IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Schuld en verzoening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Schuld en verzoening

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Concept folder over de Biecht)

WAT DENKT U VAN DEZE VADER?

Zijn jongste zoon is op reis gegaan naar een ver land, waar hij zijn vermogen verkwist heeft in een leven van overvloed. Toen hij er alles doorgebracht had, kwam hij tot zichzelf. Vol berouw keert hij terug en deemoedig belijdt hij zijn schuld voor zijn vader.

Nu zegt die vader: Neen, ik zal je pas vergeving schenken als je eerst je schuld aan onze buurman gaat belijden.

Zal dan niet iedereen zeggen: Waarom moet dat? Als die vader immers toch van plan is om op grond van het berouw zijn zoon weer aan te nemen, waarom moet hij dan eerst nog naar de buurman? Wat heeft die er toch mee te maken?

En nu de toepassing. Een mens is door het geloof in Jezus Christus een kind van de hemelse Vader geworden. Hij was echter zwak en overtrad de geboden van zijn Vader.

Nu heeft hij er echter verdriet van en schreit zijn schuld uit voor de Vader. En Rome beweert dat God zijn kind dan toch nog naar een andere man stuurt, naar een priester, waaraan hij alles moet vertellen wat hij gedaan heeft.

Zal niet iedereen zeggen: Wat heeft die andere man daarmee te maken? Dat is toch een zaak tussen God en zijn kind? Kan God zo'n persoonlijke zaak dan niet met zijn eigen kind alleen afhandelen?

WAT DENKT U VAN DEZE MAN?

Zijn vrouw is niet helemaal korrekt geweest. Neen, ze heeft haar hart niet aan een ander gegeven, maar ze heeft toch met vuur gespeeld. In elk geval was deze lichtzinnigheid een belediging voor haar eigen man.

Maar als ze dan ineens denkt aan de zuivere liefde van haar man, heeft ze er razend spijt van. Ze schaamt er zich diep over en belijdt haar schuld aan haar man.

En nu stuurt haar man haar naar een andere man die niets met het geval heeft uit te staan en daar moet zij het hele verhaal van haar schande vertellen. Is dit niet zinloos en bovendien gevaarlijk?

Welnu, in de bijbel wordt de gemeente genoemd de bruid van Jezus Christus. En deze bruid is niet volledig trouw. Ja, haar hart blijft bij haar Here, maar hier op aarde is er zoveel dat ons lokt en van Hem af wil voeren.

Maar steeds weer keert de bruid tot Jezus terug. Kunt u zich dan voorstellen dat Jezus haar naar een andere man, een priester stuurt, en dat Hij haar anders niet wil aannemen? In dergelijke intieme zaken ga je toch geen ander mengen. Dat moeten bruid en bruidegom, man en vrouw toch onder elkaar kunnen oplossen. Christus is toch zeker „mans genoeg" om de verhouding met zijn bruid weer helemaal in orde te maken. Hij heeft daar toch zeker geen „biechtvader" voor nodig.

„Daarom zie, Ik zal haar lokken, en haar leiden in de woestijn en spreken tot haar hart.... Ik zal u Mij tot bruid werven voor eeuwig.... en gij zult de Here kennen" (Hosea 2:13, 18, 19).

UITZONDERINGEN BEVESTIGEN DE REGEL.

Maar nu heeft die jongen de buurman zelf getreiterd en er een ruit ingegooid. Hij heeft er daarna toch spijt van. En hij zegt dat ook aan zijn vader. Dan zal die vader zeker zeggen: Goed, ik zie dat je echt berouw hebt. Ik vergeef het je daarom helemaal, maar je moet toch meteen naar onze buurman. Je moet hem je excuus gaan aanbieden en die ruit moet je uit je eigen spaarpot betalen.

Inderdaad, maar in dat geval is die buurman er ook wezenlijk bij betrokken. Die jongen heeft iets met hem in orde te maken.

Maar als ik opstandig ben geworden, omdat God mij een ziekte overzond, als ik innerlijk maar wat liep te mokken en mij niet aan de wil van de Vader wilde overgeven, dan heeft een priester daar toch niets mee te maken? Of als ik een ander mens bestolen heb, dan moet ik dat met die ander in orde maken. Een priester behoeft zich daar toch niet mee te bemoeien, als ikzelf al besloten ben om alles te herstellen.

Daarom zegt Jacobus ook: „Belijdt daarom elkander uw zonden en bidt voor elkander, opdat gij genezing ontvangt" (Jac. 5:16).

Ja, als wij iets tegen een ander hebben misdreven, kan dat wel zo zwaar op onze maag of lever liggen, dat we er ziek van worden. En dan moet die last eerst van ons af en moeten we eerst aan de ander onze schuld belijden. En anders helpt een dokter en ook het gebed om de genezing niet.

Belijdt elkander uw zonden! Maar nergens staat in de bijbel: Belijdt aan de priester uw zonden.

„WIER ZONDEN GIJ VERGEEFT....

Maar Jezus heef: toch tot zijn discipelen gezegd: „Wier zonden gij vergeeft, hun zijn ze vergeven."?

Maar daarmee heeft Hij toch aan de christenen niet verplicht om hun zonden aan de priesters te biechten. Dat is een konklusie die Rome daaruit trekt. Maar Jezus zelf heeft dat nooit gezegd.

Ook de apostelen hebben deze woorden van Jezus niet opgevat als een verplichting tot het biechten van de zonden aan een priester. Nooit hebben de apostelen biechtgehoord of de mensen tot biechten bij priesters aangespoord.

Zij hebben deze woorden steeds verstaan in deze betekenis, dat zij dragers zijn van de geweldige blijde boodschap van Jezus Christus, dat wie in Hem gelooft, de vergeving der zonden ontvangt, en dat wie weigert om op Jezus te vertrouwen voor eeuwig verloren gaat. Zij wisten dat de vergeving der zonden in deze zin van hen afhing. Zij voelden zich aldus bezitters van de sleutelen van het Koninkrijk der hemelen. Maar in een andere zin hebben zij deze woorden nooit verstaan.

Pas het vierde concilie van Lateranen in 1215 heeft de verplichting tot biechten definitief afgekondigd. Maar dacht u dat die deelnemers aan het concilie van Lateranen in 1215 beter wisten wat Jezus met die woorden bedoeld heeft dan de apostelen zelf?

DE BLIJDE BOODSCHAP.

Neen, dat is juist de blijde boodschap van het Evangelie, dat wij rechtstreeks tot Jezus mogen gaan en tot onze hemelse Vader. Wanneer wij ons in geloof aan Jezus hebben overgegeven, dan is er een heel intieme persoonlijke verhouding ontstaan tussen God en ons. En Jezus verwijst ons dan zeker niet meer naar een vreemde man. Hij zegt: „Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven" (Matth. 11:28).

Maar nu hoor ik u weer vragen: Hoe gaat dat dan in zijn werk? Krijg je dan zo maar binnen in je de zekerheid, dat je zonden vergeven zijn als je er met Jezus over gesproken hebt in het gebed?

Voor rooms-katholieken, die gewend zijn om te steunen op uitwendige dingen, op de hand van de priester, die het kruisteken maakt, op zijn mond die de woorden van de absolutie uitspreekt, is het erg moeilijk dit te begrijpen.

Maar Jezus is nu eenmaal een godsdienst komen brengen „in geest en in waarheid" (Joh. 4:24). Dat is juist de tegenstelling met het Oude Testament, toen alles nog vol uitwendige ceremoniën was. Volgens ons is daarom het roomskatholicisme eigenlijk een terugkeer tot vóór de komst van Jezus, een terugvallen in het onvolkomene van het Oude Testament.

Maar indien u hierover door wilt praten, dan kunt u dat doen op de adressen, die op deze folder vermeld staan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 1961

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Schuld en verzoening

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 1961

In de Rechte Straat | 32 Pagina's