DE ENGEL der gemeente

(Vervolg: „Gij zijt Petros")

De brieven, die wij aantreffen in hoofdstuk 2 en 3 van het boek Openbaring, zijn gericht aan „de engel der gemeente te Efeze, Smyrna enz.".

De vraag is dan: Wie is de engel der gemeente?

Hierover zijn verschillende meningen. Dr S. Greydanus in De Korte Verklaring meent, dat met deze engel de voorganger van de gemeente bedoeld is.

Ik kan het daar echter niet mee eens zijn en vind de argumenten van Dr. G. Kittel in Theologisches Worterbuch zum N.T. veel sterker, wanneer hij uiteenzet, dat dit een werkelijke engel moet zijn.

Kittel wijst erop, dat in alle andere gevallen het woord „engel" in de Openbaring gebruikt wordt voor een werkelijke engel. Het is exegetisch niet verantwoord om dan ineens, zonder enige grond in de tekst zelf, dit woord hier te verstaan in een heel andere zin n.l. van voorganger van de gemeente.

Een ander bezwaar tegen de exegese van dr. Greijdanus is, dat er dan een zeer sterk onderscheid wordt gemaakt tussen de gemeente en de voorganger. Immers in Openb. 1:20 worden de gemeenten vergeleken met kandelaren en de engelen der gemeente met sterren. Voor zulk een sterk onderscheid vinden wij in de rest van het N.T. geen grond. Daar wordt steeds gesproken over de oudsten als leden van de gemeente, die ten dienste van de gemeente leiding geven.

Ook is het niet waarschijnlijk, dat zulke grote gemeenten als hier worden genoemd, slechts één voorganger zouden hebben gehad. We lezen b.v. in Hand. 20:17: „Maar hij zond iemand van Milete naar Efeze en ontbood de oudsten der gemeente". Hier wordt gesproken over meerdere oudsten en ook in de toespraak die Paulus tot hen houdt, blijkt nergens, dat iemand onder de oudsten zulk een aparte plaats innam. Hij vermaant hen alien gelijkelijk.

En verder: wanneer de gemeente vergeleken zou worden met een kandelaar en de voorganger met een ster, dan zou de voorganger de gemeente verre in heerlijkheid overtreffen. Zulk een opvatting zou alleen passen in het r.k. systeem, waar de priester volgens allerlei stichtclijke lektuur in glorie en macht zelfs nog de engel overtreft.

Ik zou daar nog willen toevoegen: Waarom worden die engelen der gemeente dan niet opnieuw genoemd als staande voor de troon van God? Waarom wordt dan wel gesproken over de 24 oudstent?

Greijdanus zegt, dat men toch moeilijk een brief kan schrijven aan een engel. Maar heel de Openbaring is zinnebeeldig. En daar wordt ook gesproken over een boek, dat door het Lam geopend wordt. Ook dat is letterlijk niet mogelijk en moet dus zinnebeeldig worden versaan. Waarom dan ook niet dit schrijven van een brief aan de engelen van de zeven gemeenten van Klein-Azië?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen