Kracht om te getuigen.

Op de voorlaatste conferentie in Doorn kwam één van mijn vroegere biechtelingen tot beslissing. Onder de preek van ds. Gravendeel, zo vertelde zij mij, kwam de eenvoud van het Evangelie als een onbegrijpelijke troost tot haar. Is dit dan het blijde in de boodschap van Jezus Christus, dat ik al deze heerlijkheden zo maar mag aanvaarden? Behoef ik mij slechts bewust en voor goed aan Jezus over te geven om mij voor eeuwig zijn eigendom te weten, kind van de hemelse Vader?

De Boze trachtte haar nog terug te houden: Zo gemakkelijk is dat niet; je moet het toch ook zelf verdienen. — Maar het nieuwe leven brak onder de kracht des Geestes onweerstaanbaar in haar door en nu juicht ook zij enkel om de genade Gods. Onlangs schreef zij mij:

„Zo juist heb ik de Rechte Straat van januari gelezen. Ik heb het blad van vóór naar achteren uitgespeld. Ik had er al een paar dagen naar uitgekeken.

Wat kun je je verdrietig voelen, als je kijkt naar de afbeelding von Onze Lieve Vrouw van Banneux.

Heerlijk, dat ons blad zich zoveel moeite getroost om de rooms-katholieken wakker te schudden, maar tevens heb ik zelfverwijt. Wat doe ik voor de goede zaak. Ik mag een kind van God zijn, maar ik voldoe nog bijna niet aan zijn opdracht: „Gij zult Mijn getuigen zijn!" Wat zou ik moeten antwoorden als God mij deze vraag stellen zou?

Ik voel mij van de ene kant zo klein en zondig, maar ik heb Jezus ontmoet als de levende Heer, en nu weet ik, dat er voor mij genade is, genade voor altijd. Hij is mijn volkomen Zaligmaker en ik geloof in zijn woord: „Wie in Mij gelooft, heeft eeuwig leven". Wat een machtige troost is dat in alle aardse moeilijkheden".

B. De Looze-Clarijs te Rotterdam.

Ons antwoord: Ook de kracht tot getuigen moeten wij ontvangen. Ook dat is genade. De discipelen waren ook reeds kinderen Gods vóór pinksteren. En toch ging bijna niets van hen uit.

Wij mogen echter deze kracht om te getuigen met evenveel stelligheid verwachten, als waarmee wij zeker zijn van de vergeving der zonden en van het eeuwige leven in Jezus Christus.

„Maar gij zult kracht ontvangen, wanneer de Heilige Geest over u komt". En: „....en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen. Want voor u is de beiofte en voor uw kinderen en voor allen die verre zijn, zovelen als de Here, onze God, er toe roepen zal". (Hand 1:18 en 2:38-39).

Blijf dus, evenals de discipelen na de hemelvaart van Jezus, gelovig-biddend uitzien naar de vervulling met kracht uit de hoge, met kracht van de Heilige Geest. En u zult ontvangen naar mate u gelooft. Want Jezus is trouw in al zijn beloften.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen