G. K. van het Reve

Ds. W. Glashouwer protesteerde met onderstaand stuk tegen de berichtgeving van Trouw over de r. katholiek geworden G. K. van het Reve.

De weergave van de opvattingen van G. K. van het Reve in TROUW van 27 juni (voorpagina) dringen mij tot een protest. In zijn boeken èn voor de KRO heeft Van het Reve godslasterlijke taal gebruikt. Volgens uw weergave zou Van het Reve „een symbolische voorstelling van zijn relatie tot God hebben gegeven, voorgesteld als een ezeltje". Dit is m.i. onjuist. En zo geplaatst is het ook tendentieus. Het verhindert lezers zich een mening te vormen t.a.v. het besluit van Van het Reve om r.k. te worden en t.a.v. de aanklacht van ir. Van Dis. Is deze laatste er naast met zijn aanklacht wegens godslastering of is de r.k. kerk er naast door een godslasteraar op te nemen, zonder dat deze schuld heeft beleden? Waar in het openbaar de naam Gods gelasterd werd, moet ook in het openbaar mededeling van schuldbelijdenis gedaan worden. Wie Van het Reve voor de t.v. gezien en gehoord heeft en wie aan het Woord van God vasthoudt — ook wat er staat in Rom. 1:24 e.v. — zal het met mij eens zijn, dat er moeilijk erger godslastering gesproken kan worden dan wat deze mens heeft durven zeggen van de Heilige God. Het gaat er om dat ook uw dagblad, dat christelijk wil zijn, in deze tijd kleuren gaat bekennen.

Driebergen, W. Glashouwer

Trouw drukte daarbij het onderstaande naschrift af:

Of de heer Van Dis er naast is met zijn aanklacht zal de rechter binnenkort moeten uitmaken. De uitspraak zullen we vanzelfsprekend publiceren.

De volgende dag echter nam Trouw een stukje over uit het r.k. blad „Onderweg", waarin stond: „Wij begroeten het nieuwe kerklid van harte (…). Dat mensen als hij zich tot de kerk van nu voelen aangetrokken, is daarbij een verkwikkend bewijs, dat die Kerk nog steeds een huis is voor velen, hoe zij ook geaard mogen wezen".

Ik heb daarop het volgende stuk ter opname naar Trouw gezonden:

Uw antwoord aan ds. Glashouwer betreur ik zeer. Wanneer wij, christenen, niet eens meer in staat zijn om op grond van Gods Woord uit te maken of iets godslastering is, ja of neen, — wanneer wij het oordeel daarover moeten overlaten aan de wereldlijke rechter, — dan zie ik niet meer in, waarom we nog een „christelijk" dagblad nodig hebben.

Ik betreur het ook zeer, dat u de propaganda, die het r.k. blad „Onderweg" maakt met de overgang van Van het Reve, zonder enig commentaar hebt over genomen. In een interview met Parool heeft Van het Reve gezegd: „Dat je door geloof gered zou worden, is een infantiele gedachte. Mensen die zo denken, staan nog in de wereld van de tam-tam". En verder vergelijkt hij daarin het ontvangen van de hostie (= het deelnemen aan de r.k. Avondmaalsviering) met sexuele zelfbevrediging en zegt ook dat de r.k. kerk met geen woord gerept heeft over zijn openlijk beleden homosexualiteit, toen hij tot die kerk wilde toetreden.

Ik ben blij, dat het huis van de protestantse kerk, waar ik toe behoor, nog zo „bekrompen" is dat ze openlijke godslasteraars niet als lid aanneemt en tot het Heilig Avondmaal toelaat zonder openlijke schuldbelijdenis. Op het moment dat ook mijn kerk zo „ruim" zou worden, zou ik mij verplicht voelen deze kerk te verlaten.

Gift van f 5.000.— van N.N.

Wij ontvingen een gift van f 5000.— van N.N. te N., waarvan f 1000.— voor ons ex-priesterfonds, f 2000.— voor evangelisatie in Spanje en f 2000.— voor de evangelisatie van de Belgische Evangelische Zending. Daar wij deze milde gever dus niet de goede ontvangst van deze gift rechtstreeks konden berichten, doen wij dat langs deze weg. Onze hartelijkste dank!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen