IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

VELE WEGEN LEIDEN… VAN ROME!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VELE WEGEN LEIDEN… VAN ROME!

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op verzoek van de eindredakteur van dit tijdschrift heb ik mij gaarne bereid verklaard iets te schrijven over mijn weg vanuit een Trappisten-Abdij naar de Ned. Herv. Kerk en de vrijheid die mij ten deel viel na een ruim twintigjarig bestaan dat bekneld zat tussen wetten en reglementen….

Terugzi end, moet ik bekennen, dat de „vrijheid van de kinderen Gods” het leven van de mens tot een „zaligheid” maakt . Het rechtstreeks kontakt met de Levende God, die ons in Christus nabij is, heft ons uit boven de louter natuurlijke sfeer, doet ons ingaan in goddelijk leven, schenkt ons vrede en vreugde en geeft het gevoel ont komen te zijn aan alle beknelling. Men ademt het kindschap Gods….

Ruim 25 jaar ben ik monnik geweest met hart en ziel. Ik ging op in het contemplatieve bestaan en wat ik aan hemel se vreugde gesmaakt heb, valt met geen pen te beschrijven. Ik ben er gelukkig geweest en voelde mij opgenomen in een andere wereld totdat een ervaring mij trof, die de bakens verzette en horizonten voor mij opende tot dan toe geheel onbekend. Ik ervoer in mijn wezen deliefde, die mogelijk is tussen man en vrouw. Let wel, ik spreek over „liefde” dat heilige woord, dat zo dikwijls misbruikt wordt. Liefde tussen man en vrouw heeft per se met sexualiteit niets te maken, evenmin met erotiek. De waarachtige liefde is het eigendom Gods, Zijn Wezen is Liefde! Wie door deze liefde geraakt wordt en in zijn innigste wezen ervaart wat deze tot stand brengt, beseft de waarheid van Gods eigen woord: „Sterk als de dood is de liefde". Evenmin als men aan de kracht van de dood kan weerstaan, ontkomt men aan de kracht der waarachtige liefde en dit werd ik gewaar:

1) „Mijn ziel stond in gloed, een immense vreugde dijde zich uit, het scheen of mijn lichaam te klein was; ik voelde de beperktheid van mijn wezen om het geluk te omvatten, dat zich golvend baanbrak. Zij keek mij aan met haar ziel, deze stortte zij over in mij, mijn ziel vond de hare. Dit was niets lichamelijks meer. Wij voelden ons beiden ontheven aan stof, het was leven van wezen tot wezen, het was een versmelting van „zielen”.…

Wij voelden ons voor elkander geschapen en toch wisten wij. dat het leven ons gescheiden zou houden. Waarom? Ja, waarom? Zij was niet getrouwd, was dus vrij! Maar ik was gebonden, of juister: werd gebonden gehouden. En daarom was zij ook niet vrij, zij was r.k. en mocht dus een priester niot trouwen. Heeft God dit verboden? Wel neen. Ook de r.k. kerk ontkent dit. Zij leert ook niet, dat het een priester is verboden te huwen. Dit geloof eist zij niet op. dit ligt buiten haar macht en bevoegdheid, maar zij beroept zich op haar bestuursmacht. Maar het is toch evident, dat deze bestuursmacht begrensd is. Deze dient zich te richten naar de normen van Gods Openbaring. Hetgeen God niet als zondig verklaart, dus in strijd is met Zijn wetten, kan de kerk evenmin tot zonde verklaren en dat doet zij ook niet. Voor het welzijn der westerse kerk acht zij het nuttig aan haar priesters het celibaat op te leggen. Wil een priester tóch huwen, dan dient hij de konsequentie te dragen; hij zal dan zijn priesterlijk ambt niet verder kunnen vervullen. De kerk acht dit immers in het westen niet nuttig voor het algemeen welzijn. Maar vanwaar nu nog verder gegaan? Vanwaar neemt de kerk het recht, om een priester die afstand doet van de uitoefening van zijn ambt, het huwelijk te blijven ontzeggen. Mag de kerk het levensgeluk van een mens in de weg staan, dat deze zoekt binnen het kader van Gods wil en Gods wet? Maar nu gebeurt er iets typisch, ik kon beter zeggen: iets typerends…. er wordt een zwenking gemaakt! Wat de kerk niet kan verbieden krachtens goddelijk recht, wendt zij voor te mogen verbieden met een beroep op de gelofte van kuisheid, die aan God is gedaan en dus bindende kracht heeft, alsof de kloostergeloften niet door de kerk zelf zijn ingesteld. Aan haar bestuursmacht ontleent zij het recht wetten te maken, maar vanzelfsprekend kan zij als wetgeefster haar eigen wetten veranderen, opheffen of hierin dispenseren en dit doet zij ook bij herhaling! Kloosterbroeders, die uit het klooster wensen te treden, kunnen gewoonlijk ook dispensatie verkrijgen voor bindende kracht van hun gelofte van kuisheid en mogen een zogenaamd kerkelijk huwelijk sluiten. Nogmaals, met welk recht staat de kerk dan blijvend het levensgeluk van haar priesters in de weg, die wensen te huwen? Een bevredigend antwoord wordt hier nooit op gegeven, (hetgeen ook niet mogelijk is!), maar men slingert met banvloek en eeuwige straffen alsof daardoor een mens schuldig en strafwaardig zou worden, die zich richt naar Gods woord: „Geniet van het leven met de vrouw, die gij lief hebt, al de dagen van uw ijdel bestaan, die Hij u geeft onder de zon, want dit komt u toe van het leven”.(Pred.9:9).

Neen, ik heb gelukkig ervaren, dat een dergelijke banvloek niet de minste uitwerking heeft omdat zij alle rechtsgeldigheid mist. Hier stelt de r.k. kerk zich weer echt remmend tussen bet persoonlijke geweten en Gods eigen woord. Timide zielen voelen zich beangst door deze bedreiging en hun leven wordt tot een hel. Gods levende woord gaat aan hun voorbij omdat hun geloof in Gods woord zwakker is dan hun angst voor een wederrechtelijk kerkelijke bedreiging. De konsequenties van een hier tegen-in-gaan zijn dan ook niet gering! Ook hiervan kan ik getuigen en ik zal dit ook doen, hetzij in dit tijdschrift, hetzij door een persoonlijk woord op de conferentie van ex-rooms katholieken op 18 en 19 april a.s., waartoe ik zo spontaan ben uitgenodigd. Hieruit zal dan odk blijken, dat de lijdensweg, die ik gegaan ben (en gedeeltelijk nog ga omdat ik het liefste moet missen, dat een priesterziel zo na aan het hart ligt: het pastorale en levend contact met de mensen!) in mij de overtuiging tot rijpheid gebracht heeft, dat een Hervorming eenvoudig „noodzaak” geweest is.

Alvorens te eindigen zou ik graag willen vast stellen, dat mijn enig streven is te „getui gen”, niet te beschuldigen en nog minder aan te vallen! Ik verheug mij zo graag over datgene wat alle christelijke groepen verenigt, over datgene waardoor wij elkander na zijn: ons gel oof in Christus onze Verlosser, die ons gemaakt heeft tot „ki nderen Gods”, tot dragers van goddelijk leven, bezield door Gods Geest, die ons leidt en bestuurt en gelukkig en vrij maakt door Zijn liefde. De stimulerende woorden van Paulus: „draagt in u de gevoelens van Christus” mogen lichten over ons leven, over ons denken en doen! Zijn wij met deze gevoelens bezield, dan zal ons werken vruchtbaar zijn. Wij zullen oogsten, wat wij zelf zaaien.… „liefde”.

Sneek, 13 mrt. '59.

1) Citaat uit mijn boek: „Wij dronken de hemel" (A'dam 1949, Het Hollandsche Uitgevershuis).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1959

In de Rechte Straat | 20 Pagina's

VELE WEGEN LEIDEN… VAN ROME!

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1959

In de Rechte Straat | 20 Pagina's