IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

HET GEZAG VAN DE SCHRIFT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET GEZAG VAN DE SCHRIFT

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mag dit Woord onze ziel doorploegen? Mag dit Woord worden ingeplant in de bodem van ons hart, zodat de sappen en de krachten des Geestes daaruit opwassen en vrucht dragen? Alleen zo kan Christus steeds meer gestalte krijgen in ons leven, wanneer we geworteld blijven en gegrond in de liefde Gods. Hoe dringend noodzakelijk is dit in het leven van de christen: denken, spreken en handelen vanuit het levende Woord Gods, vanuit de Rots der eeuwen Jezus Christus!

Dit kan niet genoeg worden benadrukt, zeker in deze tijd waar zovelen zichzelf en eigen ervaringen presenteren als heilzame wegen naar rust en verlichting.

Allerlei lichte en luchte cursussen worden ingericht, waarbij men, in het leeg-maken van zichzelf, wordt volgestouwd met de leven-dervende geest van een Boeddha. Kloosterpoorten en kerkdeuren gaan open voor zijn vrijmakende geest! Zen-meditatieve technieken kunnen u tot 'het licht' en 'het Al' voeren.

Arm en leeg komt de mens er vandaan! De geëerde Zen-apostel D.T. Suzuki verklaart zonder blikken of blozen:

"Zen is geen godsdienst in de gewone zin van het woord, want Zen kent geen God, die aanbeden moet worden, het kent geen toekomstige verblijfplaats voor hen, die overleden zijn, maar vooral: Zen kent geen ziel, welker bestemming en z.g. onsterfelijkheid een geweldig probleem is voor veel mensen. Zen is geheel vrij van al die dogmatische en godsdienstige hindernissen. De mens zal eerst dan zijn vrijheid genieten als hij die vreselijke plicht van zijn redding en zaligmaking van zijn schouders werpt. Zen bewijst heel duidelijk de waardeloosheid van ieder geloof in een persoonlijke God".

Zen kent geen persoonlijke God, geen hiernamaals, geen goed en geen kwaad! Ik vraag me toch af wat die Oosterse praktijken ons zouden kunnen bieden? Totaal waardeloos! Het moet christenen toch duidelijk zijn dat zij hiermee niets kunnen beginnen! Kennen wij niet de volheid Gods in Christus Jezus? (Ef. 3:19). Is het niet Gods Woord dat ons wijst op de nooit voldoende te doorgronden rijkdommen van Jezus Christus?! (Ef. 3:8).

Niet door een leeg-maken van zichzelf of door het beleven van hallucinaties komt men tot God, maar door het geloof in Jezus Christus hebben wij vrijmoedig toegang tot de Vader (Ef. 3:12).

Wij staan op de vaste grond van de Schrift

Hoe heerlijk zijn de werkingen van Gods Woord in een gelovig mensenhart. Ontroerend getuigt de dichter van Ps. 119, vanuit de vele worstelingen van zijn ziel, van de troost en de kracht in het Woord en van zijn hoop op het Woord. Mag ik enkele van zijn uitspraken citeren?

Uw Woord zal ik niet vergeten (v. 16).

Maak mij levend naar Uw Woord (v .25).

Richt mij op naar Uw Woord (v. 28).

Dit is mijn troost in mijn ellende, want uw toezegging heeft mij levend gemaakt (v. 50).

Ik heb vermaak in Uw wet (v. 70).

Die U vrezen, zullen mij aanzien, en zich verblijden omdat ik op Uw Woord gehoopt heb (v. 74).

Op Uw Woord heb ik gehoopt (v. 81).

Gij zijt mijn schuilplaats en mijn schild; op Uw Woord heb ik gehoopt (v. 114).

Ja, wie zo mag getuigen, wie mag getuigen van zijn vaste hoop op het Woord, zal in zijn leven - ook al moet het dan weieens langs wegen van smaad en verdriet - de blijdschap en de vrede des geloofs mogen proeven. Deze hoop beschaamt nimmer, daar die geankerd is in de vaste grond van Gods Woord!

De hele Schrift is Gods Woord

Dat wij de Schrift terecht 'Gods Woord' noemen, vloeit direkt voort uit de goddelijke ingeving (inspiratie). Hierin is de autoriteit van de Schrift gelegen.

"Al de Schrift is van God ingegeven" (2 Tim. 3:16).

"… maar de heilige mensen Gods, van de Heilige Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken" (2 Petr. 1:21).

Dit houdt in dat de Heilige Geest de schrijvers heeft bezield en gedreven om alleen datgene neer te schrijven wat Hij hen ingaf te schrijven. Alle impuls is van Hem uitgegaan! Het is niet door de wil van mensen.

W.L. Tukker schrijft in zijn boek 'Geloof en Verwachting':

"Welk mens zou dat willen, zou dat kunnen willen, om zo onzienlijke dingen, om zo onuitsprekelijke dingen te bedenken? Neen, het Woord is gezonden van de hemel, het is voortgebracht van God Zelf. Heilige mensen Gods hebben het gesproken, gelijk de heilige Petrus zegt. Petrus is een groot schriftgetuige en hij was zelf een heilige, die met heiligen omgegaan heeft, zelfs met Mozes en Elia op de berg. Petrus heeft de twee fundamentleggers van het Oude Testament ontmoet. En Petrus heeft met vrijwel alle schrijvers van het Nieuwe Testament omgegaan, hij heeft met … de Heere Jezus Zelf omgegaan en van Hem onderwijs ontvangen. Welnu, deze man heeft geweten, dat er heilige mensen Gods waren. Laat het vooral woord voor woord op u inwerken: heilige mensen Gods. En zoals Petrus zelf door de Heilige Geest gedreven werd, zo wist hij ook, dat die mensen door die Geest gesproken hadden. Dat waren niet zo maar mensen, het waren mensen Gods, die de Heilige Geest dreef".

Op grond van dit gedreven zijn door God, zijn het geen menselijke woorden meer. De bijbelschrijvers hebben niet zelf zo maar wat verzonnen en te boek gesteld. Het zijn door God gedreven woorden, woorden Gods en daarom woorden met een Goddelijk gezag! Heel de Schrift is het Woord Gods. Op elke bladzijde van de Schrift is het God die heel persoonlijk tot ons spreekt. Vandaar ook dat de Schrift een absolute autoriteit heeft, waarvoor wij ons onvoorwaardelijk moeten buigen.

Mogen we ons daarvan blijvend rekenschap geven.

De vaste norm

Veronderstel dat de Schrift slechts ten dele Gods Woord zou zijn, is er dan nog wel een voldoende waarborg dat wat de Schrift ons leert waarachtig is? Zou er dan nog enige grond zijn om aan de Schrift te gehoorzamen? Neen toch! Dan is er geen vaste norm meer waarop wij ons leven kunnen gronden. Het getuigenis over God en Jezus Christus wordt dan uiterst twijfelachtig. Dan wordt ons geloofsleven ingebed een op mensenmaat geknipte vroomheid en eigengereide godsdienstigheid.

Men gelooft tenslotte wat men zelf wil. Hoe dikwijls horen we niet uit de mond van oprechte en godsdienstige mensen: 'Wat moet je nu nog geloven?' - 'Wie zegt wat waar en goed is?' - 'Als je maar doet wat u goed lijkt, dan zal God ons toch niets te verwijten hebben, zeker?' Trouwens, altijd heeft men ons hel en verdoemenis gepredikt, maar ons nooit een weg gewezen van hoop en uitredding!'

Dit zijn uitspraken die in de meest oprechte r.-k. kringen worden vernomen.

Ja, hoe kan het ook anders, wanneer Gods Woord niet meer de vaste norm is voor geloof en leven en wanneer de bijbelse prediking ontbreekt! Dan is er toch geen kennis des Heeren; dan is er geen honger naar het Woord; dan kent men ook niet de zalige rust in Jezus Christus' kruisoffer!

O wat een heerlijke genade toch dat we verzekerd mogen zijn dat de Schrift de waarheid bevat en de waarheid is! Dat geen leugen en geen twijfel, geen gebrek en geen tegenstrijdigheid in haar gevonden wordt.

Wat een heerlijke genade, maar ook wat een ernstige roeping om, geworteld in deze zekerheid, vrijmoedig te mogen spreken en getuigen van Gods belofte van vergeving van zonde en om verloren zondaren te mogen wijzen op de Knecht des Heeren en ze toe te roepen: "Wie is er onder ulieden, die de Heere vreest, die naar de stem Zijns Knechts hoort? Als hij in de duisternissen wandelt, en geen licht geeft, dat hij betrouwe op de Naam des Heren, en steune op zijn God…" (Jes. 50:10).

Dat is waarheid. Dat is realiteit. Voor wie hoort naar Zijn Woord en in Hem gelooft, zal de duisternis wijken!

Deze woorden mocht ik onlangs nog spreken tot mensen die geen hoop meer hadden en geen toekomst meer voor zich. Dan zie je in hun ogen iets oplichten van de verwachting des Heeren! Inderdaad, Gods Woord is een levend Woord en een werkend Woord! En wij weten ons gedreven om dit Woord als van God te verkondigen! Prachtig weet Paulus dit te formuleren in zijn brief aan de Thessalonicenzen: "Daarom danken wij ook God zonder ophouden, dat, als gij het Woord der prediking Gods van ons ontvangen hebt, gij het aangenomen hebt niet als der mensen woord, maar (gelijk het waarlijk is) als Gods Woord, dat ook werkt in u, die gelooft" (1 Thess. 2:13).

Wij mogen van God worden overtuigd dat de Schrift waarachtig is en betrouwbaar. Ge kunt ermee leven maar ook mee sterven. Ge kunt er u aan overgeven met het volste vertrouwen.

Het is het vaste fundament van de apostelen en profeten!

"Wij belijden dat dit Woord van God niet is voortgekomen uit de wil van een mens, maar dat mensen, door de Heilige Geest gedreven, van Godswege gesproken hebben, zoals de apostel Petrus zegt (2 Petr. 1:21). Daarna heeft God in zijn bijzondere zorg voor ons en ons behoud Zijn knechten, de profeten en apostelen, geboden Zijn geopenbaarde Woord op schrift te stellen, en Zelfheeft Hij met Zijn vinger de twee tafelen van de wet geschreven. Hierom noemen wij zulke geschriften heilige en goddelijke schriften" (NGB art. 3).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1989

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

HET GEZAG VAN DE SCHRIFT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1989

In de Rechte Straat | 32 Pagina's