IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

MANIPULATIES BIJ DE DISCUSSIES OVER DE ONFEILBAARHEID

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MANIPULATIES BIJ DE DISCUSSIES OVER DE ONFEILBAARHEID

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dat is de titel van het derde hoofdstuk van het boek van Hasler. We kunnen slechts enkele voorbeelden van dergelijke manipulaties hieronder laten volgen. Hasler schrijft:

Partijdigheid

Ook bij de manier waarop de debatten in de zaal werden geleid, was de partijdigheid telkens te merken. Belangrijke vertegenwoordigers van de minderheid, zoals de bisschoppen Joseph Georg Strossmayer, Augustin Vérot, Henri Maret, Ludwig Haynald, Giovanni Pietro Sola, Giovanni Pietro Losana, werden herhaaldelijk geïnterrumpeerd of verhinderd verder te spreken, vaak met het motief, dat het niet geoorloofd was om zo afkeurend over de Heilige Stoel te spreken. Bijzonder autoritair gedroeg kardinaal Annibale Capalti zich, een der vijf voorzitters. Hij had geen enkel begrip voor de motieven van de minderheid. Een dergelijke atmosfeer heerste er ook in de zaal van het concilie. Op dezelfde manier reageerde ook de meerderheid dikwijls met tekenen van instemming of afkeuring; ze applaudisseerde, pruttelde tegen, schreeuwde, ja, haar verontwaardiging was soms zo groot, dat er gewoonweg een tumult losbrak. De grootste storm barstte los, toen bisschop Joseph Georg Strossmayer op 22 maart 1870 in de conciliezaal beweerde, dat er ook onder de protestanten velen waren die Jezus liefhadden. Toen hij vervolgens ook nog de mogelijkheid betwistte om dogmatische problemen bij meerderheid van stemmen door de bisschoppen te beslissen, werd hij volkomen overstemd door het lawaai van de meerderheid. Enkelen schreeuwden: „Hij is Lucifer! Anathema, anathema!" Weer anderen: „Hij is een tweede Luther; laat hem eruit jagen!" De gehele meerderheid schreeuwde luid: „Weg met hem, weg rnet hem!" (p. 69).

Roverssynode

Aartsbisschop Georges Darboy sprak van een roverssynode. Het meest verontwaardigd was de collega van Audu, de Grieks-Melkitische patriarch Gregor Jussef. Hij zou nooit toegeven; hij was nog geen 80, verklaarde hij tegenover de Franse gezant Gaston de Banneville in Rome. Dapper weerstond hij de eerste druk en verdedigde op 14 juni in de conciliezaal openlijk de oude rechten der patriarchen. Maar toen volgde de waarschijnlijk allerpijnlijkste scène van het hele concilie. In de grootste opwinding ontbood de paus de patriarch bij zich. Toen Jussef op de voorgeschreven wijze de voet van Pius IX kuste, zette die als een soort heidens overwinningsgebaar zijn voet op het hoofd of de nek van de patriarch met de woorden: „Gregor, je hebt een harde kop". Daarop schoof hij zijn voet een tijdlang over het hoofd van Jussef heen en weer. (p. 74)

Een vrij concilie?

Was Vaticanum I een vrij concilie? Het gaat in deze studie om het dogma der onfeilbaarheid, het voornaamste punt van deze kerkvergadering. Daarom kan de vraag ook anders geformuleerd worden: Waren de bisschoppen vrij van materiële en morele druk, zodat zij hun meningen over de pauselijke onfeilbaarheid ongehinderd konden uitspreken?

Na wat tot nu toe is uiteengezet bestaat er geen twijfel aan, dat men niet van zulk een vrijheid kan spreken. Materiële druk (bijvoorbeeld door het dreigen met intrekking van financiële steun) en vooral morele druk werden op de meest verschillende manieren uitgeoefend. Hieraan konden zich slechts die bisschoppen onttrekken, die zich in een financieel veilige positie bevonden, en ook die maar voor een deel. De anderen konden noch vrij spreken noch vrij stemmen. Dat de paus de bisschoppen voor een deel aan het woord liet komen, mag dit feit niet verdoezelen. Dat behoorde tot de taktiek van Pius IX, die zijn veroordeling slechts dan uitsprak, als hij zich in zijn doel bedreigd zag. (p. 107)

Pius EX over de gewetensvrijheid

Dat Pius IX zo handelde, is geheel en al te verklaren uit zijn opvatting over de gewetensvrijheid, zoals hij die heeft vastgelegd in de zgn. Syllabus. Hasler schrijft daarover:

Deze lijst van moderne dwalingen, onder de naam „Syllabus" beroemd en berucht geworden en bedoeld als een oorlogsverklaring aan de geest van de tijd, bracht vele katholieken in ernstige moeilijkheden. Immers de paus sprak in dezelfde encycliek de banvloek uit over „degenen die de vrijheid van geweten en geloof verdedigen", en over „allen die de mening huldigen dat de kerk geen gezag mag uitoefenen". Reeds in zijn encycliek van de 15de augustus 1854 had Pius IX verklaard; „De flauwe en dwaze theorieën en praatjes ter verdediging van de vrijheid van geweten zijn een buitengewoon verderfelijke dwaling - een pest, waarvoor men vóór alle andere dingen in een staat het meest op zijn hoede moet zijn." (p. 174)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 maart 1982

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

MANIPULATIES BIJ DE DISCUSSIES OVER DE ONFEILBAARHEID

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 maart 1982

In de Rechte Straat | 32 Pagina's