IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Smekend om genade

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Smekend om genade

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET opwekkingsblad „De stem in de woestijn", een vertaling van het internationale blad „Herald of his coming", bevat dikwijls voortreffelijke artikelen. (Een enkele keer wrijf ik wel eens mijn ogen open als ik bij voorbeeld lees, hoe iemand „getuigt", hoe hij door zijn tienden te geven steeds rijker is geword6en. Dat maakt dan op mij de indruk, alsof je tegenover God een spierinkje wil uitgooien om een kabeljauw te vangen. Wie aldus zijn tienden geeft, is alleen een vrome egoïst.)

In het meinummer stond weer een prachtig stuk over de veroot moediging, die elke waarachtige geestelijke opwekking begeleidt. Helaas is de vert aling soms niet erg prettig. Ik geef dus hier een enigzins andere vertaling.

„Opwekking, dat is God, die neerdaalt en onder ons tegenwoordig komt, zó dat de mensen zich van Hem en zijn nabijheid bewust worden. Het geweten wordt dan tot in de diepste diepten aangegrepen, en zonden die onbeduidend schenen, gaan nu ineens zwaar, heel zwaar wegen.

De bronnen van de zonden worden dan aangeboord. Onze verplichtingen tegenover God zien wij dan ineens als het ene belangrijke in het leven.

Harde harten worden verbroken. De kracht van de wereld en van de zonde wordt gebroken in het leven van de gelovigen. Er komt beweging in ons, blijdschap gaat ons overstromen. Ons diepste zelf wordt verwarmd door de tegenwoordigheid van God en er groeit een klare bereidheid om te doen wat God van ons wil.

„Uw volk is een en al gewilligheid ten dage van uw heerban" (ps. 110:3). Bij een opwekking is het alsof de onzichtbare wereld plotseling bezit neemt van de aarde. De drieënige God staat dan in het centrum van de heilig-gespannen aandacht. De Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Bekering tot het leven wordt dan geschonken, en wat belangrijker is voor de christen, bekering tot erkenning van de leugen waarin hij leefde, bekering tot ootmoedige belijdenis van zonden en fouten.

De mensen ontwaken en zien ineens hun ware toestand voor God, en zien zichzelf verloren, - op weg naar een eeuwige ondergang. Zij zien echter ook de uitredding van Godswege. Ze zien Hem die aan het kruis hangt in smart en bloed, en zij vallen voor Hem neer en strekken hun armen naar Hem uit als naar hun geneesheer en geneesmiddel tegelijk.

Stelt u eens voor wat er heden in de wereld zou gebeuren, wanneer iedere christen door de opwekkingszegen van aangezicht tot aangezicht kwam te staan voor de levende ontzagwekkende heilige God. Dan zou het christelijk getuigenis zulk een kracht en diepte krijgen, dat menigten van elke taal en stam en natie tot de Here zou komen."

God is heilig !

Ik ben het daar hartgrondig mee eens. De Bijbel is door drongen van een diep ontzag voor de heiligheid Gods. De gemoedelijke manier waarop in sommige kringetjes over Jezus gesproken wordt, is ontstellend. Het woord „Ons Lief Heertje" zou volkomen in hun monden passen.

Deze kringen begrijpen dan niet dat vele kerkmensen zich daar aan stoten. En ze hebben dan meteen hun kritiek klaar: Die kerken zijn ook zo star.

Zeker, dat kan een oorzaak zijn. Maar het is toch altijd beter om eerst eens in ons zelf te keren en ons af te vragen of de ander toch voor een gedeelte gelijk heeft. En dan ben ik overtuigd dat deze kritiek van de kerkmensen ook voortkomt uit een prot est tegen deze profanatie van het Heilige. De eerbied voor God en het strijden voor Zijn eer is een goede grondtrek van het calvinisme. Een warm getuigenis zonder deze grondtrek is sentimentaliteit .

Wij zijn begenadigde misdadigers.

Wij zijn begenadigd, maar wij zijn begenadigde misdadigers. Dat mogen wij nooit vergeten.

Veronderstel dat Eichmann aan het eind van het proces wordt vrijgesproken. Niet omdat men zou twijfelen aan zijn schuld, maar enkel omdat het Joodse volk een manifestatie wilde geven van goedertierenheid.

Zoudt u het dan goedvinden, als Eichmann daarna zou leven alsof er nooit iets gebeurd is, alsof hij niet de dood van zes miljoen joden veroorzaakt heeft?

Neen, wij zouden in dat geval terecht verwachten, dat hij dan in stilte en ootmoed door het leven zou gaan, in de verwondering dat aan hem genade werd bewezen. Wij zouden dan van hem verwachten dat hij een nieuwe dienende houding tegenover de mensheid en heel in het bijzonder tegenover het joodse volk zou gaan aannemen. Dat hij zich geheel zou inzetten om iets te herstellen van het vele onherstelbare nameloze leed, dat hij teweeg heeft gebracht.

Erger dan Eichmann.

Maar wat wij in onze zonde tegenover God gedaan hebben, is erger dan wat Eichmann tegenover de mensheid bedreven heeft. De Bijbel zegt dat duidelijk genoeg.

En wat God tegenover ons gedaan heeft in zijn genade, overtreft elke menselijke voorstelling: Hij gaf zijn eniggeboren Zoon in de dood voor ons.

Dit zijn eenvoudige waarheden, maar waar goddelijke spanningen in zitten. Helaas zijn velen van ons met deze waarheden zo opgegroeid, dat het hun nooit heeft aangesproken in zijn lugubere en tegelijk heerlijke realiteit.

De Geest der genadesmeking.

Ja, wij moeten vragen om de „Geest der genade en der gebeden" (Zach. 12:10). Letterlijk staat er: de Geest der genade en der genadesmeking.

Lees eens Ps. 106, waarin Gods heilsdaden en Israëls ondank beschreven wordt. Is dat ook niet toepasselijk op ons, het volk van het Nieuwe Testament? De geschiedenis van twintig eeuwen christendommoet ons diep beschamen.

Wij moeten wel elkander wijzen op Gods Woord, maar we moeten niet aan elkaar de schuld geven. Rooms-katholieken, Grieks-katholieken en reformatorische christenen, wij allen zijn verwerpelijk voor Gods ogen.

Dostojewsky heeft het ergens treffend gezegd: „Ik ben schuldig aan de schuld van allen".

Als we daarvan overtuigd zijn, dan kunnen we oprecht bidden: „ Wij hebben gezondigd, evenzeer als onze vaderen, verkeerd gedaan, goddeloos gehandeld" (Ps. 106:6). Dan geldt echter ook de belofte, waarmee deze psalm eindigt:

"Vele malen redde Hij hen,

maar zij waren weerspannig in hun voornemen

zodat zij wegzonken in hun ongerechtigheid.

Maar als Hij hun benauwdheid zag,

wanneer Hij hun gejammer hoorde,

dan gedacht Hij te hunnen gunste aan zijn verbond,

en had deernis naar zijn grote goedertierenheid

Dan deed Hij barmhartigheid vinden

bij allen die hen als gevangenen hadden weggevoerd.

Verlos ons, Here, onze God,

verzamel ons weder uit de volken,

opdat wij uw heilige naam loven,

ons beroemen in uw lof.

Geloofd zij de Here, de God Israëls,

van eeuwigheid en tot eeuwigheid,

en al het volk zegge: Amen, Halleluja!"

Hetzelfde geluid in een ander blad.

Sinds enige weken ontvang ik „De Saambinder", het kerkelijk weekblad der gereformeerde gemeenten in Nederland en Noord-Amerika. Daarin lees ik herhaaldelijk deze oproep tot verootmoediging en schuldbesef. Ziehier een citaat:

„Het is door Gods Geest, dat zij overtuigd worden van zonde, gerechtigheid en oordeel. En de bediening van die Geest, waaronder zij liggen, is wel om hen zo ver te brengen, dat zij wanhopen aan zichzelf, om door hun doen en laten, door de werken der wet, ooit zalig te worden, doch nooit aan God zelf.

Zodra God door Zijn Geest een zondaar levend maakt, krijgt hij drie levensgezellen, n.l. geloof, hoop en liefde. Zij worden uit zichzelf uitgedreven tot die God, die groot van goedertierenheid, en in Christus, vriendelijk en goed is. Het grote doel van hun leven wordt de ere Gods, en het heil van hun onsterfelijke ziel Als een hert schreeuwt naar de waterstromen, zo schreeuwt hun ziel tot de levende God.... Menigmaal in hun leven hebben zij het voor God bekend in diepe verootmoediging des harten, dat zij het leven verbeurd en de dood verdiend hadden.

Maar God heeft ook Zijn Woord voor hun ziel geopend. En zij hebben het ook geleerd, dat de wet door Mozes is gegeven, maar de genade en de waarheid is door Jezus Christus geworden, Joh. 1:17...." Uit De Saambinder van 22 juni.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juli 1961

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Smekend om genade

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juli 1961

In de Rechte Straat | 32 Pagina's