IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Antwoord aan een ex-abonnee

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Antwoord aan een ex-abonnee

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Antwoord aan een ex-abonnee

Hiermede bevestig ik uw opzegging van het abonnement op IRS alsmede van uw verzoek om u, hoewel u reeds uw abonnement over 1971 hebt betaald, geen nummers meer te sturen.

Blijkbaar heeft ons februarinummer bij u de deur dichtgedaan. U behoort dus tot diegenen die wél durven verkondigen dat de Bijbelschrijvers aan de woorden van de Here Jezus hebben zitten te knoeien, zodat we nu niet eens meer de woorden van de Here Zelf op betrouwbare wijze in de Evangeliën terug vinden. U durft dus met drs. Baarda beweren dat de evangelisten de woorden van onze Heiland hebben afgezwakt, aangedikt, omgebogen of vervormd door toevoegingen.

Maar hoe verklaart u dan dat de apostel Petrus van de Bijbelschrijvers zegt, dat zij „van de Heilige Geest gedreven" gesproken hebben en van de andere kant dat geen profetie van de Schrift een eigenmachtige uitlegging toelaat (2 Petr. 1:162 1 ) . Hoe kunnen wij nog geloof hechten aan een boek, dat van zichzelf zegt dat het onder aandrijving van Gods Geest tot stand is gekomen, waarin tevens gezegd wordt dat elke eigenmachtige uitleg van de woorden Gods beslist verboden is, terwijl de schrijvers van dat boek zelf al druk bezig blijken te zijn met niet alleen eigenmachtige uitlegging, maar nog veel erger: met geknoei in de woorden van de Zoon Gods, Jezus Christus?

Mag ik u vragen om toch eens bij uzelf te onderzoeken, waarom u met zulk een beslistheid gereageerd hebt op ons februarinummer? Misschien heeft de Here uw geweten willen wakker schudden en hebt u onbewust tegen Hem gereageerd in plaats van tegen ons. De overpriesters hebben aan de soldaten opdracht gegeven om tegen betaling het gerucht te verspreiden: „Zijn discipelen zijn des nachts gekomen en hebben hem gestolen, als wij sliepen" (Mt. 28:13). Zij beschuldigden de discipelen dus van vroom bedrog. Bent u niet bang dat u toch eigenlijk hetzelfde doet, wanneer ook u meewerkt aan de verspreiding van het gerucht dat de evangelisten hebben gewerkt met knoeierijen in de woorden van Jezus en met vroom bedrog?

U moet niet denken dat u mij persoonlijk getroffen hebt met uw opzegging van abonnement en met uw brief. Ik weet dat ik niet strijd voor mijn eigen zaakje, maar voor de zaak des Heren.

En overigens krijg ik tegenover teleurstellende brieven, zoals die van u, ook veel bemoedigende reakties. Zo werd ik deze morgen opgebeld door een abonnee. Ons gesprek liep uit op de konstatering, hoe diep Gods kinderen zich met elkaar verbonden weten, hoe zij eenzelfde taal spreken, de taal van mensen die met elkaar in de eeuwige dodencel hebben gezeten, waartoe zij terecht veroordeeld waren, maar die zo maar gratie kregen, omdat een Ander, Jezus Christus, die straf voor hen heeft ondergaan en voor hen het eeuwige leven verworven heeft.

En vanuit die verbondenheid liet ik mij ontvallen dat ik die morgen (natuurlijk zonder uw naam te noemen) uw brief had gekregen.'U ziet dus, uw brief heeft me wél wat gedaan.

Een half uur later werd ik door diezelfde abonnee opgebeld: Hij en zijn vrouw hadden besloten om 1 0 0 , — te storten op het gironummer van onze stichting ter vergoeding voor het verlies van uw abonnement en van eventuele andere opzeggers om diezelfde reden.

Ik zou u willen aanraden: denk ook eens na, wat toch eigenlijk wel de reden kan zijn, waarom dergelijke mensen tot zulk een positieve reaktie komen.

Misschien hebt u meteen een sociologische en psychologische verklaring klaar: „O, natuurlijk, ze zijn blij dat u mede strijdt voor hun gelijk. Ze zien in u een voorvechter van hun ideetjes".

Ik kan uw verklaring begrijpen, want u hebt ons gesprek niet gehoord. En… zelfs al had u het gehoord, dan zoudt u niet „het" begrepen hebben, waarover wij het hadden, want de natuurlijke mens verstaat nu eenmaal niet de dingen des Geestes (1 Kor. 2:14).

En er is alle kans dat u ook dit, wat ik nu schrijf, verkeerd verstaat. U zult het wellicht interpreteren als een uiting van een hoogmoedig uitverkiezingsbesef. Maar dan zult u toch ook moeilijk de brieven van Paulus kunnen lezen zonder daardoor vreselijk geprikkeld te worden. Want ook Paulus roemt voortdurend in de genadige uitverkiezing Gods, waardoor hij zeker weet dat niets hem kan scheiden van de liefde Gods weike is in Christus Jezus (Rom. 8:31-39).

Moge de Here ook u eenmaal op de weg naar Damascus neerwerpen en u duidelijk maken dat u Hem vervolgt, wanneer u zich vergrijpt aan de goede naam van Zijn evangelisten en hen beschuldigt van vroom bedrog en knoeierij.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1971

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Antwoord aan een ex-abonnee

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1971

In de Rechte Straat | 32 Pagina's