UIT DE KERKGESCHIEDENIS

In de eerste plaats: Als u in uw ogen zondig, vol ondeugden, blind, lam melaats en daarover bedroefd en verontrust bent, dan is het tijd dat u, evenals de blinden en de lammen in het Evangelie, in het geloof alleen een toevlucht zoekt, dat wil zeggen: u moet evenals de moordenaar en als Maria Magdalena met al uw zonden en ondeugden, zoals u bent, tot de Zaligmaker gaan en van Hem ernstig en van harte de vergeving van uw zonden afsmeken, met tranen aangrijpen en met blijdschap als uw eigendom toeëigenen. Want daartoe deed God u uw zonden en ellenden kennen, opdat u komen zoudt en uw Heiland uw kwijtschelding daarvan zoudt afsmeken. Daarom heeft Hij u arm van geest gemaakt, opdat u door het geloof het hemelrijk en al de rijkdom die Jezus door Zijn lijden en sterven voor u verworven heeft, zoudt aangrijpen. Kom dan tot Hem. als u gevoelt dat u arm en zondig bent, en haal genade op genade. Maar, zo u eenmaal onder het getal van de gelovigen behoort, dat wil zeggen, als u de vergeving der zonden met de geest en in de zin van de ware gerechtigheid van Jezus Christus in het geloof aangegrepen hebt, dan moet u zich ook geheel bekeren en u bevlijtigen om deugdzaam, vroom, gehoorzaam te zijn, in één woord, om Jezus Christus na te volgen. Niet alsof u door goede werken kon gerechtvaardigd worden en daarmee de vergeving der zonden, de gerechtigheid van Christus en de hemel kan verdienen; neen, u moet dit uit liefde en dankbaarheid doen, omdat God u, om Jezus wil, de zonden heeft vergeven en Hij u daarbij met Hem, het eeuwige leven en de kracht om godzalig te leven en Zijn geboden te bewaren, uit genade gegeven heeft."

Vergeving alleen door Christus

In de tweede plaats wijst Boos erop dat ook na ontvangen genade de goede werken geen grond zijn voor de zaligheid, maar ook niet kunnen gemist worden: "Doe dan, nadat u gerechtvaardigd bent, zoveel goede werken als u kunt; maar wacht u om daarop uw rust en vrede te bouwen. Want onze beste werken zijn nog zeer onvolkomen en onrein en als wij daarop zien, wordt onze vrede verbannen. Bouw daarom die vrede alleen op wat uw Zaligmaker voor u volbracht heeft; vertrouw daar alleen op; dan bouwt u uw vrede op een rots…" De werken zijn vruchten van het geloof en hebben op zichzelf niets verdienstelijks voor God. Alleen vanuit het geloof in Christus zijn de werken aangenaam voor God. "Vóór hij u vergeving geschonken en Zijn Geest gegeven heeft, in één woord, vóór uw rechtvaardiging was u niet in staat om één enkel goed werk te doen."

"Maar", zo laat Boos zoekende zielen zeggen, "hoe lang moet ik de last van mijn ellende en van mijn angst dragen?" "U zult die zo lang dragen tot u een tegenzin hebt gekregen in alle zonden eri ijdelheid, net zo lang tot u wanhoopt aan alle menselijke hulp, die u in uzelf gezocht hebt, en voornamelijk aan de hulp die in uzelf zocht, totdat u zich tenslotte geworpen zult hebben aan de voeten van Jezus, om Hem aan te roepen en Zijn gerechtigheid als uw enige toevlucht aan te grijpen. Haast u dus; werp zonder dralen al de ballast van uw eigen pogingen weg; ga tot de Zaligmaker als een vermoeide ziel, die alles vruchteloos heeft beproefd, en nu, overtuigd van uw diepe onwaardigheid, niets anders wil roepen dan genade! Ga tot Hem, van deze dag af, om uw verlossing te bespoedigen; want de Heere heeft gezegd: 'Wees niet gelijk een paard, gelijk een muilezel, hetwelk geen verstand heeft, welks muil men breidelt met toom en gebit, opdat het tot u niet genake'."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen