IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

NACHT UND NEBEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

NACHT UND NEBEL

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat is de titel van het aangrijpende boek van Floris B. Rakels over het leven in Duitse concentratiekampen. In een woord vooraf schrijft dr. L. de Jong: "Mij is wat de Duitse concentratiekampen betreft, in ons taalgebied geen publikatie bekend waarin de herinneringen aan het gevangenisbestaan zo zuiver en treffend zijn vastgelegd".

Inderdaad. Dat blijkt ook wel uit de verkoop (uitg. Elsevier - Amsterdam, elfde druk 1984. 348 blz., ƒ24,90. Het boek kan ook bij ons en onze boekendepots besteld worden).

Maar wat ons, reformatorische christenen, bijzonder zal treffen, is dat uit dit boek blijkt hoezeer onze belijdenisgeschriften, als trouwe weergave van wat de Bijbel leert, een exacte beschrijving geven van wat de mens sinds de zondeval is nl. dóór en dóór bedorven.

"Ik ben van nature geneigd God en mijn naaste te haten", zo lezen we in zd. 2 van de Heid. Catechismus. Wilt u daarvan een illustratie?

Hebzucht, vraatzucht en angst

Overal komt de ware aap uit de mouw onder invloed van de honger. Hoog of laag, oud of jong, geestelijke of niet, allen worden min of meer gelijk, het unificeert. Honger is angst. Wat de wereld beweegt, wat ruzie veroorzaakt en strijd en oorlog en alle ellende, dat is de hebzucht: ik wil eten. meer eten, veel eten, ik wil dit hebben en dat en dat, ik wil vergaren, bezitten, opstapelen. In plaats van: ik wil geven, helpen, brengen, één beweging naar de mensen toe zijn in plaats van de naarzichtoehalerij van de croupier met zijn hark. Hebzucht. Vraatzucht. En wat is hebzucht anders dan angst? Men wil zeker zijn, genoeg of meer dan genoeg hebben, meer en meer en zoveel mogelijk alles hebben uit vrees te kort te zullen komen. En waarom heeft men angst? Omdat men niet beseft dat God met ons is, ons liefheeft en voor ons zorgt. God neemt elke angst weg. Als er geen angst is, zijn er geen wantrouwen en hebzucht meer; als die weg zijn, zijn er geen ruzie en geen oorlog meer.

Knokpartijen onder verschoppelingen

Ja. zo was dat. Hier zag je onbedekt, helder en zonder franje en slib wat in een gemeenschap gebeurt zodra ongelijkheid van bezit optreedt. Zolang ieder hetzelfde heeft en krijgt, zonder privileges, is de sfeer redelijk vriendschappelijk; je zit allemaal in hetzelfde schuitje, met elkaar moet je proberen er levend uit te komen. De kameraadschap overheerst, mede dank zij de gemeenschappelijke vijand. Maar niet zodra heeft de een meer dan de ander - een extra-portie, een overschep, een pakje van thuis, dubbele kantine enzovoort - of de verpesting treedt in: jaloezie, diefstal, corruptie, ruilhandel, intriges, zelfs knokpartijen onder verschoppelingen. En dit alles niet bedekt, slim, sluw, verborgen of elegant, maar volkomen bruut, rauw. primitief.

De SS wist dit en maakte er gebruik van om de ellende te vergroten door tweedracht te zaaien.

Ik besefte dat wat wij beleefden in het KZ, hetzelfde was als wat wij beleefden in de maatschappij 'buiten', waar alles echter verhulder, mistiger, sluwer toeging. Waarschijnlijk heeft niemand er in de grond bezwaar tegen sober te leven, bescheiden, eenvoudig en gezond, voorzien van het werkelijk nodige. Maar als de buurman te voorschijn komt met bijzondere rijkdommen, een nieuw bezit, beginnen onze ogen te steken, de ogen worden pruimen, de mond verstrakt, de pols klopt sneller: hij heeft, ik heb niet, ik moet óók hebben.

Zo zijn wij. Zo ben ook ik. In het KZ heb ik moorddadige afgunst gekend.

UITZICHT - de lessen van Nacht und Nebel

Dat is een vervolg op het voorafgaande boek. Maar eerst iets over "Nacht und Nebel". Daarmee werd bedoeld een concentratiekamp van déze aard: "Jullie familie krijgt geen bericht, er is geen contact met thuis meer. Jullie gaan spoorloos verdwijnen" (Nacht und Nebel, p. 146).

Ook dit tweede boek is buitengewoon boeiend èn leerzaam. Maar zullen de lessen die Bakels uit zijn verleden trekt, door de mensheid worden aanvaard? Het boek begint met nieuwe citaten uit het dagboek dat hij in het concentratiekamp heeft bijgehouden.

"8 november. O belediging, hardheid, onrecht". "9 november. Alles uit mijn vroegere leven was een maximum aan liefde. Alles thans en hier is het maximum van haat, hardheid, cynisme, is er op uit mensen met haatbacillen te infecteren tot hij voorgoed bedorven is". "11 november. O God, wees mij zondaar genadig. Veel anders kan ik niet bidden. Ik schreeuw als een hert naar de waterstromen. Doodsangst komt erbij, dat ik hier sterven zal. Waar blijf ik? Waar is mijn geloof? Waar is mijn hoop. mijn heerlijke zekerheid van Gods beloften?" (p. 21).

Geloof - de terechtstelling

15 februari. Men heeft het geloof en alle geloofszaken tot veel te gewone, huiselijke zaken gemaakt. Men heeft vergeten dat het geloof alles totaal verandert, dat men zelfs ouders en gezin kan verlaten, het leven kan offeren om Christus' wil" (p. 33).

Op p. 54 verdiept Bakels zich in de vraag wat de ter dood veroordeelden in de laatste minuten, seconden, hebben gedacht. Misschien:

"Zo dadelijk staan er tien geúniformeerde, met karabijnen bewapende Duitsers tegenover mij, een officier ter zijde, misschien nog een militaire arts. Ik zal alléén staan. Op een bevel leggen de soldaten op mij aan - de lopen gericht op mijn hart op mij, op een tweede bevel halen de soldaten de trekker over en er spuit moordend lood midden in mijn hart en daardoorheen. Mijn hart, de prachtige bloedpomp in het lichaam dat mijn moeder ter wereld heeft gebracht, heeft verzorgd, heeft zien opgroeien. Dit lichaam dat van mij is - eigenen zij zich toe. Zij vernietigen het. Voor straf, om geen last meer van mij te hebben, om anderen af te schrikken" (p. 54).

Waarom is iets 'in'?

UITZICHT (256 blz. f 24,95) bevat ook vele zeer waardevolle beschouwingen over onze houding in de toekomst.

Bijzonder interessant vond ik het hoofdstuk "Penetratie" (p. 182-185). Daarin beschrijft Bakels het communistisch systeem. "Ik denk nu dat de gehele communistische wereldopmars sinds 1945 aan zulk soort misleidingen, soms op gigantische schaal, te wijten is. Wij zijn erin gevlogen, wij vliegen erin en God geve dat wij er niet in blijven vliegen".

Vaak heb ik mij afgevraagd: Hoe komt het dat iets 'in' of niet 'in'is? Is dat min of meer een toevalligheid? Of wordt de wereldopinie langs onzichtbare kanalen gemanipuleerd door een hoofdkwartier ergens op deze aarde?

Hoe komt het bv. dat de overgrote meerderheid in het protestantisme niets wil horen van een waarschuwende stem over Rome. Meestal wordt dat afgedaan met opmerkingen als: "Het concilie van Trente en de Inquisitie met haar gruwelijke praktijken zijn voorgoed verleden tijd". En dat, terwijl iedereen weten kan dat het r.-k. harde diktatoriale stelsel ook in het nieuwe kerkelijke wetboek van 1983 volkomen gehandhaafd en zelfs nog aangescherpt is.

In Rome is er een pauselijke diplomatenschool. Wordt daar een diplomatieke wereldstrategie uitgebroed?

Eén ding is zeker, want dat zegt de Bijbel, de duivel is nog steeds de vorst van de wereld en de satan is de vader van de leugen. Straks als Christus wederkomt, zal Hij de vorst der duisternis voorgoed van deze aarde verdrijven. Maranatha, Heere Jezus, kom, kom spoedig!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1986

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

NACHT UND NEBEL

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1986

In de Rechte Straat | 32 Pagina's