IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Kinderlijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kinderlijk

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

In De Nieuwe Linie van 18 sept. schrijft drs J. Arts S.J. het volgende:

„Welnu, in Nederland heeft geen enkele serieuze theoloog, noch prof. L Smits, noch prof. Schoonenberg ooit een loutere trans significatie of trans-finalisatie aangenomen. Deze serieuze theologen worden dan ook niet door de encycliek getroffen".

Prof. dr. S. Trooster S.J. schreef echter in De Heraut van maart 1965:

„Transsubstantiatie is een transfinalisatie of transsignificatie", schrijft Schoonenberg; d.w.z in het mysterie der eucharistische tegenwoordigheid Christi ontvangen brood en wijn een nieuwe bestemming om een nieuwe betekenis. „Het enige wat verandert, is dat het brood een nieuwe funktie krijgt. Het wordt een teken...... verwijst naar Christus' lichaam, naar het heil", aldus p. L. Smits De vraag is nu maar of dit voldoende is om ons geloof in de sakramentele tegenwoordigheid van onze Heer in het mysterie der Eucharistie volledig uit te drukken".

Wel schrijft prof. Trooster daarna, dat hij de indruk heeft, dat Schoonenberg de transsubstantiatie niet geheel in de transsignificatie of transfinalisatie wil laten opgaan: „hij schrijft immers: „Transsubstantiatie is transfinalisatie......, maar dan in de diepte die alleen Christus in zijn meest werkelijke zelfgave bereikt". Ook elders in zijn artikel wijst hij herhaaldelijk op een „oneindig meer" in Christus' zelfgave. Daarmee geeft hij ons weer het recht te vragen dit „oneindig meer" nog nader aan te duiden".

Tot nog toe heeft prof. Schoonenberg op die vraag van prof. Trooster geen antwoord gegeven. En het lijkt mij dat dat niet kan. Wanneer men eenmaal de eucharistie verklaart vanuit de transsignificatie of transfinalisatie, dan is er geen zinvolle plaats meer aan te geven voor de transsubstantiatie in de zin van het concilie van Trente en van de encycliek van Paulus VI.

Bovendien heeft pater Arts zelf in De Nieuwe Linie van 28 maart 1964 geschreven: „Misschien is het verstandig om het knappe spel van species en substantia (die door het concilie van Trente gebruikt werden. H.J.H.) maar een beetje te vergeten, in ieder geval niet te gebruiken als instrument van ons geloofsbesef".

Paulus VI echter zegt in zijn encycliek: „Op dezelfde manier kan men het niet dulden dat de eerste de beste privépersoon naar eigen goeddunken de formuleringen zou willen afschaffen, waarmee het concilie van Trente het eucharistisch mysterie te geloven heeft voorgehouden...... Bijgevolg zijn zulke formuleringen begrijpelijk voor de mensen van alle tijden en van alle plaatsen".

Het doet een beetje kinderlijk aan, als drs Arts nu zegt, dat geen serieuze r.k. theoloog van Nederland werd getroffen door deze encycliek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 oktober 1965

In de Rechte Straat | 48 Pagina's

Kinderlijk

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 oktober 1965

In de Rechte Straat | 48 Pagina's