Anonieme brieven
In sommige bladen lees je: „Anonieme brieven gaan ongeopend de prullemand in". Die bladen gaan dan van de veronderstelling uit, dat iemand zijn naam en adres niet wil vermelden, omdat hij lelijke dingen aan de redaktie schrijft.
Wij ontvangen bijna nooit anonieme boze brieven. Als onze lezers het niet met ons eens zijn, dan schrijven ze dat eerlijk en ondertekenen hun bezwaarschriften. Dat verheugt ons zeer, want het is een teken van vertrouwen. Zij gaan dan van de veronderstelling uit, dat wij niet kwaad worden, wanneer iemand meent ons onaangename dingen te moeten schrijven. Het is ook een teken van de eerlijke en broederlijke sfeer, die onze lezerskring en redaktie onderling met elkaar verbindt. Als broeders en zusters hoef je niets voor elkaar te verbergen. Je weet, dat je het goed met elkaar meent. En het kost zelfoverwinning om iemand waar je sympathiek tegenover staat, toch te vermanen. Maar om wille van het Koninkrijk Gods en omwille van het heil van de ander doen we dat toch. Dat is dan de werking van Gods Geest, die dan door de mond van kinderen Gods ons vermaant of vertroost.
„Van mijn eerste A.O.W."
De bovengenoemde bladen, die anonieme brieven ongeopend in de prullemand gooien, houden blijkbaar geen rekening met de mogelijkheid dat iemand om een of andere reden onbekend wil blijven nl. omdat hij meent dat de linkerhand niet mag weten wat de rechterhand geeft.
Dezer dagen trof ik in onze brievenbus ook een brief aan zonder vermelding van afzender.
Het zou echter een ramp geweest zijn, wanneer ik die zo maar in de prullemand had gegooid. Want toen ik hem opende trof ik er dit briefje aan:
„Hierbij ingesloten doe ik u toekomen mijn eerste A.O.W. van 1969 ten bedrage van driehonderdvijftien gulden en 33 cent, te bestemmen voor prof. X en zijn vader uit uw artikel van I.R.S. dec. '68. Met vriendelijke groeten, een abonnee. Hierbij tevens ingesloten van een familielid een gave voor hetzelfde doel". En in dat envelopje van dat familielid stond te lezen: „Voor prof. dr. X en zijn oude vader van mijn eerste A.O.W. van dit jaar 1969". En daarin waren nog eens driehonderd gulden. Dat betekent dus dat ik ƒ 615,33 in de prullemand zou hebben gegooid, wanneer ik deze „anonieme" brief niet had geopend.
Nu ik hierover toch schrijf, prof. X laat u allen hartelijk groeten. Hij schreef: Deze spontane hulp van de stichting I.R.S. is voor mij een nieuw bewijs, dat ik de goede weg ben opgegaan. - Gedenk hem ook in uw gebeden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1969
In de Rechte Straat | 32 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1969
In de Rechte Straat | 32 Pagina's