IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Kerk van de Kathedraal van de derde wereld

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerk van de Kathedraal van de derde wereld

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Guatemalteekse priester op de bres voor de gerechtigheid De maat van de ongerechtigheid kan zozeer overlopen dat een openlijk, profetisch protest geboden is. Dat blijkt het geval te zijn in Guatemala. In Panzos werden 48 inboorlingen (vermoedelijk afstammelingen van de Maya-Indianen) vermoord met de bedoeling om aldus hun land in bezit te kunnen nemer.. Er wordt gefluisterd, dat dit gebeurd is door het leger van Guatemala.

Dat is voor de r.-k. priester, José Maria Ruiz Furlan, die zich noemt „padre Chemita", aanleiding geweest om openlijk in een gestencild schrijven stelling te nemen tegenover wat in Panzos gebeurd is en met name tegen de kardinaal van Guatemala. Hij krijgt echter zo weinig gehoor bij de kerkelijke overheid dat hij begonnen is met een onafhankelijke kerk, die hij „Kerk van de Kathedraal van de Derde Wereld" noemt.

Een van onze abonnees op onze Spaanse editie (het lijkt mij verstandiger zijn naam niet te noemen) die ik destijds ook zelf ontmoette in Guatemala — hij is ook zelf Guatemalteek — heeft pater Chemita bezocht en hem de Spaanse vertaling van mijn boek „Mijn weg naar het licht" overhandigd alsmede een ander boek, waarin op heldere wijze de visie van de Reformatie wordt uiteengezet. Hij heeft een lang en indringend gesprek gehad met pater Chemita, die zeer geïnteresseerd was en die onze broeder uitnodigde om spoedig terug te komen om het gesprek voort te zetten, nadat hij de twee boeken zou hebben gelezen.

Wij laten nu eerst hieronder de vertaling volgen van het stencil dat pater Chemita heeft verspreid en daarna de brief die wij aan hem hebben gezonden.

Oordeel van pater Chemita over de gebeurtenissen in Panzos

Tegenover de tragedie die het volk van Guatemala diep geschokt heeft namelijk de massamoord van Panzos, wil ik deze vraag stellen: Waar blijft de profetische stem van de kerk van de Kardinaal om richting te geven aan ons denken over deze gebeurtenissen. Bij tijd en wijle spreekt men heel in het algemeen over de gewelddadigheid, maar wanneer er Guatemalteekse landgenoten zijn die lijden en het slachtoffer zijn geworden van het geweld, dan lijkt het of de officiële kerk blind is en ongevoelig. Ze hult zich in een volstrekt zwijgen.

Daaruit blijkt weer opnieuw dat de kerk van de kardinaal in wezen een buiten landse kerk is, met buitenlandse afhankelijkheid en buitenlandse gewoonten; een kerk die zich compromitteert (zich in opspraak brengt door scheve verhoudingen) vanwege haar vriendschappelijke relatie met de rijken en de machtigen; een kerk die vanwege haar stilzwijgen medeplichtig is aan het strukturele geweld dat in ons land heerst. Vanuit de geringheid van onze „Kathedraal van de Derde Wereld" verklaar ik ten overstaan van al onze landgenoten dat het onmenselijk is om eenvoudige boeren van het leven te beroven enkel vanwege het feit dat ze arm zijn en met de bedoeling om hun grond wederrechtelijk in bezit te nemen.

„De grond behoort toe aan hem die ze in bezit heeft en ze bewerkt", aldus Sint Ambrosius (339-397). En Sint Basilius (329-379): „Aan de hongerige behoort het brood dat jij in de voorraadkamer opgestapeld houdt. Aan de naakte behoort de kleding die jij alleen maar in je kleerkast hebt hangen. Aan degene die geer( schoeisel heeft, behoren de schoenen die jij ongebruikt in je huis laat liggen. Aan degene die verkommert in ellende, behoort het geld dat jij in een oude kous bewaart. Als je dat niet wilt zien, dan onderdruk je al die mensen die je had kunnen helpen. Ik beschuldig je dan niet van roof, maar wel van het verzuim dat je niet met anderen wilt delen".

Als christenen en als Guatemalteken veroordelen en verwerpen wij de misdaden die begaan worden tegen de armsten, de economisch meest zwakken onder ons en wij EISEN:

1. de onmiddelijke stopzetting van de landroof die gepleegd wordt tegenover de boeren van Guatemala;

2. een grondig onderzoek naar en een bestraffing van degenen die daadwerkelijk of moreel zich schuldig hebben gemaakt aan genoemde misdaad, die vergeleken kan worden met de slachtpartijen die de nazi's aanrichtten.

Christus is niet gekomen naar deze wereld om de ongerechtigheid te ontzien, maar om ze te ontmaskeren en aan te klagen. Waarom moeten wij die ons volgelingen van Christus noemen, dan het stilzwijgen bewaren tegenover zulk een misdaad?

José Maria Ruiz Furlan (Padre Chemita).

ONZE BRIEF AAN PADRE CrlEMITA

Beste Vriend, Padre Chemita,

Met grote ontroering en instemming hebben wij uw bewogen Open Brief hier in Nederland gelezen. Wij hebben de Heere gedankt voor de profetische durf die uit uw optreden blijkt. Ik ben blij dat wij elkaar reeds enigszins kennen via de heer…die u bezocht heeft en met wie u een lang gesprek hebt gehad. Ik hoop dat u intussen mijn boek „Se rompieron las cadenas" gelezen hebt, zodat we daardoor nog meer geestelijk kontakt met elkaar hebben gekregen.

Ja, blijf strijden tegen het onrecht dat de armen in uw land wordt aangedaan, tegen het strukturele geweld dat zoveel slachtoffers maakt. Verzamel mensen om u heen die spreken uit eenzelfde diepe overtuiging.

U bent daarmee in de lijn van het Oude en Nieuwe Testament b.v. Deut. 10:18-19 en Jak. 1:27. Onze God openbaart Zich in de Bijbel als een God die opkomt voor het recht van weduwe en wees, en van de vreemdeling, kortom van de zwakkeren in de menselijke samenleving. En als Jezus ons aanspoort: „Weest dan gij volmaakt, gelijk uw Vader die in de hemelen is, volmaakt is" (Matth. 5:48), dan zit daar zeer zeker ook de vermaning in vervat dat wij ons moeten inzetten voor het recht van de weerlozen. Wij moeten de (desnoods profetische) mond zijn van de stemmelozen.

Strijd met algehele overgave, maar gebruik slechts het zwaard van het Woord (Hebr. 4:11-12 en Ef. 6:17). Grijp niet naar het werkelijke zwaard zoals Petrus meende te moeten doen. De Heere heeft hem toen geantwoord: „Keer uw zwaard weder in zijn plaats; want allen die het zwaard nemen, zullen door het zwaard vergaan" (Matth. 26:52).

Is dat ook niet de les van de geschiedenis: „De revolutie verslindt haar eigen kinderen?" Zie naar de verschrikkelijke knechting achter het IJzeren Gordijn. Ook de Franse Revolutie was een bloedige omwenteling, die onmiddellijk gevolgd werd door het schrikbewind van Robespierre en daarna door de diktatuur van Napoleon.

Waag uw eigen leven, uw eigen bloed in die profetische strijd, maar roep niet op tot gewapend verzet, waardoor de dood van duizenden misschien op uw geweten zal komen te drukken. Strijd alleen met het zwaard van het Woord Gods.

En mag ik u dan nóg een advies geven als een vriend die biddend achter u staat? Aanvaard het Woord Gods geheel. U haalt immers het recht om zich tegen uw eigen kerk, tegen de hoogste gezagsdrager van die kerk in uw land namelijk de kardinaal, te verzetten uit de Schrift. Terecht beroept u zich op de Bijbel, waarin wij een God ontmoeten die opkomt voor de verdrukten.

Maar aanvaard dan de gehele Bijbel, ook voor de inrichting van uw kerk. Ik hoorde van de heer… , onze gemeenschappelijke kennis die u bezocht, dat u erover denkt om zelf priesters aan te stellen in uw „Kerk van de Derde Wereld". Maar is het juist om dat te doen? Verzwakt u zo niet uw eigen positie? Immers, de Bijbel kent geen priesterklasse die op een of andere manier boven de gewone gelovigen zou staan en voor hen zou moeten bemiddelen bij God b.v. door het brengen van echte offers (de mis), door in de biecht hen al of niet te ontslaan van hun zonden enz. Nergens lezen we in het Nieuwe Testament dat het Griekse woord „hiereus" wordt gebezigd voor de kerkleiders, de oudsten.

De apostel Petrus gebruikt het woord „hiereus" wel, maar hij past het toe op alle afzonderlijke gemeenteleden (1 Petr. 2:5), maar hij voegt er dan meteen aan toe:

a. dat het hier gaat om „geestelijke" offers en

b. dat die offers Gode alleen maar aangenaam zijn door Jezus Christus.

En zichzelf noemt hij in zijn vermaning aan de kollega's-oudsten slechts „medeoudste", let wel: niet mede-priester. Welk een volkomen andere geest spreekt daaruit dan de geest van het pausdom. Zij immers laten zich aanspreken met geweldige titels zoals „plaatsbekleder van Christus op aarde", Pontifex Maximus (de titel van de heidense hogepriesters van Rome), „Heilige Vader" (de naam waarmee Jezus Zijn eigen hemelse Vader aansprak) enz.

We lezen dat de heiden Cornelius aan de voeten van Petrus neerviel, toen die bij hem binnenkwam in Cesatea en dat Petrus zei: „Sta op, ik ben ook zelf een mens" (Hand. 10:26). De pausen echter laten zich de voeten kussen.

Bestudeer eens de inrichting van de gemeente van Christus, zoals die in het N.T. beschreven wordt. U zult ontdekken dat het er daar heel eenvoudig aan toegaat. Allen zijn broeders en zusters van elkaar. Zeker, er zijn daar ook leiders te vinden.

Maar a. die zijn door Christus zelf gegeven (Ef. 4:11) en door God Zelf aangesteld (1 Kor. 12:28);

b. zij staan niet boven de gemeente, maar dienen de gemeente door leiding te geven, terwijl de gehele gemeente mee beslist (1 Kor. 14:29).

Of God bepaalde mensen heeft aangesteld in een of andere leidersfunktie ten dienste van de gemeente, moet blijken uit de gaven die zij ontvangen hebben en die in het midden van de gemeente zichtbaar worden op grond waarvan ze ook door de gemeente mee als leiders erkend en aangesteld worden. Zo lijkt het mij dat ook u duidelijke profetische gaven gekregen hebt en dat de Heere u daarom bestemd heeft voor een leidende funktie in uw eigen parochie, in Guatemala en misschien tot ver daarbuiten. Het kan echter zijn dat iemand een profeet is, niet in dienst van God, maar van de duivel. Denkt u maar aan „de valse profeet" van Openb. 16:13 en 19:20. Ook Elymas wordt een valse profeet genoemd in Hand. 13:6.

Wilt u met zekerheid weten of u een profeet van God bent of een profeet van duistere machten? Dat kunt u alleen te weten komen, wanneer u in u de bereidheid bespeurt om in alles Gods Woord te volgen. Wanneer u de profetische kracht in u voelt opstijgen, toets wat u zeggen wilt dan aan de Schrift en laat uw profetieën mede toetsen door andere oprechte gelovige christenen (1 Kor. 14:29). Alleen dan zult u zich kunnen hoeden voor bitterheid en fanatisme. Alleen dan zult u met vreugde de dood van de profeten, de marteldood, kunnen aanvaarden, want dan weet u dat u „als een plengoffer geofferd" (2 Tim. 4:6) wordt in de dienst van de Heere, van Wie u dan zeker weet dat Hij u geroepen heeft tot Zijn profeet.

Nog een puntje. U spreekt over Sint Ambrosius en Sint Basilius. Wanneer u zich aldus wilt aanpassen aan het spraakgebruik in uw kerk, heb ik daar geen bezwaar tegen. Maar u weet ook dat er massa's geld door Rome verspild worden (tienduizenden dollars) in het proces van de zalig- en heiligverklaring. Doe niet mee aan de verering van die gestorven christenen, die op grond van zoveel verkwist geld van Rome de titel „heilige" hebben gekregen. In de eerste plaats niet, omdat, wanneer deze mensen echte christenen zijn geweest, zij er helemaal geen behoefte aan hebben om in de kaarsjes en bloemetjes gezet te worden. De echte heiligen waren immers altijd erg nederig en keerden zich, net als de apostel Petrus, tegen elke verheerlijking van henzelf. Zouden ze na hun dood ineens veranderd zijn en nu vanuit de hemel met plezier staan toe te kijken, wanneer ze hier op aarde zo gehuldigd worden?

En vervolgens, echte heiligen hebben steeds een hart vol liefde gehad, vooral voor de armen en verdrukten. En daarom ben ik ervan overtuigd dat zij verontwaardigd zijn over zoveel geldverspilling in Rome alleen maar met het doel dat ze een schouderklopje van de paus krijgen die hen gedenkt in een lintje met de eretitel van „heilige". Zij zullen bij zichzelf zeker zeggen: Besteed dat geld toch a.u.b. voor de leniging van de nood van zovelen, ook kinderen, die anders omkomen van de honger. En in de derde plaats, waarom zouden wij aldus moeten afhangen van het kerkelijke establisment van het Vatikaan? In de Bijbel is daarvoor geen enkele steun te vinden. Integendeel, Paulus en Petrus spreken alle gelovigen van de gemeente aan met de titel „heiligen".

U begrijpt dat ik u graag ontmoeten zou om al deze dingen eens grondig samen vanuit d^ Bijbel te doordenken. Moge de Heere u schenken een geest van diep gebed. Zoek Hem altijd weer. In Hem, in Hem alleen zult u de nodige kracht ontvangen voor een waarachtige profetische roeping.

In afwachting van uw antwoord, met hartelijke groeten:

H. J. Hegger.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juli 1978

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Kerk van de Kathedraal van de derde wereld

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 juli 1978

In de Rechte Straat | 32 Pagina's