde je daar wat mee; dan probeer je nu eens dit dan eens dát station. Ik luisterde naar allerlei rubrieken zoals muziek en kuituur, maar ook naar religieuze onderwerpen.

Op een zondagmorgen luisterde ik naar een evangelische eredienst. Ik werd heel erg geboeid door de wijze, waarop met Gods Woord gehandeld werd. Ik had altijd moeite gehad met de vraag: hoe moet je dat Woord toch tot de mensen brengen? Hoe is het toch mogelijk geweest, dat alleen dat Woord in de eerste tijden van het christendom zo'n beslag op de mensen kon leggen?

En toen ik deze predikant zó het Woord Gods hoorde verklaren en toepassen, dacht ik direkt: ja, dat is het!

Ik ging boeken aanschaffen om op diezelfde manier te leren preken. Ik heb ook heel wat geleerd van die protestantse schrijvers en mijn preken werden ook heel wat beter. Maar toch moest ik vaststellen dat mijn Woordverkondiging nog te veel vermengd was met menselijke wijsheid en daarom ten diepste noch mij noch mijn hoorders kon overtuigen. Ik had soms stapels boeken rondom me om één preek voor te bereiden, zoveel dat ik ze niet eens allemaal vóór de zondag zou kunnen doornemen.

Maar op zekere dag begreep ik dat al die boeken me toch ook niet konden helpen. Ik besloot een schriftelijke cursus te volgen bij het instituut „Ut omnes unum sint" (= dat allen één zijn; een r.-k. Bijbelcentrum). Maar al vanaf de eerste lessen begreep ik dat ook dft het niet was wat ik nodig had. Het was veel te cerebraal, veel te dor. Bovendien bemerkte ik dat de schriftelijke beantwoording van de vragen die in die cursus werden gesteld, werden gecontroleerd door theologiestudenten, die opgevoed werden in dezelfde scholastieke benadering van de Bijbel als waarin ik zelf mijn vorming had gekregen.

Zo zijn tien jaren voorbijgegaan zonder noemenswaardige vooruitgang. Ik bleef wel naar de evangelische uitzendingen luisteren, maar ik vond dat niet genoeg. Ik zou graag eens persoonlijk kennis met protestanten maken, maar in mijn omgeving waren die er niet.

In 1969 heb ik in Rocca die Papa een cursus gevolgd van de bekende pater Lombardi, twee en een halve maand. Daar werd behandeld de spiritualiteit van na het tweede Vatikaanse concilie. Aan die cursus namen priesters en nonnen, maar ook leken deel.

Zaterdag en zondag hadden we vrij. En van die gelegenheid maakte ik gebruik om in Rome kontakten te leggen met protestantse kerken. Ik bezocht de fakulteit van de waldenzen en vroeg of ik met een predikant zou kunnen spreken. Prof. Vinay heeft mij toen heel vriendelijk te woord gestaan. Ik heb hem mijn problemen uiteengezet en ook mijn verlangen om de Christus der Schriften duidelijker te verkondigen.

Tevens kon ik protestantse kerkdiensten bijwonen. Twee dingen vielen mij daarbij op. In de eerste plaats het gevoel van saamhorigheid en van gemeenschap onder de kerkleden. Vervolgens ook de houding van de protestanten gedurende de eredienst. De ernst, waarmee zij luisterden en meezongen, maakte grote indruk op mij. In de derde plaats het primaat van het Woord. Dat bleek uit heel de gang van de dienst. En dan de stilte die gegeven werd voor persoonlijke gemeenschapsoefening met de Heere en als voorbereiding op de belijdenis van de zonden en het aanhoren van de vergeving op grond van het volbrachte werk van Christus alleen. De inhoud van de gezangen sprak me ook erg aan en het feit dat de gehele gemeente die meezong.

Ik heb ook meerdere keren gesprekken gehad met prof. Vinay. Die heeft altijd veel begrip voor me gehad en mij zoveel mogelijk verder geholpen. Ik heb me laten inschrijven als extern student van de fakulteit van de waldenzen.

Intussen ben ik steeds meer heen gegroeid naar de levende Christus. Mijn innerlijke onrust nam af. De Heere kwam naar mij toe met Zijn kracht en vertroosting.

REFORMATIE: BLIJVENDE OPDRACHT ! — Kok Kampen. Kan ook besteld worden door overmaking van ƒ 9,90 op giro 19.55.00 van „Protestants Nederland" te Delft.

Aan deze bundel hebben meegewerkt: Ds. L. Lagerweij, prof. dr. C. Graafland, drs. K. Exalto, prof. dr. W. H. Velema, dr. C. A. Tukker, mr. dr. Ja. C. de Meyere, prof. dr. ir. H. van Riessen, J. Kruidenier, J. K. Overbeke, drs. J. J. Tigchelaar en ds. J. W. Verheij.

Deze namen staan reeds op zichzelf borg voor de waarde van dit boek. Wij bevelen het daarom van harte aan. Het boek is verschenen ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de Vereniging Protestants Nederland.

Ook de bijdrage van Mr. Dr. Ja. de Meyere is boeiend. Wél zou zij aan het slot wat nauwkeuriger kunnen geweest zijn in haar formuleringen. Misschien heeft zij te gemakkelijk verondersteld dat de lezers het wel goed zullen begrijpen. Een paar voorbeelden:

„Wie twijfelt, is volgens het Kerkelijk Wetboek al een strafbare ketter". Dat moet zijn: „Wie een leerstuk van de kerk openlijk en hardnekkig in twijfel trekt…" (canon 2317).

Dr. de Meyere: „Vanaf zevenjarige leeftijd kan een kind zelfstandig beslissen of het R.-K. gedoopt en opgevoed wenst te worden. Om die opvoeding veilig te stellen, kan het kind zo nodig ontnomen worden aan niet-R.-K. ouders of voogden". Dit moet luiden: „Een kind van ongelovigen mag, ook tegen de wil van de ouders, gedoopt worden, wanneer het in stervensgevaar verkeert en men redelijkerwijze kan aannemen dat het kind zal sterven, vóórdat het tot het gebruik van het verstand komt; buiten stervensgevaar mag het alleen gedoopt worden, mits de katholieke opvoeding van het kind verzekerd is: a. als de ouders of voogden of althans één van hen daarmee instemt; b. als de ouders, d.i. de vader, de moeder, grootvader of grootmoeder of de voogden ontbreken of hun recht op het kind verloren hebben of dat recht op geen enkele wijzen wensen uit te oefenen". Aldus canon 750 van het Kerkelijk Wetboek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Mijn weg naar het Woord

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

In de Rechte Straat | 32 Pagina's