De kerkbeek

Hebt ge al eens van de Kerkbeek gehoord? Indien ge de Heilige Schrift leest, dan zijt ge haar zeker al eens tegengekomen. Het is in Ezechiël 47, dat er uitvoerig over geschreven is en ik denk, dat wij er goed aan doen een kort ogenblik bij deze borrelende beek stil te staan.

Een machtig visioen

Ezechiël, de profeet Gods, aanschouwt een machtig visioen; hij ziet een vlietende beek, welks oorsprong de tempel is en overal waar dit water heenstroomt komt nieuw leven. En niet alleen tot nieuw leven, maar alles, wat daar groeit, verwelkt niet meer en draagt bij voortduring vrucht.

Wat moet die Ezechiël zich bij deze beek thuis gevoeld hebben en ik kan me dan ook best voorstellen, dat de knecht Gods naar woorden gezocht moet hebben om al dat geweldige aan ons mee te delen. Gelukkig, dat Gods Geest hem ter hulpe is gekomen, om ook dit visioen getrouwelijk aan ons door te geven (2 Petr. 1:20, 21, 2 Tim. 3:16, 17).

Nu weet ik wel, dat deze geschiedenis vóór alles zijn betekenis heeft ten opzichte van het oude volk Israël, maar ondanks dat feit zou ik 't een en ander toch graag ditmaal willen toepassen op ons eigen leven, op onze tijd!

God openbaart zijn geheimen aan zijn kinderen

Op de allereerste plaats: Ezechiël is een man Gods, een kind Gods; vandaar dat de Here dit wonder aan Hem wilde openbaren. En ik geloof, dat wij, voordat wij een stap verder gaan, elkander de vraag moeten stellen, weten u en ik reeds Zijn kind te zijn. Dus niet of we wel priester of dominee of gewoon lid van de kerk zijn, maar of we weten, dat onze zonden verzoend zijn, dat wij door genade vrede hebben met God. Kijk, dan kan God, gelijk bij Ezechiël, ons bij de hand nemen en ons Zijn Woord openbaren, immers de Bijbel zegt toch in 1 Cor. 2:1 4 : „Doch een ongeestelijk mens aanvaardt niet, hetgeen van de Geest Gods is, want het is hem dwaasheid en hij kan het niet verstaan, omdat het slechts geestelijk te beoordelen is".

Laat ons daarom in zoverre wij kinderen van God zijn, nu voetstap voor voetstap achter Ezechiël aangaan. Laat ons genieten van de stromende beek, dat wil het Woord van God voor ons zijn; laat ons gehoorzamen, zoals Ezechiël gehoorzaamde.

In het water tot aan de enkels

„Zo deed de man Ezechiël 1000 el het water in gaan en het kwam tot aan zijn enkels". Met verfriste, gereinigde voeten mocht hij in de stroom staan. En dit doet denken aan Ef. 6:15 : „de voeten geschoeid met de bereidvaardigheid van het evangelie des vredes". Op die wijze kunnen wij alleen het evangelie uitdragen.

……tot aan de knieën

„Daarna mat de man weer 1000 el en deed mij door het water gaan; het water reikte tot aan de knieën" (: 4).

Ezechiël moest verder! Ook zijn knieën moesten in deze stroom van levend water. Christenen, wij dienen te volgen! Onze knieën moeten door het Woord Gods en de Heilige Geest gebogen worden bij de voet van het kruis. Miljoenen zielen zijn in nood, duizenden kennen deze stroom niet, de snelstromende beek vanuit de kerk.

……tot aan de heupen

„Hij mat weer 1000 el en deed mij er door gaan; het water reikte tot aan de heupen".

Dit doet ons denken aan de strijd tussen de God van Israël en Jakob te Pniël. Jakob zeide: „Ik laat U niet gaan, tenzij Gij mij zegent", Gen. 32 : 26 — Jakob overmocht, doch het resultaat was een ontwrichte he up. . . . het kostte hem zijn kracht!

Wij moeten Ezechiël tot aan onze heupen in de stroom van levend water volgen, onze kracht moet gebroken worden, opdat wij in Zijn kracht de stroom laten aanzwellen, tot heil van hen, die in nood zijn.

Nu moet hij zwemmen

„Hij mat weer 1000 el; nu was het een beek geworden, die ik niet doorwaden kon, want het water was zo hoog, dat men er in zwemmen kon, een beek, die men niet kon doorwaden". (: 5)

Ik zie Ezechiël verder en verder in de stroom afdalen. Zijn borst gaat nu ten onder. De borst, welke wij zo vaak vooruitsteken. Ik zie zijn sterke schouders ten onder gaan. De schouders, waarmee wij menen alles te moeten verzetten. De schouders, welke vaak Gods schouders in de weg staan, want Hij wil toch immers alles dragen.

Ik zie hem zwemmen in de borrelende, stromende beek, welke zijn oorsprong heeft in de tempel.

Kent gij de Kerkbeek ?

Kijk, die beek hebben wij nodig, van die beek moeten wij vertellen, die beek stroomt vanuit de levende Kerk, vanuit Christus (Joh. 4:14) door de Zijnen! Die beek, Gods Woord, doet alles waar zij komt, leven! (: 9)

Aan die beek draagt alles vrucht (: 12); daar zingt de kerk! (Zie ook Joh. 15:8) De Kerkbeek! Kentgij reeds deze beek in Uw leven?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen