TELEFOONVERBINDING MET DE HEMEL?

Zoals u weet, meen ik o.a. op grond van 1 Kor. 14:1 dat de gaven des Geestes voor alle tijden zijn.

Dat neemt echter niet weg dat ik veel moeite heb met de vraag HOE deze gaven in onze tijd moeten en kunnen functioneren.

Ik kreeg van iemand toegezonden een gestencild schrijven, waarin gewezen wordt op een „verkeerde pinkstergeest", die hij aldus typeert:

„ Het is de vondst van gelovigen dat men door geconcentreerd bidden aanwijzingen of woorden door kan krijgen van „boven". Een voorbeeld: Er komt bezoek. Oom Joop doet de deur open en geeft ter begroeting jan een hand. Terwijl Jan zijn jas uitdoet, staat oomJoop al heimelijk te bidden en op te letten of hij iets van „ boven " op kan vangen. En ja hoor, het woord „ leiding" komt door. Ondertussen wordt de thee ingeschonken. Oom Joop zet weer zijn antenne naar „boven" uit (sterke geestelijke concentratie) en even later komt door: „Marie moet weg"(Marie is zijn aanwezige 18-jarige dochter)". Tot zover een gedeelte uit dit voorbeeld. Voor mijn besef grenst dit aan spiritisme. Zeker, wij mogen en moeten alles aan de Heere voorleggen. Maar een grondtrek van elk waarachtig gebed is de ootmoedige afhankelijkheid. En die ontbreekt hier geheel en al.

De waarachtige bidder zal het, evenals Abraham, altijd moeilijk vinden om de ogen op te heffen naar de Heilige om met Hem te spreken en antwoord te vragen, „hoewel ik stof en as ben" (Gen. 18:27). Hij durft en wil het slechts, omdat God Zelf hem daartoe uitnodigt.

Ik ben het helemaal eens met de doelstelling van de Bond tegen het Vloeken, maar misschien zou die Bond wat meer aandacht moeten besteden aan de bestrijding van het vloeken onder de christenen, die zich Schriftgelovig noemen en aan een oproep tot waarachtige eerbied voor Gods Naam onder hen.

Zo las ik in Opbouw in een artikel van dr. J. Meulink over „christenen" die er de volgende mening op nahielden: „Alle kinderen die jong stierven, werden met een grote zwaai in de hel geworpen, zo maar! Wie heel vroom was, liet de hemel leeg. Een van hen vertelde mij dat er in Domburg drie waren (die de hemel zouden beërven), maar hij kon in Meliskerke niet verder komen dan twee. Maar een kind zalig worden? In geen geval!".

Beschikken dergelijke „christenen" dan ook over een telefoonverbinding met de hemel? Hebben zij een andere kenbron dan de Bijbel, want in de Bijbel staat dat niet.

Ik kan ook zulk een spreken over God alleen maar grove oneerbiedigheid noemen. Wie iets van Gods waarachtige heiligheid heeft gezien, kan zo niet over Hem spreken. Dan word je alleen maar stil en ootmoedig en klein en heel erg dankbaar. Dan durf je nauwelijks iets over Hem te zeggen wat je niet duidelijk in Zijn Woord terug vindt. Dan ben je zó bang geworden van jezelf, bang van je eigen kleine, zondige, menselijke denken, dat je geneigd bent om over Hem slechts fluisterend te spreken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen