IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

twee verschillende geluiden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

twee verschillende geluiden

9 minuten leestijd

Uit „Men schrijft ons" van TROUW:

„Ik las in Trouw hoe de stichting „In de Rechte Straat" te Velp te kampen heeft met geldelijke tekorten. Dat is geen reclame voor protestants Nederland. Het is toch overduidelijk dat deze stichting zeer belangrijk werk doet. We hoeven er geen ophef van te maken, dat zoveel priesters van Rome overgegaan zijn naar de kerk van de gezegende reformatie.

Wel vraag ik mij af hoe het met de financiën zou staan indien het andersom zou wezen, of er dan tekorten zouden zijn.

Indien iedere protestantse kerk in Nederland eens ƒ 25,— overmaakte op gironummer no. 901.000 van deze stichting dan was zij, althans vooreerst uit de geldelijke nood.

Ik hoop dat zij zeer spoedig daadwerkelijk wordt geholpen."

Ermelo.

Uit „Voetins", 23 okt. 1964:

„Volgens hem (ds. Meybcom) werkt men als stichting (In de Rechte Straat) niet vanuit een bewust reformatorisch kèrk-zijn. De stichting heeft wel bestuursleden uit verschillende protestantse kerken. Maar de stichting is beslist niet interkerkelijk. Er is zelfs geen enkele kerk, die verantwoordelijkheid voor dit werk aanvaardt. Integendeel De kleur, die men bekent is niet kerkelijk, noch interkerkelijk. Alleen persoonlijk. Juist op een moment van grote onzekerheid doet men inbreuk op de geestelijke en materiele vrijheid van de betrokken ex-geestelijke.

Daarin ligt het gevaar o.m. dat de ex-geestelijke de weg tot de werkelijke geestelijke onafhankelijkheid niet meer kan vinden.

De opdracht van de Hervormde comvassie is nu om de ex-geestelijke te helpen; evt. inzicht te geven in het reformatoi isch geloofsleven en denken; en de gemeenten bij te staan in de juiste aanpak van de „opvang" van de ex-geestelijken. De ontmoeting met hen meel vanuit het evangelie gebeuren, maar gekenmerkt door een eerbied voor het zo-zijn van de ander."

„Broeders, Ik ben er tegen!"

Het bovenstaande is een verslag van de classicale vergadering van de Ned. Herv. kerk van Heusden, waarin allerlei kerken van N. Brabant verenigd zijn, zoals Den Bosch, Tilburg, Sprang enz.

Wij weten, dat ds. Meyboom probeert om in elke classis van de Ned. Herv. kerk dergelijke „voorlichting" te geven.

In dit officiële verslag van 31 kolomregels zijn er 26 regels besteed aan de weergave van dz aanval van ds Meyboom op onze stichting. Het verbaast ons, dat men zonder openlijk protest toelaat, dat een predikant de kerken van Nederland doortrekt, waarin hij meer dan vijf zesde van zijn tijd en van de tijd van zijn toehoorders, waarvan velen predikant zijn, besteedt aan een aanval tegen een andere protestantse instantie.

„Priester Helpt Predikant"-fonds

Het enige bezwaar tegen onze stichting, dat ds M. noemt, is, dat onze stichting niet uitgaat van een bepaalde kerk en ook niet van meerdere kerken gezamenlijk. Dat wil dus in roomse termen zeggen, dat ons werk, hoe goed het ook in zichzelf moge wezen, enkel daardoor fout is, omdat het niet het „imprimatur", de officiële goedkeuring van een of meerdere protestantse kerken, heeft.

Zelfs Rome geeft nog meer kerkelijke vrijheid dan ds M. Zo is er een P.H.P.- fonds opgericht, d.i. „Priester Helpt Predikant". De r.k. priesters van Nederland hebben dit fonds onderling opgericht om predikanten die over willen gaan naar de r.k. kerk, te steunen in hun eerste moeilijkheden. Het is dus de tegen hanger van ons ex-priesterfonds. (Op zichzelf kunnen wij alleen maar alle sympathie hebben voor dit zusterfonds. Alleen zien wij niet in, waarom het werd opgericht. Immers, het is al jaren geleden, dat een predikant overging naar Rome. En als het weer eens mocht gebeuren, dan beschikken de bisschoppen nog wel over voldoende reservefondsen om onmiddellijk de nodige financiën beschikking te stellen. Ik kan er daarom moeilijk iets anders in zien dan een interne tegenpropaganda tegen ons ex-priesterfonds, waarmee men zeggen wil: Ja, maar er zijn ook nog wel predikanten die overgaan naar ons).

Maar ook zulk een rooms P.H.P.-fonds verricht haar werkzaamheden zonder kerkelijk inprimatur. Als ds M. de opheffing van ons ex-priesterfonds eist, puur omdat het niet officieel uitgaat van de kerken, dan is hij roomser dan Rome zelf. En dan vragen wij: Moet zulk een predikant dan voorlichting gaan geven over de r.k. kerk?

Gebrek aan kerkelijke ootmoed

Weet ds M. dan niet hoe moeilijk het in protestants Nederland is om akties officieel van de kerken te doen uitgaan? Wij zouden hem bovendien kunnen vragen: U bent redakteur van De Protestant, een uitgave van de Evangelische Maatschappij en de Ned. Gustaaf Adolf Vereniging, waarvan u tevens uw traktement ontvangt. Maar ook deze verenigingen zijn noch kerkelijk, noch interkerkelijk. De Protestant wil voorlichting geven aan de protestanten, hoe zij over Rome moeten denken. Maar behoort het dan niet tot de taak van de kerk om voorlichting te geven over de verhouding Reformatie-Rome? Als dat een taak is die ook door de kerk behoort te geschieden, waarom weigert ds M. dan niet om nog langer zijn traktement van deze niet-kerkelijke verenigingen te ontvangen en waarom bedankt hij dan niet voor het redakteurschap van De Protestant?

Bovendien zal ds M. in zijn funktie telkens weer met de verdeeldheid van het protestantisme in aanraking komen. Immers de Evangelische Maatschappij heeft vanouds een sterke vrijzinnige inslag. Ook de huidige voorzitter is vrijzinnig. Maar daarnaast zijn ook orthodox-denkenden lid van deze E.M.

Ervaart ds M. het dan niet als een moeilijkheid, wanneer 'hij luisteren moet naar een vereniging, waarvan de voorzitter de godheid van Christus en Zijn verzoe nend sterven niet aanvaardt, terwijl de secretaris dat b.v. wel als geloofspunt belijdt? En als hij dat w窠als een moeilijkheid ervaart, waarom spreekt hij dan zo lichtvaardig zijn absolute veroordeling over ons ex-priesterfonds uit, enkel omdat het niet officieel uitgaat van de helaas verdeelde protestantse kerken van Nederland? Is er bij hem dan geen enkel mede-sdhuldgevoel over deze verdeeldheid?

De barmhartige Samaritaan krijgt slaag

U kent allen de gelijkenis van de man die op de weg naar Jericho door rovers werd overvallen die hem halfdood langs de weg lieten liggen. Een priester en een leviet, die van het kerkelijk Jeruzalem kwamen, gingen hem voorbij, maar een Samaritaan hielp de gewonde.

Onze stichting is er mee begonnen om de priesters die geestelijk gewond langs de levensweg waren neergevallen, op te vangen en verder te helpen. Wij hebben er nooit de kerken een verwijt van gemaakt, dat zij dit werk niet zelf begonnen zijn. "Want de kerken zouden zeker geholpen hebben, als ze de nood hadden gezien van de duizenden ex-priesters in Europa. Maar zij wisten niet of nauwelijks van die nood af.

Maar het zou wel bijzonder onevangelisch zijn, wanneer wij nu ook nog slaag zouden krijgen, omdat wij de nood van deze ex-priesters wel gezien hebben en hen wèl geholpen hebben, zonder eerst officieel aan de kerken te vragen: Mogen wij a.u.b. deze mensen helpen?

Zelfs „de wetgeleerde" die gekomen was „om Hem te verzoeken", moest ten slotte op de vraag van Jezus: „Wie van deze drie dunkt u, dat de naaste is geweest van de man die in handen van de rovers was gevallen?", — antwoorden: „Die hem barmhartigheid bewezen heeft". Waarop Jezus antwoordde: „Ga heen en doe gij evenzo". (Luk. 10:25-37).

Ga heen en doe evenzo!

Dat zouden we ook aan ds. M. willen vragen. Probeer zelf ook zoveel mogelijk priesters in nood te helpen, maar ga niet de kerken langs om vijf zesde van uw tijd en van de tijd van anderen te besteden aan de aanval op onze stichting, die begonnen is met de hulp aan ex-priesters.

U hebt naar aanleiding van de overgang van Prinses Irene tweemaal gevraagd om toch vooral het Propagandafonds van de Evangelische maatschappij te steunen. Ik veronderstel echter, dat de meeste donateurs van de Ev. Maatschappij het er niet mee eens zijn, dat vijf zesde van dit propagandafonds besteed wordt aan akties tegen de stichting „In De Rechte Straat".

De Protestant heeft meerdere malen beweerd, dat het blad nu bekeerd is van het vroegere zure antipapisme, waardoor het gekenmerkt werd. Maar blijkbaai kan De Protestant toch niet leven zonder een anti-houding, want dan is daar nu een zuur anti-„In De Rechte Straat"-isme voor in de plaats gekomen.

Moet de gewonde dan omkomen langs de weg?

De barmhartige Samaritaan had slechts éénmens in nood om te verzorgen, Hij was blijkbaar voldoende bemiddeld om dat te financieren.

Maar bij ons komen veel meer mensen in nood aankloppen. Wij moeten dus door anderen gesteund worden, anders kunnen wij onmogelijk verder helpen. Het is daarom zo sympathiek, dat dhr Witteveen in Trouw voorstelde, dat elke kerk ons zou steunen met een bedrag van f 25,—. Nu trekt echter ds M. door de hervormde kerken en adviseert: Doe dat beslist niet. Begrijpt hij dan zelf niet, dat hij daardoor oorzaak zou kunnen worden, dat wij priesters in nood, die zeker ook niet bij hem zouden zijn gekomen, niet meer zouden kunnen helpen? Hoe kan hij dat voor God verantwoorden? Als Christus bij het laatste oordeel hen aan zijn linkerhand zal zetten, „die Hem niet te eten en niet te drinken hebben gegeven, die Hem niet gehuisvest en gekleed hebben, toen zij dit niet wilden doen aan de minsten der Zijnen", is ds M. dan helemaal niet bevreesd, wanneer hij door zijn akties probeert het ons onmogelijk te maken om aan de priesters in nood, eten en drinken, kleding en onderdak te verschaffen? Dit artikel is wel wat lang geworden. Maar 't is nu al de zoveelste keer dat ds M. ons heeft aangevallen. Dikwijls hebben wij gezwegen, maar nu ds M. zijn akties blijkbaar ondergronds gaat voeren en ons gaat aanvallen op besloten kerkelijke vergaderingen, waar wij ons niet verdedigen kunnen, nu meenden wij, dat we hem ook uitvoerig antwoorden moesten.

De aanspraken van de paus xijn meer aannemelijk

Bovenvermeld blad „Voetius" werd ons toegezonden door een em. predikant van de Ned. herv. kerk. Deze predikant was daar zeer bedroefd over, vooral over deze „valse kritiek: De ontmoeting met de ex-geestelijken moet vanuit het evangelie gebeuren. Alsof de arbeid van uw stichting niet vanuit het evangelie geschiedt! U sterkte en zegen toewensende."

Inderdaad, zo zouden we willen vragen: Is onze ontmoeting met de ex-priesters niet een ontmoeting vanuit het Evangelie, enkel omdat ze niet het volle kerkelijke „imprimatur" neeft? Laat ds M. dan toch ophouden met aan Rome kerkelijk absolutisme te verwijten.

En laat ds M. ook niet denken, dat een r.k. priester, die zichzelf respekteert, bij hem om steun zal komen vragen, wanneer zulk een autoritaire, zelfverzekerde, kerkelijk-absoiutistische houding aanneemt. Heus, dan konden wij, priesters, beter bij Rome blijven. De pausen van Rome kunnen ab" iute aanspraken dan toch nog vanuit de geschiedenis meer aannemelijk maken d-. ds. Meyboom.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1965

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

twee verschillende geluiden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1965

In de Rechte Straat | 32 Pagina's