Mr. drs. Bas van der Ven: "Het protestantisme gelooft me te veel met het hoofd"
Een jaar geleden verwisselde mr. drs. Bas van der Ven de VBOK voor het Katholiek Nieuwsblad, waar hij algemeen directeur werd. Een functie die hem op het lijf geschreven is, maar de jaren tussen behoudende protestanten had hij niet graag gemist. "Ik heb ontdekt hoe groot het kennishiaat bij rooms-katholieken is."
Op de vleugel ligt 'De navolging van Christus' van Thomas a Kempis, in de boekenkast domineert een schitterend uitgegeven werk over kloosters. Ze hebben op Bas van der Ven (36) een onweerstaanbare aantrekkingskracht. "Ik ben net terug van een abdijreis door Frankrijk, waar het kloosterleven weer geweldig opbloeit."
De algemeen directeur van het Katholiek Nieuwsblad groeide op in een traditioneel rooms-katholiek gezin, als jongste van vijf kinderen. Allen huwden in de Rooms-Katholieke Kerk en lieten hun kroost daar dopen. Inmiddels heeft de secularisatie fors toegeslagen. "Van de vijf gaan er twee helemaal niet meer naar de kerk. Ik ben, als jongste, de meest behoudende."
Van der Ven verklaart het in de eerste plaats uit zijn uitgesproken religieuze belangstelling. "Die heb ik altijd gehad. Vroeger wilde ik priester worden, maar daar is het door mijn huwelijk niet van gekomen. Een tweede verklaring is wellicht dat ik al jong werd geconfronteerd met ziekte en dood. Twee neefjes van me zijn overleden aan kanker. De confrontatie met tragische zaken, die je niet kunt beinvloeden, stimuleren een verticale houding."
Kritiek
Van een ingrijpende crisis in zijn denken was nimmer sprake. "Ik ben wel eens atheïst, maar dat duurt nooit langer dan een dag of drie. Soms ben je teleurgesteld in de kerk, met name in de bedienaren ervan. Je maakt dan heel snel de denkfout dat je die vereenzelvigt met God. Het is natuurlijk afschuwelijk als een priester aan een jochie zit, maar dat heeft niets te maken met het wezen van de kerk."
In de loop der jaren werd Van der Ven talloze malen onder vuur genomen vanwege zijn orthodox roomskatholieke levensovertuiging. "Medestudenten in Leiden begonnen altijd over het celibaat en de visie van de paus op de pil en het condoom. Reformatorische christenen halen steevast de verering van Maria, de heiligen en de onfeilbaarheid van de paus uit de kast. Dat zijn punten waar ook ik soms moeite mee heb, maar ze horen voor mij niet tot de klassieke leerstukken van de kerk.
Met Mirjam den Boer van de VBOK was ik een keer in een kapel waar een enorm beeld van Maria hing, boven een klein kruis met daaraan Christus."
"Zeg Bas, vind jij nou ook niet dat de verhouding een beetje zoek is£"; vroeg Mirjam. "Daar was ik het helemaal mee eens. Ik denk uitgesproken christocentrisch. Dat zie je in meer intellectuele katholieke kringen heel veel. De Mariadevotie leeft daar veel minder."
Christelijk gereformeerd
Door zijn functie als algemeen directeur van de VBOK leerde Van der Ven de protestantse wereld van binnenuit kennen. In al z'n verscheidenheid. "Vroeger had ik een geweldige aversie tegen die verdeeldheid binnen het protestantisme. Nu denk ik daar positiever over. Als protestant heb je de mogelijkheid om kleur te bekennen. De Rooms- Katholieke Kerk heeft hoe dan ook de katholica in stand willen houden, maar inhoudelijk is de verscheidenheid niet minder. Als je bij ons een kerk binnengaat, moet je maar afwachten wat je aantreft."
De benaming van de verschillende protestantse kerkverbanden acht Van der Ven niet altijd even helder. "Toen iemand me zei dat hij christelijk gereformeerd was, reageerde ik met: 'Kun je dan ook nog anders gereformeerd zijn£' Het klonk mij in de oren alsof een moslim zei: ik ben een islamitische mohammedaan." Het contact met orthodoxe protestanten dwong de oud-directeur van de VBOK zich meer te gaan verdiepen in de rooms-katholieke leer. "Protestanten zijn zo goed op de hoogte van theologische zaken, dat je als rooms-katholiek mens al snel met een mond vol tanden staat. Door de contacten met de reformatorische gezindte ben ik onmiskenbaar orthodoxer geworden."
Orthodoxie
Aanvankelijk was er geregeld een lichte kortsluiting. "Katholieken hebben in het algemeen de neiging om wat luchthartiger over God te spreken. Daarnaast hebben ze erg veel zelfspot over hun eigen kerk. Dat valt bij gereformeerden altijd bijzonder goed, maar maak je omgekeerd eens een grap over hun kerk, dan wordt dat absoluut niet gewaardeerd."
Na pakweg twee jaar was Van der Ven dermate ingevoerd, dat hij nog maar zelden een bok schoot. Door regelmatig protestantse kerkdiensten te bezoeken, leerde hij ook de prediking kennen. De volle kerken in de rechterflank van de gereformeerde gezindte, bevestigden hem in zijn overtuiging dat alleen de orthodoxie overleeft.
"Dat heb ik ook meer dan eens tegen de kardinaal gezegd. De experimenten in de Rooms-Katholieke Kerk hebben ze in de protestantse kerken allemaal al gehad en ze zijn op niets uitgelopen. Alleen de kerken die eenvoudig aan de waarheid vasthouden, floreren nog. Wat is er over van de Remonstrantse Broederschap, van de Doopsgezinde Sociëteit, van de Nederlandse Protestantenbond, van de Vereniging van Vrijzinnig Hervormden! Gekscherend heb ik wel eens gezegd: Ze moeten het SOW-proces nog tien jaar zien te rekken, dan bestaat de Nederlandse Hervormde Kerk voornamelijk uit bonders en is het probleem opgelost."
Commercie
Van der Ven ziet zijn stelling ook bewezen in medialand. "Het Reformatorisch Dagblad en het Nederlands Dagblad zijn samen inmiddels even groot als Trouw. De NCRV is de kleinste omroep geworden, de EO de grootste. Wie had dat ooit kunnen denken. Wat dat betreft is de 'move' die de Evangelische Omroep momenteel maakt niet alleen inhoudelijk zorgwekkend. Het zou ook de verworven positie in gevaar kunnen brengen.
Een gevaar dat de reformatorische kerken bedreigt, is de toenemende verwevenheid van geloof en commercie. Een vereniging voor reformatorische ondernemers en een beurs voor reformatorische christenen spreken mij niet aan. In roomskatholieke kring hebben we hetzelfde gehad en ik heb gezien wat dat teweeg brengt. Het wordt lucratief om reformatorisch te zijn. Dat staat op gespannen voet met de inhoud van de geloofsleer.
Aan de andere kant moet ik eerlijk zeggen dat de orthodoxe protestanten niet te beroerd zijn om te geven. Heb je een goed initiatief, dan trekken ze hun beurs. Onvoorstelbaar! Wat ik ook van reformatorische christenen heb geleerd, is de heiliging van de zondag. Bij de VBOK werd je op die dag met rust gelaten. Ik zat koud bij het Katholiek Nieuwsblad, of op zondagmiddag rinkelde de telefoon weer. 'Bas, even een vraagje…' Daar ben ik hu snel mee klaar. Zondag is de dag des Heeren, morgenochtend ben je de eerste."
Kennishiaat
De belangrijkste vrucht van zijn omgang met protestantse christenen is voor de directeur van het Katholiek Nieuwsblad dat hij christocentrischer is gaan denken. "En ik heb ontdekt hoe groot het kennishiaat bij rooms-katholieken is. Waarom zijn die zo makkelijk over te halen tot astrologie en andere occulte zaken- Omdat ze niks weten. Dan houd je een algemeen religieus gevoel over, in de zin van: 'Er moet toch meer zijn'. Dat is een typisch katholieke uitspraak. Wij hebben onze kinderen welbewust op een protestantse school gedaan, terwijl hier in 't Harde ook een rooms-katholieke school is. Daar krijgen ze op godsdienstig gebied in onze ogen te weinig mee." Van der Ven verklaart dat mede uit de hiërarchie binnen de Rooms- Katholieke Kerk. "In de protestantse kerken moeten initiatieven veel meer van onderaf komen. Dat geeft een grotere betrokkenheid. Hoe orthodoxer de kerk, hoe sterker het roepingsbesef."
Het beeld dat hij onder reformatorische christenen over het roomskatholicisme aantrof, ervoer Van der Ven vaak als karikaturaal. "Ze bevragen me altijd op dingen waar ik me absoluut niet druk over maak, waar zelfs m'n ouders zich al niet druk over maakten. De rijkdom van de Katholieke Kerk komt zelden aan de orde. Voor rooms-katholieken is God de Onzegbare, de Oneindige, Die zich desondanks met kleine mensen wil bemoeien. Door de symboliek, die in de protestantse kerken vrijwel geheel is weggesaneerd, probeert de Rooms- Katholieke Kerk iets van dat mysterie te laten zien. Het gevaar bij het protestantisme is dat men denkt God uit te kunnen leggen."
Fascinerende persoonlijkheid
De paus is voor Van der Ven niet in de eerste plaats de onfeilbare kerkvorst, wel de belichaming van de katholieke traditie. En daarbij een fascinerende persoonlijkheid. "Ik vind het bijzonder dat zo'n breekbare man, die nauwelijks te verstaan is, een miljoen jongeren trekt. Geen popgroep die dat evenaart. Dat hij onfeilbaar zou zijn, betwijfel ik. Wel vind ik het goed dat er een centrale organisatie is die de leer bewaakt, een centraal bestuursapparaat en een centraal aanspreekpunt. Als in de VN principiële punten aan de orde komen, is het altijd weer het Vaticaan dat de bijbelse standpunten verdedigt. De Wereldraad van Kerken is zo verdeeld dat er nooit een eensluidend standpunt wordt verdedigd."
"Door de contacten met de reformatorische gezindte ben ik onmiskenbaar orthodoxer geworden."
Een enkele keer overwoog Van der Ven over te gaan tot het protestantisme. Het kwam er nimmer van. "Als er een rooms gen bestaat, dan heb ik dat. Het protestantisme gelooft me te veel met het hoofd. Het katholicisme is een geloof met hoofd en hart. Iemand die me wat dat betreft geweldig aanspreekt, is Pascal. Daarnaast zijn er grote culturele verschillen tussen protestanten en katholieken, waarin ook de volksaard meespeelt. Al doet IRS nog zo z'n best, een Italiaan wordt nooit protestant. Zoals een Zweed nimmer katholiek wordt."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 2002
In de Rechte Straat | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 2002
In de Rechte Straat | 16 Pagina's
