IRS cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van IRS te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van IRS.

Bekijk het origineel

Schreeuwende ex-priesternood in Italië

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Schreeuwende ex-priesternood in Italië

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van de ook internationaal zeer bekende prof. Subilia — hij schreef meerdere boeken die ook in andere talen zijn uitgegeven — ontvingen wij een brief, waaruit wij citeren:

Brief van prof. Subilia

Graag zou ik u 't geval van prof. dr. X. (het lijkt ons een beetje pijnlijk om zijn naam voluit te publiceren, H.J.H.) willen voorleggen, waarover br. di Lorenzo u gelijktijdig schrijft.

Vanaf de eerste kennismaking heeft prof. X. op mij een uitstekende indruk gemaakt. Hij is, naar ik meen, iemand met rijk geestelijk leven, een bijzondere kulturele gevoeligheid; een man die eerlijk zijn weg wil gaan overeenkomstig zijn diepste christelijke roeping. Hij is doctorandus in de theologie van de Gregoriana en doctorandus in de beide rechten van de Lateraanse universiteit en promoveerde in het kerkelijk recht aan deze universiteit. Hij heeft eveneens gestudeerd aan de universiteit van Heidelberg om zich verder in zijn vak te bekwamen.

Van 1954 tot 1961 doceerde hij kerke lijk recht en ethiek (moraaltheologie) en was pastoor in Rome van 1962 tot 1968. Na een krisis van verschillende jaren, na intense worsteling en bezinning, is hij dit jaar tot de overtuiging gekomen, dat hij de r.k. kerk moest verlaten.

Hij woont nu bij zijn vader van 83 jaar onder de meest erbarmelijke omstandigheden. Het pensioen van de vader stelt hen in staat om de huishuur te betalen, maar dan blijven er verder nog 500 lires per dag (dat is zegge en schrijve DRIE gulden, H.J.H.) over om samen van te leven.

Hij gevoelt sterk de behoefte in zich om aan zijn ambt en roeping een nieuwe richting te geven, maar daarom wil hij eerst zich gedurende enige tijd bezinnen in de overdenking van de leer van de reformatie.

Ik ben er van overtuigd, dat prof. X. geholpen moet worden. Hij is het meer dan waard. Deze hulp moet echter geboden worden vanuit belangeloze liefde. Wij mogen geen enkele druk op hem uitoefenen of hem in een bepaalde richting stimuleren. Wij moeten hem volkomen vrij laten, zodat vanuit de overdenking van de Bijbel zijn keuze kan rijpen.

Ik hoop van harte dat de Stichting In De Rechte Straat met onze fakulteit kan en wil meewerken om hem te helpen een menswaardig bestaan te leiden samen met zijn oude vader en hem tevens in de gelegenheid te stellen om rustig zijn beslissingen te nemen voor zijn toekomst, in deze tijd van overdenking, studie en meditatie.

Met vriendelijke groeten, w.g. Vittorio Subilia

Brief v an prof. X.

Wij ontvingen ook een brief van prof. X. zelf, waarvan wij de vertaling eveneens hier laten volgen:

Al sinds vele jaren is er in mij een overtuiging gegroeid, waardoor het mij onmogelijk werd om nog langer het juridische-hierarchische-dogmatische stelsel van de r.k. kerk te aanvaarden.

Dit alles is in mij geheel vanzelf gerijpt gedurende mijn arbeid als professor in de theologie en als pastoor in Rome. Ik heb het zelf op geen enkele wijze daarop aangestuurd. Duidelijk begon ik het verschil te zien tussen het Evangelie en de harde struktuur van mijn kerk, een verschil dat niet slechts de oppervlakkige uiterlijke verschijningsvorm betreft, maar die het wezen van de r.k. kerk zelf raakt. Een nauwkeuriger en gedetailleerd onderzoek van dat verschil — het is onmogelijk om in dit korte bestek die punten zelfs maar terloops te vermelden — bracht mij zelfs tot de zekerheid, dat er niet slechts een verschil is tussen het Evangelie en het bovengenoemd r.k. stelsel, maar dat zij zelfs tegenover elkaar staan.

Een praktisch gevolg van dit gerijpte inzicht is geweest, dat ik mij in geweten genoodzaakt voelde om met dit kerkelijk apparaat, waarin en waarvoor ik leefde, te breken. Ik meen dat ik daardoor gehandeld heb in de geest van Christus, een geest van armoede, van bekering en gelovig wagen en van persoonlijke beslissing.

U begrijpt dat ik door deze beslissing in een zeer moeilijke financiële toe stand ben terecht gekomen, maar, wat mij meer pijn doet, eveneens in een toestand van volstrekte vereenzaming, waarin ik niets kan doen voor de gemeenschap van de christenen. En ik meen dat dit niet de weg des Heren is. Ik ben met alle broederliefde ontvangen door de theologische fakulteit van de Waldenzen in Rome, met name door prof. Subilia die ik reeds eerder had leren kennen door zijn boeken. Ik hoop dat dit kontakt voor mij de weg zal openen voor allerlei mogelijkheden, waardoor ik toch nog op geestelijk terrein werkzaam zal kunnen zijn.

Op dit moment is dit een van de grootste problemen, waarmee ik worstel: Ik meen roeping te hebben om de Kerk van Christus te dienen; het hindert niet, waar en hoe, mits het maar een gelovige protestantse gemeente is.

Wanneer ik voor het verdere van mijn leven alleen maar werkzaam zou zijn in het maatschappelijke leven, dan zou dat voor mijn gevoel erop lijken, alsof ik mijn geloof in Christus verloren heb. Daarom heb ik de vrijmoedigheid om aan uw stichting te vragen mij te helpen bij de verwezenlijking van wat ik als mijn roeping meen te moeten zien. En ook zelf heb ik mij voorgenomen om, als de Here mij daartoe de genade geeft, ten koste van wat dan ook te strijden en alles op alles te zetten opdat ik aan Zijn stem gehoor kan geven.

Met hartelijke groeten, w.g. ....

Wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig!

Zo roept Paulus uit in 1 Kor. 9:16. Ieder die zijn roeping waarachtig beleefd heeft, zal dat Paulus kunnen nazeggen. Zelf heb ik (H.J.H.) dat ook ondervonden. Toen ik na mijn uittreden uit de r.k. kerk in Brazilië een nieuwe bestaansmogelijkheid moest zien op te bouwen, heb ik gedurende enige tijd les gegeven, voornamelijk in het latijn, aan een private school in Säo Paulo. Toch voelde ik toen, dat dit mij nooit blijvend zou kunnen bevredigen. Het was alsof ik van verre de kruitdamp van het geestelijk front bleef ruiken, alsof ik een deserteur was. Ik wist dat ik moest staan aan het front, in het direkte gevecht dat al eeuwenlang gestreden wordt tussen Licht en duisternis.

Datzelfde besef kan men ook duidelijk proeven in deze brief van broeder X. Ik ben nog altijd dankbaar dat destijds de deputaten voor de gereformeerde evangelisatie in België mij in staat hebben gesteld om mijn kandidaatsexamen te halen aan de Vrije Universiteit van Amsterdam om me aldus ook wetenschappelijk voor te bereiden op mijn nieuwe taak. (Dat is nu 20 jaar geleden. Wat is er in die tijd veel veranderd!)

Brief van br. di Lorenzo

Ook br. Renato di Lorenzo schreef mij over prof. X. Uit zijn brief het volgende:

„Ik heb prof. X. deze week bezocht. Ik kan alleen maar bevestigen, wat prof. Subilia je over hem schreef. Het is een zeer hoogstaand mens en zijn vurig verlangen is om in de wijngaard des Heren te mogen werken.

Ik weet het, de Stichting In De Rechte Straat doet reeds zoveel voor de verschillende ex-priesters, waarvoor zij thans levensonderhoud en studiekosten betaalt. Maar ik ben overtuigd, dat de abonnees graag ook deze ex-priester in hun daadwerkelijke liefde willen opnemen.

Hoe zijn financiële toestand is, heb je reeds kunnen lezen in de brief van prof. Subilia. Ze leven nu elke dag op een beetje melk, een beetje brood en eieren. Wat doe je ook met 500 lires (ƒ 3,—) per dag.

Ik merkte ook, dat hij alleen maar een dun zomerpak heeft en niets anders om de winter mee in te gaan, ook geen overjas.

Nog even dit: Prof. X. heeft mij verteld, dat de laatste tijd nogal wat „hoge pieten" uit zijn orde het klooster en de r.k. kerk hebben verlaten. Hier in Rome moet ook nog een professor van zijn orde zitten en prof. X. heeft mij gevraagd om samen met hem die prof te gaan opzoeken, omdat hij helaas heel zijn geloof verloren heeft. Moge de Here ons helpen om ook hem tot het Evangelie te brengen".

Een afscheid aan de opzeggers?

Weer opnieuw hebben wij in dit geval van prof. X. gevoeld, hoe belangrijk ons ex-priesterfonds is, maar tevens hoezeer dit werk afhankelijk is van ons blad. Want het feit, dat wij al die expriesters kunnen steunen, komt voort uit de giften die wij in en door de abonnementen op ons blad ontvangen. Ieder die een abonnee voor ons blad aanwint, doet daardoor dus ook indirekt een werk van barmhartigheid.

En we kunnen nu natuurlijk niet nalaten om ons nog eenmaal te richten tot hen die hun abonnement hebben opgezegd. Dit is immers het laatste nummer van dit jaar. Daarna gaan wij voor goed uit elkaar, tenzij zij die opzegging vooralsnog ongedaan maken.

Wij zouden hen willen vragen: Als u het niet in alles met ons eens bent, waarom kunt u ons dan althans niet steunen vanwege onze ex-priesterarbeid? Er zijn protestanten die allerlei, ook puur humanistische, verenigingen steunen enkel vanwege het liefdadige doel van zulke verenigingen. Waarom kunt u ons dan niet steunen, ook al hebben wij dan een, volgens u, wat ouderwetse opvatting over het Schriftgezag? Wij hebben u toch ook niet verketterd of veroordeeld in onze artikelen. Wij hebben alleen maar onze overtuiging uitgesproken. Dat kan toch geen reden zijn om dan maar kwaacl van ons en van onze charitatieve arbeid weg te lopen.

Toe, bedenk u nog eens. Wij bedelen toch niet voor ons zelf. Wij vragen slechts steun voor anderen, voor berooiden langs de levensweg. En om die te helpen moeten we wat van elkaar kunnen verdragen. Om Christus' wil.

Br. di Lorenzo schreef mij eveneens dat de waldenzen in dit verband doen wat ze kunnen en dat prof. Subilia ook reeds direkt hulp heeft geboden. Maar in Italië zijn er zoveel ex-priesters; volgens de r.k. kerk zelf meer dan 10.000. Die grote nood kan door de kleine groep protestanten in Italië niet gelenigd worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's

Schreeuwende ex-priesternood in Italië

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1968

In de Rechte Straat | 32 Pagina's