Kijk alleen naar Jezus!

Hebr. 12:2

MOET EENS het el fde hoofdstuk van de brief aan de Hebreeën lezen. Daarin worden ons de grote gel oofshel den van het Oude Testament getekend.

Daar trekken ze aan ons oog voorbij: Abel, Henoch, Noach, Abraham, Mozes en anderen. Figuren, die wij liefhebben. Wa nt het zijn onze broeders in het geloof. Je bewondert het werk van Gods genade in hun harten. Wat een geloof bezaten die mensen. De brief aan de Hebreeën tekent dat geloof telkens als een zien van de Onzienlijke, als een grijpen naar de dingen, die ze nog niet konden aanschouwen. „In dat geloof zijn deze allen gestorven, zonder de bel often verkregen te hebben; slechts uit de verte hebben zij die gezien en begroet, en zij hebben beleden, dat zij vreemdelingen en bijwoners waren op aarde. Want wie zulke dingen zeggen, geven te kennen, dat zij een vaderland zoeken".

Als uzelf een gelovig mens bent, dan voelt u, dat ook in uw eigen geloof zulk een kracht schuil gaat. Maar dan zult u ook wel moeten erkennen, dat u op dit moment zuk een spankracht in uw geloof niet hebt. En toch zoudt u graag iets van die gloed van deze mensen ook in uw eigen ziel willen hebben. Dat strakke voor je uitzien, puur in het geloof. Dat rustige doorwerken, ook al zie je nog niet de verhoring van je gebeden.

En hoe kun je zulk een geloof krijgen? Door deze mensen te gaan vereren en aanroepen?

„Neen", zegt de schrijver van de brief aan de Hebreeën, „Laat ons oog daar bijgericht zijn op Jezus, de leidsman en voleinder des geloofs...." Hebr. 12:2. „Vestigt uw a andacht dan op Hem...." (vers 3).

Naar deze komende Christus hebben ook de geloofsgetuigen van het Oude Testament uitgezien. Hij was de geheime kracht van hun geloof. Hij gaf de warmte aan hun belijdenis. Om Hem hebben zij „hoon en geselslagen ver duurd, daarenboven nog boeien en gevangenschap. Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rond-gezworven in schapevacht en en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling - de wereld was hunner ni et waardig - zij hebben rondgedoold door woestijnen en gebergten, in spelonken en de holen der aarde". (Hebr . 11:36 - 38) Wat zijn wij dan bevoorrecht, die de volle openbaring van de Christus der Schriften hebben: „Voorwaar, Ik zeg u: Vele profeten en recht vaardigen hebben begeerd te zien wat gij ziet, en zij hebben het niet gezien, en te horen wat gij hoort , en zij hebben het niet gehoord". (Matt. 13:17).

Ouzo medewerkers.

Kijk alleen naar Jezus! Ik wil dat zeggen tot onze medewerkers, tot alle ex-rooms-katholieken, die Christus reeds hebben gevonden als hun enige en volkomen Zaligmaker. Zodra u zich werkelijk voor de zaak van Gods Koninkrijk gaat inzetten, zult u tegenwerking ondervinden, ook van de zijde van sommige „protestanten". De duivel zal mensen, waarvan je dat allerminst had verwacht, tegen je opzetten. Dat is het lot geweest van allen, die met profetische kracht het Woord Gods verkondigd hebben. Wanneer je in ons werk eer en aanzien verwacht, moet je er niet mee beginnen. Want dan houd je het niet vol.

Telkens weer opnieuw moeten wij onszelf onderzoeken, of wij werkelijk Gods Koninkrijk zoeken of.... ons eigen koninkrijkje. Het geeft een gevoel van diepe rust, wanneer wij telkens weer ons allerdiepste „ik" uitsluitend op Gods eerrichten. En wij kunnen dat alleen, wanneer wij ons oog daar bij richt en op Jezus. Hij zal ons dan ontdekken aan onze verborgen eer- en heerszucht. Hij zal ons ook door zijn Heilige Geest de verterende ijver geven voor Gods huis.

Zoekende R. Katholieken.

Tot hen, die nog niet de beslissing hebben genomen, zou ik willen zeggen: „Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, in gehoorzaamheid getrokken naar een plaats, die hij ter erfenis zou ontvangen, en hij vertrok, zonder te wet en waar hij komen zou". (Hebr. 11:8).

U kunt deze geschiedenis vinden in Gen. 12:1 - 9. „ De Here nu zeide tot Abram: Ga uit uw land en uit uw maagschap en uit uws vaders huis naar het land, dat Ik u wijzen zal".

Misschien is ook tot u deze roepstem van God gekomen. U bent gaan inzien, dat uw kerk op vele punten is afgedwaald van Gods Woord. U hebt gemerkt, dat uw kerk onder allerlei vrome voorwendsels eerbetuigingen voor zichzelf is gaan opeisen, die alleen aan God mogen worden gebracht. U hebt de vreselijke veroordeling van de beeldenverering gelezen in de Bijbel: „Gij zult u geen gesneden beeld maken.... Gij zult u voor die niet buigen noch hen dienen; want Ik, de Here, uw God, ben een naijverig God, die de ongerechtigheid der vaderen bezoek aan de kinderen, aan het derde en aan het vierde geslacht van hen, die mij haten “ (Ex. 20:4,5).

En dan weet u, dat u deze kerk moet verlaten; de kerk van uw jeugd, de kerk van uw familie, de kerk van uw vrienden en kennissen. En wij weten uit eigen ondervinding, hoe zwaar het valt om met dat alles te breken.

Maar denk dan eens aan de geloofshelden van Hebreeën 11. Denk dan eens aan Abraham, die in de Bijbel de vader der gelovigen wordt genoemd. Ook hij brak er tussen uit en ging op weg naar een onbekende toekomst en een onbekend land. Hij had daarbij het oog alleen gericht op God en op de beloofde komende Messias. Kijk alleen naar Jezus, en dan zult u ook van Hem alle kracht ontvangen.

Wij, die reeds deze moeizame toch achter de rug hebben, wij zullen u onderweg steunen met onze gebeden. Wij zullen u ook gaarne met raad en daad bijstaan.

Wij verheugen ons er nu reeds over, dat wij u straks mogen begroeten als broeders en zusters in hetzelfde geloof. Tot straks dan! De Goede Herder, Jezus Christus, wacht! Luister naar zijn stem: Ik ben de goede Herder!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen